Spotlight: Jonathan Coulton; internerd rockheld
In 2005 besloot Jonathan Coulton zijn baan als programmeur op te zeggen en zich volledig op het maken van muziek te storten. Hij schrijft folknummers over robotlegers, programmeren, verliefde supervillians en andere zogenaamde “geek topics”. Niet iets waarvan je denkt dat er droog brood mee te verdienen is. Niets is minder waar echter, inmiddels verdient hij zijn geld met zijn muziek. Recent kwam hij weer in de publiciteit door het schrijven van de credits muziek voor, wat door velen de game van 2007 wordt genoemd, Portal (credits).
Coulton wist het Internet te gebruiken om zonder platenmaatschappij toch van muziek zijn werk te maken. Om opgemerkt te worden gaf hij van 2005 tot 2006 elke week een gratis nummer weg via zijn podcast. Hij werd opgemerkt door onder anderen zijn folk cover van Sir Mix-a-Lot’s “Baby Got Back” en “Code Monkey” dat verhaalt over het dagelijkse leven van een programmeur. Deze laatste werd door slashdot opgemerkt en is gebruikt in de animatieserie Code Monkeys.
Humor maar geen parodie
Veel van zijn nummers zitten vol met gortdroge humor. Toch is hij niet te vergelijken met artiesten zoals Weird Al Yankovic of Richard Cheese. Coulton onderscheid zich niet alleen door het schrijven van zijn eigen nummers, maar ook door de hoge kwaliteit van zowel muziek als tekst. Van upbeat folk-rock tot melancholische “man met de gitaar”-muziek, Coulton weet precies hoe het moet. Ook als de humor in de teksten je niet aanspreekt blijven de nummers prettig in het oor klinken. Maar natuurlijk heeft hij ook een paar missers. De cover van Leonard Cohen’s “Famous Blue Raincoat” is in mijn ogen oren teleurstellend. Misschien dat hij de lat daar net iets te hoog legde?