Stand van zaken duurzame elektriciteit Nederland

Deze week werd bekend dat 2024 te boek staat als een van de warmste jaren sinds de metingen zijn begonnen. Ook maakte het World Weather Attribution (WWA) project bekend dat grote schade door klimaatverandering  geen dreiging is, maar al dagelijkse realiteit bij de huidige 1,3 graad opwarming. Tijd dus om vaart te zetten achter duurzame energie, want verbranden van fossiele energie is een van de belangrijkste oorzaken van klimaatverandering. Sinds het ondertekenen van het nationale klimaatakkoord heeft de landelijke overheid zich in Brussel hard gemaakt voor ambitieuzere doelstellingen voor 2030. Deze hogere doelstelling (55% in 2030) is ook vastgelegd in de de landelijk Klimaatwet. Dat komt mooi uit, want het Klimaatakkoord bevatte al een optie om de doelstelling op te hogen van 49% CO2-reductie naar 55% CO2-reductie. In het hoofdstuk over elektriciteit zijn hier ook cijfers voor opgenomen: Bron (in TWh) 49% basispakket 55,00% Wind op zee 49 Hernieuwbaar op land (> 15 kW) 35 Overige hernieuwbare opties (incl. CO2 vrij regelbaar vermogen) pm 127 Klein zon 7 Totaal 91 127 De getallen in bovenstaande tabel zijn 7 TWh (Terawattuur) hoger dan in het hoofdstuk uit het klimaatakkoord, omdat ik er voor gekozen heb ook kleine zonnestroominstallaties mee te rekenen in de totale opgave. Het goede nieuws is dat het doel voor kleine zonnestroominstallaties (7 TWh) in beeld is, zodat ook kleine zonnestroominstallaties mee gaan tellen voor het behalen van de RES-biedingen. Voorgeschiedenis Bij het klimaatakkoord werd afgesproken dat gemeenten, waterschappen en provincies zich zouden organiseren in regionale energiestrategieën (RES'en). Nederland werd daarmee opgedeeld in 30 RES'en, sommige zo groot als één gemeente, andere bestaande uit 15 tot 20 gemeenten. De logica van de indeling? Da's voer voor promotieonderzoek. In 2020 bleken de losse RES'en bij elkaar opgeteld ambitieuzer dan het minimum bod van tenminste 35 TWh. Uiteindelijk hebben de RES'en gezamenlijk 55 TWh hernieuwbare elektriciteit op te wekken. Deze biedingen zijn vastgesteld door bijna alle gemeenteraden, provinciale staten en algemene besturen van waterschappen. Al in 2019 en 2020 berichtte Sargasso dat het doel om tenminste 35 TWh hernieuwbare elektriciteit op land op te wekken in beeld was. Da's geen reden om achterover te leunen, want inmiddels heeft het kabinet de ambitie opgehoogd naar 55% CO2-reductie in 2030, terwijl voormalig minister Jetten de Kamer informeerde dat in 2024 besluitvorming over wind op zee plaats moest vinden om de doelstelling voor 2030 en 2035 te kunnen halen. Het Kabinet heeft dat besluit niet genomen, waarmee de druk om lokale elektriciteitsproductie te realiseren groeit. Stand van zaken duurzame elektriciteit Het goede nieuws is dat de productie van duurzame elektriciteit in Nederland nog steeds in de lift zit, dat blijkt uit de Klimaat en Energieverkenning 2024 van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Het slechte nieuws is dat volgens het PBL de pijplijn aan nieuwe projecten ook in 2024 verder is opgedroogd. Oftewel projecten waar al aan gewerkt wordt worden langzaam maar zeker gerealiseerd, maar het aantal nieuwe projecten is gering. Zo gering dat verschillende internationale projectontwikkelaars zich inmiddels terugtrekken van de Nederlandse markt, op zoek naar meer veelbelovende markten. 