serie

Boeken

Sargassoredacteuren bespreken boeken in alle soorten en maten: van non-fictie tot kinderboek, van roman tot politieke essays.


Foto: Abhi Sharma (cc)

Gratis meesterwerk: Sara Burgerhart

RECENSIE - Deze zomer bespreekt Marc van Oostendorp elke donderdag een gratis te downloaden meesterwerk uit de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Deze week: ‘Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart‘ van Elisabeth Wolff en Agatha Deken, uit 1778.

Met wie breng je liever je tijd door als je negentien bent, geld hebt, net ontsnapt bent aan het huis van je kwezelachtige tante? Met een betrouwbare man die je nooit zal aanraken voordat je degelijk getrouwd bent? Of met een charmante edele man die je de mooiste boeken uitleent en prachtig en vlammend kan vertellen over de meest uiteenlopende onderwerpen.

Sara Burgerhart weet het ook niet precies. In de gelijknamige roman, volgens sommige criteria de eerste in de Nederlandse literatuur, luistert ze beleefd naar alle volwassenen die haar aanraden om met de o zo beschaafde Edeling om te gaan, maar ondertussen voelt ze ook het avontuur met de man die van de auteurs vanaf het begin een initiaal krijgt zodat je weet dat het niet pluis is: R.

Zo’n 220 jaar oud is de roman Sara Burgerhart nu, en het behoort nog steeds tot de levendigste van de Nederlandse letterkunde. In een goede roman zie je een situatie door zoveel mogelijk verschillende ogen; zie je dat iedereen gelijk heeft ook al spreken alle personen elkaar voortdurend tegen. Sara Burgerhart heeft even gelijk dat ze met R. meegaat naar het huis van zijn vriend waar hij haar nog een heel mooie medicinale plant zal laten zien als haar hospita die haar voor R. waarschuwt.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Gratis meesterwerk: Vincent Haman

Deze zomer bespreekt Marc van Oostendorp elke donderdag een gratis te downloaden meesterwerk uit de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Deze week: ‘Vincent Haman‘ van Willem Paap, uit 1908.

Er is iets raars met de beste boeken: ze tintelen van leven, ze borrelen van persoonlijkheid, ze bruisen van een wereld die je eigenlijk alleen kunt ervaren buiten de boeken. Terwijl er musici zijn die zich van jongs af aan bijna alleen maar op de muziek toeleggen, en je wonderkinderen hebt onder de beeldend kunstenaars, kan een schrijver alleen schrijven wanneer hij voldoende heeft geleefd.

Althans in de grote wereld, maar volgens Willem Paap niet in Nederland.

In Vincent Haman geeft hij een afschuwwekkend portret van een literair wonderkind. De hoofdpersoon is een jongen die niet kan leren, die zich als kind ernstig misdraagt (op een dag introduceert hij het spel ‘koetje’: een vriendje en hij trekken allebei hun broek uit en gaan op handen en voeten staan. Twee vriendinnetjes mogen melken.)

Maar Vincent komt uit een geslacht van letterkundigen, die stuk voor stuk een carrière hebben gebouwd op het uitpluizen en navertellen van wat buitenlandse schrijvers hebben gezegd, en vervolgens ‘polemieken’ voeren over die buitenlandse schrijvers. Het ene lid van de familie is er een belangrijk schrijver mee geworden, de ander een al even deftige hoogleraar.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Klassiekers | The Dark Knight Returns

RECENSIE - Ze moet al twee jaar uit zijn, Ger Apeldoorns vertaling van The Dark Knight Returns, het stripverhaal waarmee Frank Miller midden jaren tachtig de Batman-reeks nieuw leven inblies. Dus het stukje dat ik er nu aan wijd, is wat aan de late kant. Gelukkig is het een klassieker, en voor klassiekers is het nooit té laat om erover te schrijven.

Ook in het Nederlands is dit een van de meest duistere stripverhalen die ik ken. Weliswaar eindigt het op een noot van optimisme, maar in feite zegeviert het kwaad op alle fronten en ik realiseerde me pas dit weekend hoe totaal die overwinning is.

Dat heeft iets te maken met de (opzettelijk) chaotische wijze waarop het verhaal wordt verteld. De plot zelf zit echter vrij simpel in elkaar. Batman is al een tijdje met pensioen, maar Gotham City maakt een criminaliteitsgolf mee en de held besluit op geheel eigen wijze in te grijpen. Toevallig menen psychiaters dat zijn oude tegenstander Two Face is uitbehandeld en kan worden vrijgelaten. Deze gaat meteen het verkeerde pad op en Batman rekent met hem af.

