Geen bal op TV | De Grens
COLUMN - De Grens is het beste televisieprogramma in tijden. En presentator Tommy Wieringa is een revelatie. Zo. Weet u dat ook weer.
Op 11 september 2001 heb ik de hele avond als gehypnotiseerd gekeken naar twee torens die in elkaar stortten. Keer op keer stonden ze brandend overeind en keer op keer zegen ze ineen. Kelly die van de 15-meter-schans sprong, had hetzelfde effect op me. Murw ging ik naar bed. Hoe moest het ooit nog goed komen met de wereld? Hoe konden we hier ooit bovenop komen?
Gelukkig was daar twee dagen later Tommy Wieringa die langs de grenspaaltjes liep waarmee Drenthe van Duitsland wordt gescheiden. Reeds na de eerste woorden van de eerste zin die Wieringa met bedaarde stem sprak, wist ik weer waar het in het leven om te doen was. Om de verhalen. Kleine verhalen, grote verhalen, verhalen die ons vertellen wat de mens de mens maakt. Tommy Wierenga liep door het bos. Hij was in Duitsland. Er stond een zendmast. Volwassen mannen zaten daar stiekem plaatjes de ether in te slingeren terwijl ze bezopen werden. De Drenthenaren waren dorstig, dat had hij al verteld. En dat bleek nu ook. Bijzonder dorstig. Tommy Wierenga ging verder en sprak een oude man die jongen was geweest en als jongen de lijken van Russische krijgsgevangen had vervoerd vanuit het vergeten Duitse krijgsgevangenkamp Wesuwe naar de massagraven. Hij kwam er nog dagelijks. Om samen met zijn jongens te zijn. Het liefst had hij er een tentje neergezet, maar dat mocht niet van zijn vrouw.