2030 Monitor RES Bron (in TWh) K.A. 55% RES 1.0 KEV 2024 NPE 2023 2024 Wind op zee 65 65 48 95 48 48 Hernieuwbaar op land (> 15 kW) 55 55 46 67 39 41 Klein zon 7 7 12 11 Kernenergie 4 4 4 4 4 4 Totaal 131 131 98 166 103 104 Het opdrogen van de pijplijn aan nieuwe projecten betekent ook dat het lastiger gaat worden om de streefcijfers voor 2035 uit het Nationaal Plan Energiesysteem (NPE) te gaan halen. Het gat tussen streefcijfers uit het NPE en de cijfers uit de Klimaat en Energieverkenning en Monitor RES 2024 is voor 2030 al groot, voor 2035 loopt dit alleen maar verder op. Dat is slecht nieuws voor huishoudens, bedrijfsleven en industrie, die zitten te springen om betaalbare elektriciteit. Een kleiner aanbod zal namelijk een hogere prijs betekenen. 2035 2050 Bron (in TWh) KEV NPE NPE Wind op zee 91 158 315 Hernieuwbaar op land (> 15 kW) 58 99 185 Klein zon Kernenergie 0 16 56 Totaal 149 273 556 Een grote blokkade voor hernieuwbare elektriciteit op land zijn zorgen over de (vermeende) impact op menselijke gezondheid. Aanvankelijk ging dat vooral om geluid en trillingen van windturbines, inmiddels ook om Bisfenol A en pfas emissies. En begrijp me goed, ik ben groot voorstander van het serieus nemen van de gezondheid en hinderbeleving van omwonenden (ik heb bij een van mijn werkgevers succesvol geadviseerd een lokale geluidsnorm voor warmtepompen en airco's op te nemen, zodat ook bestaande installaties aan de geluidsnormen moesten voldoen). Tegelijkertijd blijkt er uit RIVM meta-analyse van de beschikbare studies niet dat er sprake is van gezondheidsschade. Provincie Flevoland heeft onderzoek gedaan naar fijnstof, microplastics en bisfenol A in het oppervlaktewater en de bodem rond windmolens. Conclusie van dit onderzoek is dat het volgens Gedeputeerde Staten niet aan te tonen is dat windmolens de bron zijn van deze stoffen. De provincie heeft eind 2023 onderzoek laten doen door ingenieursbureau RoyalHaskoningDHV. Daaruit is gebleken dat de hoeveelheden bisfenol A die vrijkomen van windmolens bijna niet te meten zijn. De hoeveelheden zijn zelfs marginaal vergeleken met wat er vrijkomt door het verkeer, de industrie en de landbouw. Ook verspreidt BPA zich over een groot gebied en is er van een concentratie rond windmolens geen sprake. Ik bemoei me zelf al 15 jaar met het bisfenol A dossier, o.a. door bij de geboorte van mijn kinderen te kiezen voor BPA vrije flessen. Gelet op de zorgen bij Forum voor Democratie ben ik benieuwd naar de vervolgvragen over vervuiling van verkeer, industrie en landbouw. Duurzame elektriciteit projecten hebben ook te maken met van een stapeling van ambities: natuurinclusief, lokaal eigendom, 'draagvlak' (hoorde je bij de nieuwe kolencentrales en gascentrales begin deze eeuw geen politicus over...), landschappelijke inpassing etc. Terwijl de subsidie vanuit het Rijk tot en met 2024 vooral gericht was op kilowattknallen: wie het meeste kilowatturen hernieuwbare elektriciteit weet te produceren tegen de laagste prijs krijgt de subsidie toegewezen. Pas vanaf 2025 komt er ruimte in de subsidieregeling om kwaliteitsaspecten mee te wegen en te waarderen in de vorm van een hogere subsidie. Stand van zaken per RES Onderstaande tabel laat de ontwikkelingen per RES zien. Waarbij goed te zien is dat er grote verschillen zijn in de resultaten per RES. Dat hangt echter ook samen met hoe ambitieus het RES-bod was