Een criminele bende is het volgende slachtoffer, en als ook The Joker uit een inrichting wordt vrijgelaten en enkele tientallen moorden pleegt, rekent Batman ook met die oude vijand af. Hij weet echter dat er geen politieke dekking meer bestaat voor een superheld als hij en Batman laat zich, als de overheid Superman tegen hem uitstuurt, door hem doden. In de laatste plaatjes leren we dat Batman helemaal niet dood is, maar in feite een manier heeft gevonden om onopvallend te verdwijnen. In een spelonk, diep onder de aarde, traint hij een nieuw leger om de wereld van gespuis te bevrijden.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Mein Kampf en de PVV

OPINIE - Uit pure journalistieke interesse Mein Kampf toch eens gelezen. Het blijkt een ronduit fascinerend boek.

Ik was benieuwd of er enige grond schuilt in de vaak gehoorde stelling dat met de opkomst van de PVV ‘jaren-dertig-toestanden dreigen’. Vooraf drong de parallel zich ook aan mij tamelijk dwingend op: Duitsland in de jaren dertig, Nederland anno 2012. Crisis, populist, zondebok. Lees ‘moslim’ waar ‘Jood’ staat en de contouren van de ‘treinen naar het Oosten’ tekenen zich als vanzelfsprekend al weer af.

Na lezing kan ik zeggen: de parallel is onzinnig. Wie de 850 soms taaie pagina’s (in de Nederlandse vertaling) tot zich heeft genomen, zal iets dergelijks nooit meer durven of kunnen beweren. Wilders is géén Hitler-in-de-dop, zoveel wordt wel duidelijk. Alleen al om die reden zou het onbegrijpelijke verbod op het verhandelen van Mein Kampf onmiddellijk opgeheven moeten worden.

Welke schimmige macht is het toch die ons verbiedt dit boek vrijelijk te lezen? Mijn zoektocht begon met gesprekjes op fluistertoon bij Amsterdamse boekenstalletjes, handelaren die me onder de toonbank en tegen een fors bedrag – vanaf 75 euro – ‘wel aan een exemplaar konden helpen’. Via Twitter trof ik een collega-journalist die de Nederlandse vertaling ooit in België had gekocht, waar het boek gewoon in de handel is, en ik mocht de pil wel lenen. Overigens is de integrale tekst gewoon te downloaden, via Wikipedia, Radio-Islam.org of Stormfront.org, maar 850 pagina’s lezen vanaf een computerscherm…

Ja, lezen van Mein Kampf is ook in boekvorm een hele klus, reken op zo’n dertig uur studie. En ja, sommige hoofdstukken of passages zijn vrijwel ondoordringbaar. Paginalange politiek-historische uiteenzettingen over het Duitse politieke landschap van rond de Eerste Wereldoorlog: geen spannende lectuur. Wie wil nu lezen over centralisme versus unitarisme in de Weimar-republiek? Daarnaast bombastische lappen tekst à la ‘The World According to Adolf Hitler’: ook niet altijd even boeiend. Al zijn de gedachtekronkels soms weer ronduit vermakelijk in hun onnavolgbaarheid: zo wijdt Hitler een heel hoofdstuk aan de ‘strijd tegen de syfilis als primaire taak’.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Gratis meesterwerk: Een revolverschot

RECENSIE - Deze zomer bespreekt Marc van Oostendorp elke donderdag een gratis te downloaden meesterwerk uit de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Deze week: ‘Een revolverschot‘ van Virginie Loveling, uit 1905.

Een van de prettige kanten van lezen: dat je in hoofden kunt kijken waarin nooit iemand kijkt, hoofden waarin het gist en borrelt. Hoofden van een Vlaamse jonge plattelandsvrouw van dertig, Marie Sanders, die altijd voor een ander klaar staat: wie er midden in de nacht een splinter in zijn duim slaat, laat hem er door haar met haar pinnetje uit halen.

Tot er iets in haar knapt.

Ook voor haar tien jaar jongere zusje heeft ze altijd gezorgd. Na de dood van beider ouders leven ze samen, tot er een ramp gebeurt: de vrouw van hun buurman, Luc Hancq (‘mijnheer Luc Hancq’, de muziekleraar van het dorp) komt te overlijden.

