Arme Google. De afgelopen week kreeg het bedrijf uit Mountain View een flinke dosis kritiek te verwerken omdat het een Chinese versie van de zoekmachine heeft geopend. In deze Chinese versie worden zoekresultaten gecensureerd, om zo toestemming van de Chinese regering te krijgen in het land te opereren. (Het werkt overigens niet altijd, zo blijkt)
Nu is de houding van Google natuurlijk moeilijk. Met een bedrijfsmotto als Don’t be evil is het moeilijk te verkopen dat je vrijwillig meewerkt aan censuur om je bedrijfswinst een flink schop omhoog te geven. Maar in alle media-aandacht krijgt Google onterecht de zwarte piet toegespeeld.
Want hoe erg is Google’s China-avontuur in vergelijking met de concurrenten?
Zowel Yahoo als Microsoft, de twee andere grote zoekmachines, doen al langer zaken in China en censureren hun zoekresultaten. Daarnaast zijn zowel Yahoo als Microsoft nog een stapje verder gegaan. Zo speelde Yahoo gegevens van een weblogger door aan de Chinese regering, waarna de man werd opgepakt. En Microsoft haalde enkele weken geleden nog een weblog offline van een Chinees die werkzaam was voor de New York Times.
Google wist van het wespennest waarin het zich begaf. Niet voor niets hebben Larry Page en Sergey Brin samen met CEO Eric Schmidt een Evil-schaal opgesteld, waarin kon worden gemeten hoe hun mogelijke beslissing strookte met het bedrijfsmotto. Google heeft er een jaar over gedaan de knoop door te hakken naar China te gaan, maar heeft tegelijk besloten om weblog en e-mail services niet te introduceren in China, zodat Google niet hoeft te doen wat Yahoo wel deed: Individuen aangeven bij een regering waarvan bekend is dat ze niet zachtzinnig met de eigen bevolking omspringt. Daarnaast heeft Google een aparte disclaimer geintroduceerd, die alleen verschijnt op pagina’s waarin gecensureerd is.