ten opzichte van wat er daadwerkelijk gerealiseerd was in 2018. Over het algemeen doen RES'en waar in 2018 al een aanzienlijke hoeveelheid hernieuwbare elektriciteit werd geproduceerd het beter, dan RES'en die in RES 1.0 een hoge ambitie hebben neergelegd zonder dat er al productie plaatsvond. Waarbij Friesland en Groningen de uitzonderingen zijn die de regel bevestigen. RES-regio Bod RES 1.0 2018 2021 2023 2024 % Achterhoek 1.350 30 162 375 412 31% Alblasserwaard 320 10 42 72 26 8% Amersfoort 500 20 55 0 107 21% Arnhem/Nijmegen 1.620 30 178 229 700 43% Drechtsteden 370 20 41 313 209 56% Drenthe 3.499 10 560 91 1.838 53% Flevoland 5.810 80 581 1.909 5.628 97% Foodvalley 750 90 368 4.812 269 36% Friesland 3.000 30 450 158 2.515 84% Fruitdelta Rivierenland 1.200 100 336 2.325 439 37% Goeree-Overflakkee 853 20 281 427 934 109% Groningen 5.700 110 1.881 908 4.093 72% Hart van Brabant 1.000 40 340 441 494 49% Hoeksche Waard 386 0 85 325 343 89% Holland Rijnland 1.140 30 638 353 212 19% Metropoolregio Eindhoven 2.000 80 260 142 641 32% Midden-Holland 435 10 87 486 36 8% Noord- en Midden-Limburg 1.200 70 252 88 959 80% Noord-Holland Noord 3.600 80 900 247 2.048 57% Noord-Holland Zuid 2.700 80 1.377 2.472 800 30% Noord-Veluwe 530 10 95 1.030 51 10% Noordoost-Brabant 1.600 70 144 114 561 35% Rotterdam/Den Haag 2.800 30 476 378 1.835 66% Stedendriehoek 1.070 70 321 1.562 387 36% Twente 1.500 50 270 370 534 36% U16 1.800 50 270 369 473 26% West-Brabant 2.200 80 682 1.261 1.671 76% West-Overijssel 1.826 50 402 526 797 44% Zeeland 3.055 80 1.680 2.286 2.453 80% Zuid-Limburg 1.330 20 93 142 221 17% Totaal 55.144 1.450 13.307 28.180 31.686 57% Kernenergie Wie goed op heeft gelet heeft gezien dat kernenergie in het NPE een behoorlijke rol speelt. De productie moet groeien van 4 TWh nu naar ruim 56 TWh in 2050. De eerste nieuwe kerncentrales zouden rond 2035 online moeten komen, maar lopen tegen vertragingen op, doordat er nog te veel onzekerheden zijn over de mogelijke locaties. Die zullen dus eerder rond 2040 operationeel worden. Als dat niet nog later wordt, wat gezien de ervaringen met kernenergie in de EU, VS en China niet onverwacht zou zijn. Want ook China, vaak aangehaald als voorbeeld van een land met een succesvolle nucleaire strategie, loopt achter bij het halen van zijn doelstellingen voor kernenergie: 58 GW in 2020, 70 GW in 2025 en 120 tot 130 GW in 2030. Met de kerncentrales in voorbereiding komt China uit op 88 GW in 2030. Eind 2024 heeft China volgens de World Nuclear Association 56,9 GW geïnstalleerd vermogen. Wat betekent dat China minstens 5 jaar achterloopt bij het behalen van z'n doelen voor kernenergie. Voor de voorstanders van kleine modulaire kerncentrales (SMR's) is er ook minder goed nieuws. Nadat het eerste project van Nuscale werd afgeblazen, omdat de investeringskosten opgelopen waren naar $20.000 per kilowatt, wordt inmiddels ook duidelijk dat de bouwkosten van de BWRX-300 van GE-Hitachi een factor drie hoger ligt dan de oorspronkelijk begroot $2.250 per kilowattuur. Het goede nieuws voor GE-Hitachi is dat Ontario vooralsnog wel doorzet om de de SMR te realiseren. Het slechte nieuws is dat andere potentiële kopers voorlopig de kat uit de boom lijken te kijken om te zien of GE-Hitachi de kostprijs omlaag weet te krijgen.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag – een soundtrack voor de nieuwe regering

