Klassiekers | The Dark Knight Returns

Ze moet al twee jaar uit zijn, Ger Apeldoorns vertaling van The Dark Knight Returns, het stripverhaal waarmee Frank Miller midden jaren tachtig de Batman-reeks nieuw leven inblies. Dus het stukje dat ik er nu aan wijd, is wat aan de late kant. Gelukkig is het een klassieker, en voor klassiekers is het nooit té laat om erover te schrijven. Ook in het Nederlands is dit een van de meest duistere stripverhalen die ik ken. Weliswaar eindigt het op een noot van optimisme, maar in feite zegeviert het kwaad op alle fronten en ik realiseerde me pas dit weekend hoe totaal die overwinning is.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 25-10-2022
Foto: Tolstoj achter de ploeg, door Ilja Repin. via Wikimedia. copyright ok. Gecheckt 10-11-2022

Klassiekers | Anna Karenina

RECENSIE - Oud Zeikwijf recenseert Anna Karenina van Lev Tolstoj, ‘de raakste roman over de liefde.’ Let op: spoiler alert.

Merkwaardig hoe een wezen zoals ik, dat geen ogenblik onbenut laat om met Dostojevski, Gontsjarov of Gogol te dwepen, driekwart van haar leven kon slijten zonder van Lev Tolstoj te hebben gehoord. Deze lacune, die waarschijnlijk kwam doordat ik de auteur vanaf mijn vroegste jeugd met Tchechov verwarde (die mij sinds een gruwelijk saaie uitvoering van La Ceriseraie in een Maison de la Culture in Frankrijk nimmer had aangesproken) explodeerde in al haar onwaarschijnlijkheid in mijn gezicht bij het zien van een biografische verfilming van zijn leven.

Kon het? Kon het zo zijn dat er ergens nog een klassieker te koop stond – sterker nog, een heel oeuvre! – die mij zou kunnen vervoeren zoals ze dat deden toen ik in de twintig was? Bijna 50, ik had het corpus van de voor mij interessante romans in een trits talen gelezen en zat al jaren op zwart zaad, bookwise speaking. Ik was een mens dat niet meer las. Een gewezen boekenworm. Nieuwere dingen waren soms best aardig… de Nederlandse bijna nooit. De calvinistische zuinigheid die mij elke dag van mijn ballingschap uit het vrolijke Frankrijk een last is, komt nergens zo cru over als in de literatuur. ‘Alleen primitieven bedienen zich van epitheten!’ riep een hedendaagse schrijver tegen mij. Of heb ik het ervan gemaakt terwijl hij simpel zei: ‘Jij gebruikt teveel bijvoeglijke naamwoorden.’ Hoe het ook zij, toen het besef was neergedaald dat er inderdaad wat voor mij te lezen stond, mailde ik slavist Wouter van den Berg de vraag waarmee te beginnen. Het werd Anna Karenina, in de vertaling van Lourens Reedijk.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: copyright ok. Gecheckt 23-09-2022

Klassiekers | De naam van de roos

RECENSIE - In het begin was het woord, dat al vrij snel werd gevolgd door taalplezier. Mensen kunnen niet alleen communiceren maar hebben er ook over nagedacht hoe ze dat het prettigst en effectiefst doen. Een mooie metafoor verduidelijkt. Een elegante opbouw verheldert. Esprit houdt de aandacht vast. Wie woorden zo gebruikt dat mensen luisteren of lezen met plezier, communiceert effectiever.

Om het tekstplezier te vergroten, kun je gebruik maken van citaten. Je kruidt er je tekst mee en behaagt je lezer, die zich gevleid voelt omdat je een brede algemene ontwikkeling bij hem veronderstelt. De beste manier om te citeren is het niet al te nadrukkelijk te doen, zodat degene die de verwijzing herkent erom kan glimlachen, maar degene die haar niet herkent niet het gevoel heeft iets te missen. Het eerste gebod bij een goed citaat is, om Joost Zwagerman aan te halen, dat elke boerenlul de tekst moet kunnen blijven begrijpen.

Kampioen

Umberto Eco is kampioen citeren, en dat is niet zo vreemd, want hij werkte als hoogleraar semiotiek, een wetenschap die zich bezighoudt met tekens en verwijzingen. De naam van de roos, het boek waarmee hij in 1980 debuteerde, staat bol van de literaire verwijzingen. Een deel ervan valt in de Nederlandse vertaling erg op: als Eco uit de Bijbel citeert, doet hij dat namelijk in het Latijn, wat in een Nederlandse tekst overdrevener overkomt dan in een Italiaanse. Het onbedoelde resultaat is dat het boek in ons taalgebied het speeltje werd van een intellectuele klasse. Ik herinner me dat men destijds sprak van een roman door een professor voor professoren.

Foto: Nikki Karam (cc)

Klassieker | Oil!

Voor je plezier hoef je Oil!, van Upton Sinclair, niet te lezen. Toch kan de geschiedenisliefhebber er nog wat van leren, zegt Krekel.

RECENSIE - Op het succes van There Will Be Blood (2007) volgde hernieuwde belangstelling voor het boek waar het losjes op gebaseerd was: Oil!(1927), van Upton Sinclair (1878-1968). Voor wie de film goed vond en beter wil leren begrijpen is het boek inderdaad goed geschikt. Van sommige scènes in de film, waaronder de ‘I am an oil man’-speech bijna aan het begin, is zelfs bijna helemaal niets te begrijpen omdat ze vrijwel zonder context zijn overgenomen uit het boek, met als gevolg dat er soms wat ruimte ontstond voor speculatie over vermeende diepzinnige bedoelingen van de filmmaker, waar dan ook ten onrechte gebruik van werd gemaakt.

Houd voor een eventueel hermeneutisch gebruik van het boek wel in gedachten dat de film slechts is gebaseerd op grofweg het eerste eenderde deel van het boek, en dan ook nog vrij losjes en met de nadruk op de setting.

Tumbleweeds

Het boek opent in 1912 met een autorit door het droge en olierijke Zuid-Californië over een net aangelegde weg. In de auto zitten J. Arnold Ross (Daniel Plainview in de film), in het boek vooral ‘Dad’ genoemd, en zijn dertienjarige zoon J. Arnold Ross Jr. (in de film H.W.), die onder zijn bijnaam ‘Bunny’ fungeert als de hoofdpersoon. ‘Dad’ is dan al opgeklommen van een eenvoudige voerman met een pakezel tot een olieman van meer dan bescheiden formaat, iemand die niet slechts gebruikmaakt van de wegen, bespiegelt Bunny vanaf de passagiersstoel, maar iemand voor wie ze worden aangelegd. Reeds tijdens dit autoritje in het eerste hoofdstuk wordt de basis gelegd voor de rest van het boek, zowel dramatisch (de vader is een man van de praktijk, zijn zoon en beoogde opvolger een romanticus) als thematisch (‘Dad’ houdt zich niet aan de snelheidsregels, maar komt ermee weg omdat hij een ‘grote man’ is).

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.