Ineens is hun buurman een begerenswaardige vrijgezel.

Marie denkt zeker te weten dat hij wel wat voor haar voelt. Maar gaandeweg krijgt ze in de gaten dat er tussen haar zus en mijnheer Luc Hancq ook iets moois aan het opbloeien is, en misschien zelfs wel iets veel mooiers. En dan gaat het dus gisten in Marie’s hoofd, en het loopt allemaal niet goed af, maar met een revolverschot, zoals de titel al suggereert, en allerlei ellendige nasleep ervan.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Klassiekers | Het vreugdevuur der ijdelheden

RECENSIE - Met ‘Het vreugdevuur der ijdelheden‘ van Tom Wolfe zijn wij getuige van de ondergang van Wall Street-boy Sherman McCoy. Dat is genieten. Want a) Tom Wolfe weet waarover hij het heeft en b) Tom Wolfe heeft het met heel veel liefde voor het woord (en voor ijdelheid) opgeschreven.

Eerlijk gezegd weet ik niet zeker of de letterkundigen het er al over eens zijn dat Het vreugdevuur der ijdelheden officieel een klassieker genoemd mag worden. Eigenlijk was mij gevraagd of ik voor deze serie De Avonden wilde behandelen. Aanvankelijk wilde ik dat wel. Het leek me wel wat om in het zonovergoten Languedoc mezelf weer eens onder te dompelen in de eindejaarsmijmeringen van Frits van Egters. De naderende kaalheid van zijn broer, de open staande poepflap van vader, de bessensap van moeder: wat wil een mens meer tijdens zijn vakantie? Maar toen ik er beter over ging nadenken, vond ik het toch weer wat ver gaan. Bovendien: waarom een klassieker lezen die ik al had gelezen?

Ik merkte al vrij snel dat ik met ‘Het vreugdevuur der ijdelheden’ een bijzonder gelukkige keuze had gemaakt. Ik had mezelf geen beter vakantieboek kunnen gunnen.  ‘Het vreugdevuur der ijdelheden’ is vrij eenvoudig samen te vatten: stinkend rijke Wall Street-jongen raakt betrokken bij een ongeluk in de Bronx waarbij een ‘veelbelovende zwarte scholier’ in een coma raakt en wordt zo het middelpunt van een mediahype, waardoor hij de controle over zijn leven verliest en machteloos zijn eigen ondergang tegemoet struikelt. Het boek stond al wat langer op m’n lijst, omdat het me wel interessant leek of de ondergang van obligatiehandelaar Sherman McCoy iets vertelt over de wereldwijde crisis waarin wij thans verkeren.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Gratis meesterwerk: De stille kracht

RECENSIE - Deze zomer bespreekt Marc van Oostendorp elke donderdag een gratis te downloaden meesterwerk uit de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Deze week: ‘De stille kracht‘ van Louis Couperus, uit 1900.

Carola Janssen heeft een mooie, zwoele stem en daarmee leest ze gratis een van de broeierigste verhalen voor die er ooit in het Nederlands werden voorgelezen: De stille kracht van Louis Couperus. (De opname staat hier; de geschreven tekst, ook als epub, hier.)

Carola doet dat voor Librivox, een website waarop vrijwilligers luisterboeken maken van klassieke, rechtenvrije boeken. Die opnamen voegen ze ook zelf toe aan het publieke domein. Download Carola, zet haar op je telefoon, doe je ogen dicht en ga naar ons Indië.

Het is er niet pluis.

Althans, niet voor de Nederlanders, want die zitten daar wel, maar ze horen er niet. Ze begrijpen de lokale bevolking niet, ook al hebben ze de macht over hen en ook al zijn ze verknocht geraakt aan hun eten en aan sommige van hun gewoontes. Ze kunnen niet tegen de volkomen afgelegenheid van de plaatsen waar ze door het koloniale regime gevestigd worden. Ze krijgen het op hun heupen van het klimaat.

Leonie van Oudijck, met name, hoort daar niet. Zij houdt van het leven en van de stad, als vrouw van een resident verveelt ze zich en gaat uit pure balorigheid maar met de zoon uit een vorig huwelijk van haar man naar bed. Waarop de ‘stille kracht’ begint te werken: ze wordt bespogen met een rood goedje als ze in bad gaat, een spiegel breekt, haar man krijgt bedorven whisky. Of dat echt een magische, oriëntaalse kracht is, of alleen maar verzet van de bevolking, blijft in het midden. Uiteindelijk gaat Otto, de man van Leonie, die meent dat hij zo thuis is in Indië, eraan ten onder.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Klassiekers | Anna Karenina

RECENSIE - Oud Zeikwijf recenseert Anna Karenina van Lev Tolstoj, ‘de raakste roman over de liefde.’ Let op: spoiler alert.

