Kruispunten zonder stoplichten

Iedereen kan zich inmiddels iets voorstellen bij treintjes van zelfrijdende auto’s die in de toekomst over onze snelwegen rijden. Maar straks rijden die auto’s ook door de stad, een iets ingewikkeldere verkeerssituatie met lastige obstakels: kruispunten. Leonie Walta legt uit dat het mogelijk is. De grote vraag is wie straks op die kruispunten het verkeer gaat regelen. Je kunt natuurlijk verkeerslichten plaatsen die de auto’s vertellen of ze op rood of groen staan, zodat de auto’s weten wanneer ze veilig het kruispunt kunnen passeren. Maar het kan nog veel slimmer. Auto’s kunnen namelijk aan elkaar of aan een centrale computer gegevens sturen over hun route, huidige locatie en huidige snelheid, en op basis daarvan kan het verkeer veel efficiënter worden geregeld. Dat betekent kortere reistijden en minder brandstofgebruik.

Door: Foto: Bron: Wikipedia
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

WW: Slimme stoplichten zorgen voor groene golf

De woensdagmiddag is op GeenCommentaar Wondere Woensdagmiddag. Met extra aandacht voor de nieuwste ontwikkelingen in Wetenschap- en Techniekland.

Stoplichtenboom (foto: Flickr/Squirmelia)Technologische vooruitgang is ervoor bedoeld het leven voor eenieder wat aangenamer te maken. En dus storten zich hordes wetenschappers op het verbeteren van die alledaagse frustratieopwekkende omstandigheid die het verkeer heet.
We zagen al eerder hoe ontwikkeling van een verbeterd verkeersbord de doorstroming bij kruisingen zonder stoplichten moest verbeteren en in veel gevallen worden kruispunten met stoplichten vervangen door rotondes.

Helaas is het niet mogelijk alle stoplichten uit te bannen en dus is de arme automobilist toch weer gedoemd om te pas en te onpas voor een onterecht rood stoplicht op de rem te moeten staan en zijn nagels woest diep in het stuur te duwen. Het lijkt soms wel of het doorgaande verkeer op de ringweg elke honderd meter op de rem moet om die éne auto die het kruispunt wil over steken voor te laten.

Nu is het natuurlijk niet zo dat die stoplichten zich contraproductief gedragen, maar het kan wel allemaal een stuk slimmer. Onderzoek naar de verbetering van de verkeersdoorstroming bij verkeerslichten is al langer populair. Zo promoveerde werktuigbouwkundige Ronald van Katwijk op een computermodel om verkeerslichten met elkaar te laten communiceren om auto’s optimaal van A naar B te krijgen. Ze kijken als het ware verder dan hun neus lang is. In Van Katwijks model zijn de stoplichten adaptief in de zin dat ze zich aanpassen aan de huidige verkeerssituatie. Is er sprake van een plotselinge omleiding, dan schakelen de stoplichten vroeger of juist later om naar de juiste kleur.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.