Lawrence in Jordanië (3)
COLUMN - De Arabische inname van Akaba, waarover ik gisteren schreef, zal de Turken niet echt hebben verrast. Ze wisten dat de stad bedreigd was en hadden geprobeerd haar te versterken. De Britten, die de haven zelf hadden willen overnemen, hadden gemengde gevoelens over de Arabische verovering, maar begrepen dat het in hun belang was te verhinderen dat de stad weer in Ottomaanse handen viel. Enkele uren nadat kapitein Lawrence was komen melden dat de Arabieren de haven in handen hadden, was een bevoorradingsschip naar Akaba op weg.
Voorlopig waren de Britten ook degenen die er het meeste baat van hadden. De legers van de opstandelingen trokken nu van het Arabische Schiereiland naar het noorden en dekten de flank van het Britse leger, dat vanuit Gaza Palestina wilde veroveren. Dat generaal Allenby kort voor kerstmis 1917 Jeruzalem kon innemen, was voor een deel te danken aan de parallelle bewegingen van de Arabische legers, die via Akaba werden bevoorraad.
Voor de Arabieren was de verovering van Akaba aanvankelijk eerder een probleem dan een oplossing. Zo zaten ze ineens met zeshonderd Turkse krijgsgevangenen: iets waarop ze niet waren voorbereid. Audeh abu Tayeh zette ze in als dwangarbeiders en liet ze een paleis bouwen in Ma’an, niet ver ten noordoosten van Akaba.