Merkwaardig hoe een wezen zoals ik, dat geen ogenblik onbenut laat om met Dostojevski, Gontsjarov of Gogol te dwepen, driekwart van haar leven kon slijten zonder van Lev Tolstoj te hebben gehoord. Deze lacune, die waarschijnlijk kwam doordat ik de auteur vanaf mijn vroegste jeugd met Tchechov verwarde (die mij sinds een gruwelijk saaie uitvoering van La Ceriseraie in een Maison de la Culture in Frankrijk nimmer had aangesproken) explodeerde in al haar onwaarschijnlijkheid in mijn gezicht bij het zien van een biografische verfilming van zijn leven.

Kon het? Kon het zo zijn dat er ergens nog een klassieker te koop stond – sterker nog, een heel oeuvre! – die mij zou kunnen vervoeren zoals ze dat deden toen ik in de twintig was? Bijna 50, ik had het corpus van de voor mij interessante romans in een trits talen gelezen en zat al jaren op zwart zaad, bookwise speaking. Ik was een mens dat niet meer las. Een gewezen boekenworm. Nieuwere dingen waren soms best aardig… de Nederlandse bijna nooit. De calvinistische zuinigheid die mij elke dag van mijn ballingschap uit het vrolijke Frankrijk een last is, komt nergens zo cru over als in de literatuur. ‘Alleen primitieven bedienen zich van epitheten!’ riep een hedendaagse schrijver tegen mij. Of heb ik het ervan gemaakt terwijl hij simpel zei: ‘Jij gebruikt teveel bijvoeglijke naamwoorden.’ Hoe het ook zij, toen het besef was neergedaald dat er inderdaad wat voor mij te lezen stond, mailde ik slavist Wouter van den Berg de vraag waarmee te beginnen. Het werd Anna Karenina, in de vertaling van Lourens Reedijk.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Gratis meesterwerk: De verlatene

RECENSIE - Deze zomer bespreekt Marc van Oostendorp elke donderdag een gratis te downloaden meesterwerk uit de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Deze week: ‘De verlatene. Een roman uit het Joodsche leven‘ van Carry van Bruggen, uit 1910.

Het gevoel van verlatenheid is nooit zo krachtig in het Nederlands uitgedrukt als in Carry van Bruggens debuutroman uit 1910. Een arm Joods gezin van rond de eeuwwisseling valt uit elkaar zonder dat iemand er iets aan kan doen. Wie zich na het dichtslaan van het boek niet voor altijd een beetje allener voelt, heeft geen hart.

Het boek begint en eindigt met de beschrijving van een seideravond aan de vooravond van het Pesachfeest. Het eerste feest is nog warm: ondanks het onbegrip van het dorp gaat het gezin Lehren op in het feest waarmee de uittocht uit Egypte gevierd wordt. Aan het eind van het boek doet de vader het gezinsfeest in zijn eentje over tot de dood erop volgt.

De vader is daarmee misschien de verlatene van de titel, maar tegelijk heeft hij zelf misschien juist zijn voer kinderen verlatenen. Zijn God, en vooral: zijn godsdienst, heeft hij nooit vaarwel willen zeggen. Vooral nadat zijn vrouw overleed, trok hij zich juist steeds verder terug in een orthodoxie die voor zijn kinderen, net als voor de rest van zij n dorp, niet meer vol te houden was.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Klassiekers | De naam van de roos

RECENSIE - In het begin was het woord, dat al vrij snel werd gevolgd door taalplezier. Mensen kunnen niet alleen communiceren maar hebben er ook over nagedacht hoe ze dat het prettigst en effectiefst doen. Een mooie metafoor verduidelijkt. Een elegante opbouw verheldert. Esprit houdt de aandacht vast. Wie woorden zo gebruikt dat mensen luisteren of lezen met plezier, communiceert effectiever.

