Duopolie | Bankieren tussen de regels

In zijn Nieuwjaarstoespraak betoogt Chris Buijink dat er niet teveel nieuwe regels aan het bankwezen opgelegd moeten worden. Aangezien Buijink voorzitter is van de Nederlandse Vereniging voor Banken is dat geen al te verrassende boodschap. Maar het neemt niet weg dat Buijink een punt heeft: de gangbare gedachte is dat de financiële crisis is ontstaan door onvoldoende regelgeving, en dat de oplossing dus moet zijn om banken extra te reguleren. Maar meer regels betekenen niet hetzelfde als strengere of betere regels. Sterker nog, het kan net zo goed andersom zijn: meer regels betekenen juist slechtere regels. Een mooi voorbeeld van financiële overregulering is de Dodd-Frank Act die naar aanleiding van de crisis is aangenomen in de Verenigde Staten en zo’n 848 pagina’s dik is. Ter vergelijking: de Glass-Steagall Act uit 1933 (voorganger van Dodd-Frank), beslaat 37 kantjes. En dan zijn we er nog niet: Dodd-Frank geeft alleen nog maar instructies voor het opstellen van regels, de echte regels moeten dan nog gemaakt worden. Een voorbeeld is de Volcker-regel, die stelt dat banken niet voor eigen rekening mogen handelen. Dodd-Frank behandelt de Volcker-regel in elf pagina’s, maar deze wordt in de praktijk een regel van 71 pagina’s, met 850 pagina’s aan introductietekst.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022
Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

Duopolie | Kap op kapitaal

Banken moeten meer eigen vermogen aanhouden. Geen drie procent, zoals nu het geval is, maar eerder twintig tot dertig procent. Dit voorstel komt van Anat Admati, een hoogleraar aan Stanford die binnenkort een seminar geeft in Amsterdam. Samen met Martin Hellwig schreef Admati een boek over kapitaaleisen voor banken, waarin zij voorstelt dat banken veel meer eigen vermogen moeten aanhouden. En gaat het niet goedschiks, dan maar kwaadschiks: Admati pleit voor een verplichte kapitaaleis van zo’n twintig tot dertig procent. Ter vergelijking: de voorgestelde kapitaaleis van Basel 3 is drie procent, het niveau waar grote Nederlandse banken nu ook ongeveer op zitten.

Kapitaal betekent in dit geval eigen vermogen, ofwel aandelenkapitaal. Het gaat dus niet om reserves en in principe hoeven kapitaaleisen dan ook niet te betekenen dat er minder geld uitgeleend kan worden door banken. Kapitaaleisen maken wel uit voor de manier waarop leningen door de bank gefinancierd worden. Bij een kapitaaleis van drie procent wordt elke lening die een bank uitzet voor gemiddeld drie procent gefinancierd met aandelen, en voor de rest met schuld. Maar de manier waarop een lening gefinancierd wordt maakt in principe alleen uit voor de samenstelling van de financiering, en niet voor de hoeveelheid financiering.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.