Goede doelen genoeg, maar waar heeft je geld impact?

Vorig weekend werd in de VS een lunch met Warren Buffett geveild voor 4 miljoen euro. Het volledige bedrag gaat naar het goede doel. Voor Nederlandse begrippen is dit een uitzonderlijk grote donatie, al zijn we een liefdadig volk. Kwantiteit is echter niet het enige dat telt. Iemand die miljoenen euro's betaalt uit liefdadigheid kom je niet snel tegen in Nederland. Het grootste terugkerende inzamelingsevenement in Nederland, Serious Request van 3FM, bracht in 2018 bijvoorbeeld ‘maar’ 1.3 miljoen euro op. Over een heel jaar gezien komen we met z’n allen een stuk verder: 90% van Nederlandse huishoudens doneert minstens een keer per jaar aan een goed doel. In totaal schenken we daarmee jaarlijks 2.5 miljard euro aan goede doelen per jaar. Dat is gemiddeld zo’n €147,- per Nederlander. Met donaties van bedrijven erbij komt dit bedrag op 4.5 miljard euro. Ten slotte leveren goede doelen-loterijen, overigens een klassiek Nederlands concept, liefdadigheidsorganisaties jaarlijks 500 miljoen op.

Foto: Claire Brownlow (cc)

Gebruik materiaal biobanken beter regelen

ANALYSE - Pathologen beheren in Nederland zo’n vijftig miljoen stukjes mens, van veertien miljoen personen. Dat is veel, en het vergroot de noodzaak om voor alle soorten opslag en gebruik van lichaamsmateriaal goede regels te maken.

Een buisje bloed, een stukje tumorweefsel, uitstrijkjes, huid, nierstenen. Van bijna ieder van ons ligt wel ergens een stukje materiaal opgeslagen.

Het gebruik van lichaamsmaterialen neemt een hoge vlucht. De opkomst van biobanken is daarvan een treffend voorbeeld: de grootschalige opslag en het gebruik van lichaamsmateriaal in combinatie met persoonlijke gegevens. De weefselarchieven groeien met twee miljoen bestanden per jaar.

Gebruiksdoelen

Menselijk archiefmateriaal dient vele doelen. Het kan heronderzocht worden ten behoeve van de patiënt zelf – het hoofddoel. Daarnaast is er het ‘nader gebruik’, zoals alle andere doelen heten. Voor de medische wetenschap vormen de archieven een goudmijn aan informatie, die bovendien met het voortschrijden van de techniek steeds beter ‘leesbaar’ wordt. Zo is tumorweefsel bruikbaar om het verband op te sporen tussen genen en levensstijl in het ontstaan van kanker. Verder worden de lichaamsmaterialen benut voor de ontwikkeling van geneesmiddelen. Op medische opleidingen doet het lichaamsmateriaal dienst als didactisch materiaal.

Voorlichting

Driekwart van de Nederlandse burgers weet niets van opslag en nader gebruik van lichaamsmateriaal, blijkt uit het boek Nader gebruik nader onderzocht. Zeggenschap over lichaamsmateriaal van het Rathenau Instituut. 91% Zegt bovendien nooit te zijn ingelicht door hun arts hierover. De helft wil geïnformeerd worden én weten voor welke doeleinden hun materiaal wordt gebruikt. Nog eens drie op de tien wil hoe dan ook informatie krijgen. Het overgrote deel van de patiënten (81%) stelt die informatie eveneens op prijs.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Minister tegen Electronic Intifada

Uri Rosenthal (Foto: Flickr/Sebastiaan ter Burg)

Minister Uri Rosenthal van Buitenlandse Zaken gaat met de ontwikkelingsorganisatie ICCO praten over de website Electronic Intifada. Dit is een portal met nieuws en commentaar over het Israëlisch-Palestijnse conflict vanuit het Palestijnse perspectief. GroenLinks kamerlid Arjen El Fassed is er ooit mee gestart en werkte tot dit voorjaar als vrijwilliger voor de Electronic Intifada. ICCO heeft de website financieel gesteund en Rosenthal vindt dat dit niet kan, want ICCO ontvangt geld van de Buitenlandse Zaken. En met dat geld mag geen website gefinancierd worden die geluiden laat horen die afwijken van het regeringsstandpunt, zei hij vandaag voor de radio.

ICCO weerlegt de ‘misleidende informatie’ van de pro-Israel lobby die voor Rosenthal aanleiding was om in te grijpen. En meldt ook nog dat de bijdrage aan de Electronic Intifada afkomstig is uit particuliere donaties.

Maar ook als het ICCO de Electronic Intifada wel met ontwikkelingsgeld zou steunen komt de minister met zijn interventie gevaarlijk dicht bij een onaanvaardbare aantasting van het vrije verkeer van informatie. Het is toch een vreemde gedachte dat organisaties die gemeenschapsgeld ontvangen alleen maar standpunten mogen helpen verspreiden die de goedkeuring van de regering kunnen wegdragen? In welke tijd leven we? Ik ben bang dat onze ministers als dat zo zou zijn dagelijks vele bezoekjes moeten gaan afleggen bij allerlei media voor ‘pittige gesprekken’ (zoals Rosenthal het uitdrukte). Als je zijn standpunt doortrekt is een publieke omroep die gesteund wordt door de overheid eigenlijk ook onmogelijk. Een standpunt waar de PVV zich wellicht in kan vinden, maar de huidige regering toch echt niet.