Natuur is te duur – kernenergie!

Natuur is te duur – kernenergie!

Ja, de mannen van De Grote Boodschap hadden een vooruitziende blik toen ze het nummer Kernenergie schreven. Want jaren voor het verschijnen van het Hoofdlijnenakkoord van onze aankomende regering, hebben ze de essentie (nou ja, zonder de vreemdelingenhaat dan) er feilloos uitgehaald, en bezongen:

Zonnepanelen – die hebben we niet nodig

En windmolens – die zijn overbodig!

Ik interpreteer het lied maar als zijnde een soort van ironisch protest tegen het soort kortzichtige beleid dat we heden ten dage mogen genieten. Maar als je de ironie even wegdenkt, kan je het op dit moment gewoon op Twitter tegenkomen bij de voorstanders van de huidige regering:

Kernafval – is geen probleem!

En milieubewustzijn – dat doe je maar alleen!

Afijn, luistert u zelf maar:

 

 

Quote du Jour | Businesscase voor kernenergie


Laten we het ontdoen van de morele component en er heel zakelijk naar kijken. Gelet op de prijsdaling van duurzame energiebronnen als wind en zon, vind ik de businesscase voor kernenergie gewoon niet sterk. Ik hoop dat de voorstanders van kernenergie er even weinig ideologisch en even zakelijk naar kijken als ik nu doe.

Eurocommissaris Frans Timmermans geeft in een interview in het NRC aan dat hij geen ideologische bezwaren heeft tegen kernenergie, maar dat de kostprijs niet in het voordeel pleit van de businesscase van kernenergie. Kernenergie is inderdaad duur in vergelijking met wind- en zonneenergie. De prijsdaling van wind- en zonneenergie is voor een belangrijk deel het gevolg van flinke subsidies en investeringen in innovatie.

Foto: dan pope (cc)

Energieverkiezingen 2023

ANALYSE - Een groot deel van de ogen van journalistiek Nederland zijn gericht op de bij elkaar gefabuleerde migratiecrisis, al hebben sommigen goed door hoe stevig de VVD de focus op machtsbehoud en het spel i.p.v. de knikkers richt. Ondertussen zijn er tal van onderwerpen waar de komende jaren belangrijke keuzes gemaakt moeten worden. Keuzes die vragen om visie. Vandaag de energieverkiezingen van 2023.

De afgelopen weken zijn belangrijke conceptplannen gepubliceerd voor iedereen die wat vindt van windturbines, zonnevelden, kerncentrales, hoogspanningsleidingen, waterstof en andere energiegerelateerde zaken. Te weten het concept Nationaal plan energiesysteem 2050, het Ontwerp-programma Energiehoofdstructuur en de zonnebrief van Jetten. Taaie kost, maar wel van stevige invloed op de inrichting en economische structuur van Nederland de komende decennia. Daarmee kunnen deze verkiezingen wel eens de energieverkiezingen worden. Gezocht: partijen met visie en lef om keuzes te maken.

Ontwerp-programma Energiehoofdstructuur

Het Programma Energiehoofdstructuur (PEH) laat zien welke nieuwe nationale energie-infrastructuur nodig is richting 2050 en waar deze geplaatst kan worden. Hiermee kan het Rijk eerder afspraken maken over ruimte met gemeenten, provincies, havenbedrijven en netbeheerders. Ook geeft het PEH nationale kaders om zorgvuldig om te gaan met de ruimte en met respect voor de natuur, cultureel erfgoed, en leefbaarheid. Daarmee draagt het PEH bij aan het doel van een klimaatneutraal energiesysteem in 2050.

Het ontwerp-PEH geeft een eerste beeld van de energiehoofdstructuur die nodig is voor het energiesysteem van de toekomst en de sturingsinstrumenten om hier te komen. De energiewereld en ruimtelijke ordening zijn hierin dichter bij elkaar gebracht.

