Romanticus tussen Transsylvaanse aristocraten
Een gastbijdrage van journalist Erik Hofstra.
In de nacht van 2 op 3 maart 1949 werd de gehele Transsylvaanse aristrocratie door communisten van zijn bed gelicht en in vrachtauto’s geladen. Vanaf die dag waren zij hun grond, kastelen en vrijwel al hun andere bezittingen kwijt. Dit is het hoofdonderwerp van Kameraad Baron, de nieuwste van Jaap Scholten. Zijn vrouw Ilona, half Hongaars en van adellijke komaf, deed hem verhuizen naar Boedapest. Schrijver Scholten verkende het land waar hij de bundel Heer & Meester over schreef. Daarna verdiepte hij zich in de aristocratische geschiedenis van het naburige Transsylvanië.
Scholten is een uitstekende observator en luisteraar en een meester in het brengen van korte anekdotes. Die eigenschappen maken hem uitermate geschikt voor het schrijven van (autobiografische) romans. Met onder mee Tachtig en De wet van Spengler oogstte hij veel lof. Voor een journalistiek werk als Kameraad Baron mist hij echter kritisch vermogen. Scholten reist door het land, bezoekt oude baronnen en graven die de jaren voor 1949 bewust hebben mee gekregen en hun nazaten. Hij absorbeert de verhalen als een spons. Zonder door te vragen.
Veelstemmige wereld