ELDERS - Vorige week schoten Israëlische soldaten een Jordaanse rechter dood. De resulterende diplomatieke rel werd door beide regeringen eendrachtig gesust.
De regering van Jordanië heeft dinsdag met gemak een motie van wantrouwen overleefd, die was ingediend naar aanleiding van de manier waarop Jordanië had geageerd op het doodschieten, vorige week, van de Palestijns-Jordaanse rechter Raed Zuayter net over de grens met Israël door Israëlische soldaten.
De dood van de rechter leidde tot een confrontatie tussen Jordanië en Israël en veel boze reacties. De Jordaanse minister van Buitenlandse Zaken Nasser Judeh ontbood de Israëlische zaakgelastigde om een krachtig protest te laten horen en een onderzoek te eisen. Het Jordaanse parlement stemde vorige week woensdag unaniem voor het uitwijzen van de Israëlische ambassadeur en het opzeggen van het vredesverdrag uit 1994 en gaf de Jordaanse regering een week om op een adequate manier te reageren. Indien de regering dit niet naar tevredenheid deed, zou een motie van wantrouwen volgen. En vorige week vrijdag was er een protestdemonstratie van enkele duizenden mensen voor de Israëlische ambassade in Amman.
Eergisteren, dinsdag, werd de motie van wantrouwen in stemming gebracht, uiteraard zonder dat het vredesverdrag daadwerkelijk was opgezegd of de ambassadeur inderdaad was uitgewezen. De gang van zaken die volgde, geeft goed aan hoe de veiligheidsdiensten in Jordanië er steeds in slagen om manifestaties van ongenoegen als in dit geval in een vloek en een zucht te neutraliseren. Of dat gaat met behulp van dreigementen aan het adres van de geachte afgevaardigden, dan wel met beloftes voor infrastructurele of andere verbeteringen in hun kieskring, is niet duidelijk. Maar uiteindelijk stemden dinsdag slechts dertig afgevaardigden vóór de motie van wantrouwen en waren 81 anderen tegen. De krant Jordan Times gaf aan dat aan de stemming ‘een week van lobbyen’ vooraf was gegaan.