De ruimtelijke strategie die het Rijk voert via het PEH bestaat uit vijf peilers. De afwegingen waar welke functie het beste past kunnen per landschap en daarmee per regio verschillen. Op de eerste plaats wordt uitgegaan van hergebruik van fossiele ruimte voor energiehoofdstructuur. Dit is het meest efficiënt. Het gaat daarbij om hergebruik van bestaande leidingen en buisleidingstraten (bijvoorbeeld waterstof als vervanging van aardgas) alsook om het behoud van locaties van bestaande nationale energiecentrales voor toekomstige centrales. Voor kernenergie blijven enkel de locaties Borssele en Maasvlakte over. De locatie Eemshaven wordt geschrapt (bedankt VVD).

Een tweede uitgangspunt is voorsorteren op elektrificatie. Op basis van scenario’s rekent het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat er op dat er op veel meer plekken elektriciteit wordt geproduceerd en gebruikt. Als reactie hierop komt er een diepe aanlanding van wind op zee. Hogere taalkunde voor een gelijkspanningskabel vanaf de kust naar Chemelot in Limburg.

De derde peiler is ruimtelijke regie op opslag en conversie als nieuwe onderdelen in het energiesysteem. Voor grootschalige conversie en opslag van energie bestond tot nu toe geen ruimtelijk beleid. Hoewel de ontwikkeling van elektrolyse zich nog in een beginstadium bevindt, is het belangrijk om nu al rekening te houden met stevige groei. Ook omdat de Tweede Kamer een hoog ambitieniveau heeft vastgelegd. Electrolyse vraagt ruimte, aansluiting op het elektriciteitsnetwerk, aansluiting op het buisleidingennetwerk en water.

In het energiesysteem van de toekomst zullen batterijen in toenemende mate een belangrijke rol spelen voor het opvangen van korte-termijn onbalans in vraag en aanbod van elektriciteit. Deze vergen ook ruimte (fysiek en op het elektriciteitsnetwerk).

De vierde en vijfde peiler zijn de duizenddingendoekjes van het moderne beleid: de integrale afweging in de leefomgeving en de lerende aanpak.

Na vaststelling van het PEH start een juridisch traject waarin onderdelen uit het PEH worden vertaald naar het Besluit Kwaliteit Leefomgeving en de Energiewet. Daarnaast wordt de interbestuurlijke handhaving en monitoring voor het behoud
van ruimte voor energiehoofdstructuur aangescherpt. Of het PEH nog vastgesteld gaat worden nu het Kabinet demissionair is, is een goede vraag.

Foto: Maria Willems (cc)

Dirkswoud krijgt een kerncentrale  

COLUMN - Ondanks dat verschillende milieuorganisaties het totaal (‘krankzinnig, volslagen idioot’) onverantwoord noemen, heeft het nieuwe kabinet Rutte IV besloten tot het bouwen van twee nieuwe kernenergiecentrales. Dirkswoud is door het nieuwe kabinet aangewezen als locatie voor de bouw van Centrale ‘De Vaandeldrager’.

Verslaggever Tom de Vroeg van De Dirkswoudenaer, trof de burgemeester van Dirkswoud, mevrouw Hagemeijer, CDA, die net haar fiets op slot zet aan de Robert Ankerbrug. En zij reageerde niet verrast. 

‘Ja, Dirkswoud krijgt een kerncentralepark aan de Zuidervaart, daar hadden we al een aantal hectare gereserveerd voor het nieuwe Bedrijvenpark, De Wetering Stroom(t) II, maar Dirkswoud heeft vanaf vandaag andere prioriteiten. Hogerhand heeft gesproken en heeft besloten. Er was oppervlaktewater nodig, liefst stromend. En de Zuidervaart stroomt altijd, als Henk Hogenkamp, de Dijkgraaf, de voorzitter van het Waterschap, en tevens mijn zwager, de sluizen op tijd openzet. Op verjaardagen en met Sint wordt hij altijd Watergraaf genoemd. Dat is omdat hij niet echt piest in het bier. Een kleine smet op hem is wel dat hij in ’80 op de dijk zat in Dodewaard. Tegen dit, tegen dat, weet u wel. Maar gelukkig is hij veranderd. Wij gaan hier toch voor een centrale van 500 MW per jaar. Op reikwijdte en detailniveau moeten we het nog finetunen, maar we hebben in De Raad alle vertrouwen in een glorende toekomst.’

