Kunst op Zondag | Onder de brug
Hoe het werk er uit zag ben ik vergeten, maar de naam van de kunstenaar raakt nooit versleten. Zomaar een zondag rijmpje dat opborrelde na lezing van bruggen (of wat daar voor door moet gaan) die naar bekende schrijvers zijn genoemd.
We gaan er hier gemakshalve even vanuit dat schrijvers ook kunstenaars zijn, om het bruggetje te maken naar wat ik eigenlijk wil zeggen.
Kijk, kunst in de publieke ruimte is doorgaans redelijk zichtbaar. Op gevels. Soms moet je reikhalzen omdat het bovenop gebouwen staat. Verder lenen bushaltes, trafohuisjes, tunnels en bruggen zich uitstekend voor openbare galerie.
De zichtbaarheid van tunnelkunst is wat duister. Je moet er de diepte voor in en het is niet altijd ongevaarlijk om bij het kunstwerk stil te blijven staan. Dat geldt ook enigszins voor bruggen. Daar ga je over voort. Er op blijven staan leidt in veel gevallen tot verkeershinder.
In sommige plaatsen heeft men wegverkeershinder tot attractie, pardon, beleving verheven. De onderkant van ophaalbruggen als museummuur. Voor andere kunst onder de brug moet je eerst het water op. Da’s dus vrij elitiare kunst (want niet voor iedereen toegankelijk).
In veel gevallen is kunst onder de brug vooral tekst. One liners uit gedichten, hier en daar een volledig vers. Zelden beeldende kunst. Daar doe ik graffiti ernstig tekort mee. Nu behoeft dat segment amper meer publiciteit want, ook al is het veel van hetzelfde, vrijwel wekelijks is er wel ergens nieuw werk te zien.