Antisemitisme kan zoveel verschillende dingen betekenen, schrijft Bart Voorzanger, dat het zonder uitgebreide toelichting erg weinig zegt. Veel recent “antisemitisme” is in feite anti-zionisme, en daar is inhóudelijk weinig mis mee.
Een antisemiet is iemand die op grond van bepaalde overwegingen over een bepaalde groep mensen een negatief oordeel heeft en daar graag bepaalde consequenties aan verbonden zag. Maar die overwegingen, die groep, dat oordeel, en die consequenties kunnen allemaal flink variëren. Het oordeel varieert van ‘mijn beste vriend is joods, maar als schoonzoon had ik hem toch liever niet’ tot hartgrondige haat. De gewenste consequenties varieert van enige distantie – ‘met zulke mensen gaan wij liever niet om’ – tot totale vernietiging. De overwegingen variëren van religieuze overtuigingen die je niet deelt, via politieke overtuigingen die je nadrukkelijk afwijst, tot karaktereigenschappen die je verafschuwt.
Antisemitisme kan dus variëren van enige reserve tegenover een religie met gebruiken die je bevreemden en waar je maar het liefst niet te veel mee geconfronteerd wordt, tot blinde haat jegens een groep die je het liefst zag uitgemoord. En daartussen ligt een multidimensionale wereld aan mogelijke andere invullingen. Dat maakt ‘antisemitisme’ niet tot een erg helder en veelzeggend begrip.