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Foto: PanaTomix (cc)

De marktkansen van nieuwe kerncentrales

ANALYSE - Met de oplopende energieprijzen zwelt de roep om nieuwe kerncentrales weer aan als aanvulling op hernieuwbare elektriciteit. Waarbij sommigen, zoals Ted Nordhaus, zo ver gaan om de huidige problemen te wijten aan een de afkeer van kerncentrales. In Nederland groeit de roep om kerncentrales al een tijd. In de landelijke politiek betonen onder andere de VVD en het CDA zich warm voorstander hiervan. Tijd om marktconsultatie die KPMG heeft uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken langs de vijf grootste risico’s te halen, zoals Citigroup die beschreef in hun paper ‘New nuclear? The economics say no.‘ Het gaat daarbij om de volgende vijf risico’s: planningsrisico, risico’s tijdens het bouwproces, elektriciteitsprijs, exploitatierisico’s en het risico bij ontmanteling & van het afval. Volgens Citigroup betreft het vijf risico’s die ieder voor zich groot genoeg zijn om zelfs de grootste energiebedrijven financieel zodanig te beschadigen dat er geen redden meer aan is. Met een nieuwe marktconsultatie van KMPG is het aardig om te bezien of de bouw van kerncentrales zich de afgelopen 15 jaar zodanig heeft ontwikkeld dat de markt nu wel in staat is om deze risico’s te dragen. En om te bezien of de marktkansen voor nieuwe kerncentrales verbeterd zijn.

Foto: Fossielvrij NL (cc)

Klimaatdoelen haal je nooit met kerncentrales

Gastbijdrage Jan Willem van de Groep

ANALYSE - Over de non-lineariteit van zowel CO2-emissie doelen als CO2-budgetten

Het einddoel kennen we allemaal, nul CO2-emissie per 2050. Voor veel politici lijkt dat een doel welke lineair behaald moet gaan worden met 2030 slechts als tussendoel. Sterker nog. Velen denken dat we nog volop tijd hebben om te oefenen, kleine stappen te zetten en aan het einde te versnellen. De discussie over het al dan niet toepassen van kerncentrales is er zo één. Lineaire verlaging van de CO2-emissie is echter niet de manier waarop we antwoord kunnen geven op deel 2 van de klimaatdoelstellingen van Parijs. Daar is namelijk ook afgesproken dat we opwarming van de aarde beperken op een waarde tussen 1,5 en 2,0 graden met een streven zo dicht mogelijk bij de 1,5 graden te eindigen in 2050 (tekst klimaatakkoord: “ruim onder de 2 graden”). Laten we daar eens op inzoomen.

CO2-budgetten  wereldwijd

Het CO2-budget is de hoeveelheid CO2 die nog uitgestoten kan worden tot 2050 om binnen de doelstelling van 1,5 tot 2,0 graden te blijven. Een flink aantal wetenschappers hebben daar met verschillende modellen aan gerekend. Het IPCC heeft uit al die publicaties een gemene deler gehaald (link) en met allerhande voorzichtigheden de zekerheid bepaald wat het meest aannemelijke getal is voor een 1,5 en 2,0 graden budget.

Quote du Jour | Een beetje straling

Mijn NRC column van dit weekend gaat over de noodzaak van kernenergie. Titel: ‘Een beetje straling doet weinig kwaad’.

Emeritus hoogleraar Martijn Katan houdt in het NRC een pleidooi om niet zo krampachtig om te gaan met het stralingsgevaar van kernergie. Op zijn eigen website heeft hij zijn betoog voorzien van de nodig referenties. Hoewel dat mooi en transparant lijkt, lijkt het ook op selectief shoppen in bronnen. Zo is een voormalig toezichthouder van de kernenergiesector in de VS ronduit negatief over de vooruitzichten van kernenergie. Belangrijke reden: de moraal in de sector om noodzakelijke veiligheidsmaatregelen te treffen.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: copyright ok. Gecheckt 06-11-2022

Duurzame energie vervangt kerncentrales en verlaagt tegelijkertijd CO2 emissies

ANALYSE - Een mythe waart door de Engelstalige wereld (en door Nederland): naar verluidt stijgt de CO2 uitstoot in Duitsland omdat hernieuwbare energiebronnen nucleaire energie niet kunnen vervangen – en dat Frankrijk gelijk heeft om te kiezen voor kernenergie. Wat laten de gegevens zien? Craig Morris onderzoekt het.