Om het tekstplezier te vergroten, kun je gebruik maken van citaten. Je kruidt er je tekst mee en behaagt je lezer, die zich gevleid voelt omdat je een brede algemene ontwikkeling bij hem veronderstelt. De beste manier om te citeren is het niet al te nadrukkelijk te doen, zodat degene die de verwijzing herkent erom kan glimlachen, maar degene die haar niet herkent niet het gevoel heeft iets te missen. Het eerste gebod bij een goed citaat is, om Joost Zwagerman aan te halen, dat elke boerenlul de tekst moet kunnen blijven begrijpen.

Kampioen

Umberto Eco is kampioen citeren, en dat is niet zo vreemd, want hij werkte als hoogleraar semiotiek, een wetenschap die zich bezighoudt met tekens en verwijzingen. De naam van de roos, het boek waarmee hij in 1980 debuteerde, staat bol van de literaire verwijzingen. Een deel ervan valt in de Nederlandse vertaling erg op: als Eco uit de Bijbel citeert, doet hij dat namelijk in het Latijn, wat in een Nederlandse tekst overdrevener overkomt dan in een Italiaanse. Het onbedoelde resultaat is dat het boek in ons taalgebied het speeltje werd van een intellectuele klasse. Ik herinner me dat men destijds sprak van een roman door een professor voor professoren.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Gratis meesterwerk: Het land van herkomst

RECENSIE - Deze zomer bespreekt Marc van Oostendorp elke donderdag een gratis te downloaden meesterwerk uit de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Deze week: ‘Het land van Herkomst’ van E. du Perron, uit 1935.

Wie ben ik? Hoe kan ik dat uitzoeken? Moet ik niet op zijn minst een beetje rust hebben om daarover na te denken? Rust in mijn privé-leven, rust in mijn omgeving, rust in mijzelf?

Nee! Wie gaat wachten tot de omstandigheden ideaal zijn, komt nooit toe aan een beetje nadenken over zichzelf. Dat moet E. du Perron gedacht hebben toen hij in de vroege jaren 1930 aan Het land van herkomst begon. Hij had net een nieuwe liefde. Zijn moeder was onverwacht overleden en bleek vooral ellende te hebben nagelaten. De nazis rukten op in Europa. Du Perron besloot in zijn jeugd te gaan graven.

Hij besloot alle onrust ook in dat boek op te nemen. In de roman – de hoofdpersoon heet Arthur Ducroo, maar er is vermoedelijk nog nooit ook maar één lezer geweest die dacht dat dit iemand anders was dan Du Perron – vertelt de schrijver twee dingen tegelijk: over de jeugdjaren van Ducroo, die zich vooral in Nederlands Indië afspeelden, en over zijn heden waarin hij probeert de nalatenschap van zijn moeder geregeld te krijgen, verslag doet van het opkomend nationaal-socialisme en het communisme, en allerlei gesprekken voert met vrienden – over de liefde, over de politiek en zelfs ook over het boek Het land van herkomst.

Foto: Abhi Sharma (cc)

Klassieker | Effi Briest

RECENSIE - Als er één klassieker in de Duitse literatuur is die de ongelijkheid tussen man en vrouw aan de kaak stelt, dan is dat Effi Briest. Deze roman van Theodor Fontane verscheen in 1896. Net als Anna Karenina en Madame Bovary is Effi Briest een realistische roman. Fontane concentreert zich niet alleen op de leef- en gevoelswereld van een jonge barones, hij slaagt er in om de motieven van alle personages en daarmee de Pruisische samenleving inzichtelijk te maken. Effi Briest is een hoogtepunt uit de Duitse literatuur, niet alleen vanwege de mooie taal, maar ook omdat het je de sleutel geeft om alle rolmodellen uit die tijd te kunnen begrijpen.

Effi wordt op haar zeventiende door haar ouders gekoppeld aan de twintig jaar oudere Geert von Instetten. Baron von Instetten is een goede partij, hij heeft voortreffelijke vooruitzichten. Het enige wat Effi zorgen baart, is dat haar aanstaande man er nogal wat principes op nahoudt. Effi houdt niet van regels, zij houdt juist van het gevaar. Na de bruiloft gaat het stel in een afgelegen badplaats in Vorpommern wonen. Geert von Instetten neemt zijn huwelijk serieus, maar zijn carrière ook. Daardoor is Effi vaak op zichzelf aangewezen in het saaie dorp Kessin. Majoor Crampas verschaft haar afleiding, samen rijden ze graag paard over het strand en door de bossen. Over de precieze aard van de relatie zwijgt Fontane, maar door de briljante dialogen valt er genoeg te raden voor de lezer.

Vorige Volgende