Tekst: Craig Morris. Vertaling: Krispijn Beek.

Duitsland verlaagde de CO2 emissies terwijl het kerncentrales sloot (publiek domein).

Het zijn niet alleen trollen, ook Cambridge professors en goede Amerikaanse journalisten zeggen het, en een Amerikaanse presidents kandidaat vertelde het tegen de New York Times:

Germany initially set out to close all of its nuclear reactors by 2022, but as a result, they are now likely to miss their emissions reduction targets. And France is now considering options to extend the life of many of its older nuclear power plants.

— Presidentskandidaat Marianne Williamson in de New York Times

Wat erger is is dat Amerikaanse beleidsmakers het zeggen. Inmiddels subsidiëren vijf Amerikaanse staten bestaande kerncentrales om ze open te houden. Mogelijk doen ze dat alle vijf op basis van onjuiste aannames. Het gebeurde jaren geleden in de staat New York met expliciete verwijzeing naar de verluide stijging van Duitse CO2 emissies door de uitfasering van kernenergie, daarna gebeurde het in Illinois. Een nieuwsbericht uit Ohio omschreef het eerder dit jaar als volgt toen een subsidie voor bestaande kerncentrales werd aangekondigd:

The experience of Germany was repeatedly used as an example of what might happen in Ohio. Germany decommissioned its nuclear plants in favor of an all-renewable strategy. Electricity prices spiked and carbon pollution spiked, in part because of the ramping up of fossil-fuel plants to compensate for when wind and solar faltered.

“If the studies are correct, the Germans must not know how to do this,” Mr. Randazzo [chairman of the Public Utilities Commission of Ohio] said.

“If the studies are correct” inderdaad: de vraag is of Duitsland en Frankrijk laten zien dat klimaatverandering kernenergie noodzakelijk maakt, zoals Williamson zegt? Laten we beginnen met Frankrijk.

Frankrijks “nucleaire opties”

De Franse overheid heeft als officieel beleidsdoel om het aandeel kernenergie in de elektriciteitsmix te verlagen van ongeveer 75% naar 50%. Dit beleidsdoel werd in 2012 gesteld door Hollande. Na jaren van niets doen is de datum voor het realiseren van deze beleidsdoelstelling is in 2017 uitgesteld van 2025 naar 2035. Om het nog wat ingewikkelder te maken heeft de Franse overheid het doel om nieuwe kerncentrales te bouwen. Op 15 oktober vroeg de Franse regering aan EDF om de komende 15 jaar nog zes kerncentrales te bouwen, van hetzelfde type dat in Flamanville nog steeds niet afgerond is.

Alleen kan Williamson dit voorjaar niet verwezen hebben naar de aankondiging van 15 oktober. Mogelijk doelde Williamson met zijn verwijzing naar de Franse plannen op de Grand Carénage (grote revisie) van de Franse kerncentrales. De carénage is alleen niet Frankrijk’s plan, maar het plan van EDF. Het energiebedrijf dat de Franse kerncentrales exploiteert en dat de levensduur van haar kerncentrales liever verlengt tot zestig jaar dan ze te sluiten. EDF kan dat echter niet doen zonder de toestemming van de ASN, de Franse tegenhanger van onze Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS). Dit agentschap wordt in het algemeen aangeduid als een  “waakhond.”

Hier zien we hoe moeilijk het is om te zeggen wat ‘Frankrijk’, een pluralistisch land, wil. De Franse regering bezit 84% van de aandelen van EDF, dat zijn kerncentrales langer open wil houden. De ASN, een overheidsdienst, zal een dergelijke verlenging mogelijk niet toestaan: toen het gebreken in het staalwerk van oude kerncentrales ontdekte, sloot ze in 2016 een derde van Frankrijk’s kerncentrales voor ongeplande veiligheidsinspecties. (Gebreken in het staalwerk hebben overigens ook effect op de nieuwe EPR’s.)

Er zijn geen details bekend van de revisie of de afbouw van de Franse capaciteit aan kerncentrales. Er is geen lijst van kerncentrales die EDF (niet Frankrijk) wil reviseren, geen specifieke website met daarop informatie, noch een roadmap die laat zien welke reactor wanneer uitgeschakeld wordt om het aandeel kernenergie tot 50% te reduceren.

De werkelijkheid wacht niet op vaag beleid. Tot nu toe was het algemene beeld dat Frankrijk’s oudste twee kerncentrales in Fessenheim pas dicht zouden gaan nadat de nieuwe kerncentrale in Flamanville in gebruik genomen was. Al was zelf die uitruil onzeker. Inmiddels heeft de ASN de opening van Flamanville met nog eens drie jaar vertraagd, maar EDF heeft Fessenheim opgegeven. In september kondigde het bedrijf aan dat de twee reactoren halverwege 2020 gesloten worden. Frankrijk gaat dus een ongeplande uitfasering van kernenergie tegemoet.

Dit gebrek aan gedetailleerde planning is in Frankrijk gebruikelijk beleid, tenminste voor energie: President Hollande bedacht de 50% doelstelling tijdens de verkiezingscampagne van 2012 in navolging van het incident in Fukushima. De doelstelling was niet gebaseerd op de uitkomsten van onderzoek. Het onderzoek waarop de doelstelling gebaseerd had moeten zijn werd pas uitgevoerd nadat de doelstelling was aangenomen. Onderzoekers concludeerden dat het beleidsdoel een tijdelijke stijging van de de CO2 emissies kon veroorzaken. Door de datum voor het behalen van de doelstelling te vertragen is het probleem niet opgelost, maar doorgeschoven. Frankrijk heeft sinds 2017 geen betere ideeën ontwikkeld om de tijdelijke stijging van de CO2 emissies te voorkomen dan in 2017, toen het uitstel werd aangekondigd.

Bewijst dat dan niet dat Williamson gelijk heeft en dat het sluiten van kerncentrales voor stijging van de CO2 emissies zorgt? Nee, Frankrijk’s zorgen zijn theoretisch: de Fransen hebben geen reactoren gesloten en ook niet geprobeerd om kernstroom te vervangen door hernieuwbare energiebronnen. Integendeel, de Fransen lieten kernenergie ongemoeid en de stroom van hernieuwbare energiebronnen groeide nauwelijks; zonne-energie (1,9%) en wind (5,1%) vormden slechts 7,5% van de Franse stroomvoorziening in 2018. (In Duitsland zorgde alleen al zonne-energie voor 7,7% van de vraag in 2018, met wind nog eens 18,7%, wat het totaal brengt op 26,4% ). Maar in Duitsland is het vervangen van kernenergie door hernieuwbare energiebronnen niet alleen een uitgestelde politieke ambitie; het gebeurt. Dus wat weten we?

Duitslands broeikasgasemissies tijdens de Atomausstieg

In 2011 waren 8 van Duitsland’s 17 kerncentrales gesloten. In de periode 2010-2017 daalde de emissies van de Duitse elektriciteitssector met meer dan 15%. Er zijn nog geen cijfers voor de elektriciteitssector in 2018, maar de emissies van de Duitse energiesector daalde met bijna twee procent. Tot op heden heeft hernieuwbare energie in 2019 een aandeel van bijna 50%  in de elektriciteitsproductie. Duitsland produceert nu ongeveer 210 TWh hernieuwbare energie (exclusief waterkracht), veel meer dan het record van 171 TWh voor kernenergie uit 2001. Sinds 2010 is de productie van groene stroom bijna dubbel zo hoog als de afname van kernenergie. Ongeveer 90% hiervan is wind- en zonne-energie. Duitsland laat duidelijk zien dat hernieuwbare energiebronnen de CO2 emissies kunnen verlagen tijdens het afbouwen van kernenergie.

Volgende