Studium Generale Universiteit Utrecht

211 Artikelen
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Ontmoet befaamde wetenschappers, debatteer met denkers en luister naar schrijvers die hun drijfveren blootleggen. Studium Generale is het podium van de Universiteit Utrecht, waar studenten, docenten en andere geïnteresseerden kennis kunnen maken met alle mogelijke vakgebieden.

Studium Generale biedt iedereen de mogelijkheid kennis te maken met een vakgebied zonder verdere verplichtingen. Een toegankelijk programma op academisch niveau, te volgen zonder voorkennis. Waarom vindt de universiteit dit belangrijk? Omdat academische vorming meer is dan vakinhoudelijke kennis. En omdat de wet bepaalt dat de universiteit aandacht moet schenken aan de samenhang van wetenschappen en aan de maatschappelijke aspecten van wetenschap.

Meer informatie over ons, onze lezingen en ons nieuwsblog vind je op www.sg.uu.nl.
Foto: Marco Derksen (cc)

Waarom de Nederlandse jeugd het gelukkigst is

ACHTERGROND - Nederlandse jongeren zijn de gelukkigste jongeren in het Westen omdat er in ons land veel nadruk wordt gelegd op de sociale relatie. Dat betoogde Wilma Vollebergh, hoogleraar jeugdstudies, in een lezing van Studium Generale.

Uit onderzoek blijkt dat Nederlandse kinderen het gelukkigst zijn van heel Europa en Noord-Amerika. Daarbij speelt welvaart een rol, maar uit onderzoek komt naar voren dat vooral de sociale omgeving belangrijk is. Hoe ziet de sociale omgeving van een gelukkig kind er uit? Wat is er zo opvallend aan de sociale omgeving van kinderen in Nederland?

Veranderende jeugdfase

De afgelopen decennia hebben enorme veranderingen plaatsgevonden in de jeugdfase. Vandaag de dag zijn kinderen gelukkig, maar was dat vijftig jaar geleden ook zo? Was de generatie van opa’s en oma’s net zo door het fortuin begunstigd? Een belangrijke verandering die tegenwoordig in de jeugdfase wordt geconstateerd is het naar voren geschoven ‘exit kindertijd’ en het naar achter geschoven ‘entree volwassenheid’. Dat betekent dat er een lange transitietijd bestaat tussen de ‘jeugd’ en ‘vaste verplichtingen’. Een andere, duidelijke verandering is terug te zien in seksualiteit. Vroeger was voortplanting onlosmakelijk verbonden met seks. Je ging tenslotte als maagd het huwelijk in. Tegenwoordig wordt seks door de jeugd vaak niet meer rechtstreeks verbonden met voortplanting.

Foto: @Doug88888 (cc)

Een beetje medicalisering is zo gek nog niet

OPINIE - De gezondheidszorg is soms een gevaar voor de gezondheid, vindt Hans Achterhuis. Welnee, reageert Margo Trappenburg, een beetje medicalisering is juist goed.

In een reeks avonden van Studium Generale Utrecht en artikelen in Trouw gaat Denker des Vaderlands, Hans Achterhuis, in gesprek met Tegendenkers. Het tweede gesprek vond vorige week plaats, met Margo Trappenburg. Zij is bijzonder hoogleraar sociaal-politieke aspecten van de gezondheidszorg en de overlegeconomie aan de Universiteit van Amsterdam. Gisteren op Sargasso het betoog van Hans Achterhuis. Vandaag het antwoord van Margo Trappenburg.

MARGO TRAPPENBURG

Mensen worden soms ziek door artsen, ziekenhuizen en medicijnen, de zogeheten iatrogenese. Kunnen we er iets tegen doen, vraagt Hans Achterhuis zich af. Mijn antwoord luidt: ja, maar ik weet niet of we dat willen en ik vind het niet voor elk soort iatrogenese verstandig.

We onderscheiden klinische, sociale en structurele iatrogenese. Om bij de eerste, kinische iatrogenese te beginnen: mensen worden ziek door medische fouten en door bacteriën in het ziekenhuis. En door bijwerkingen van behandelingen die soms niet eens noodzakelijk zijn. Wat doen we daaraan?

Volgens mij hebben de politiek en de zorgsector een groot deel van de jaren tachtig en negentig besteed aan de strijd tegen klinische iatrogenese, omdat die samenviel met de roep om kostenbeheersing die de politieke agenda in de zorg bepaalde. Nederlandse huisartsen stelden zich op als strenge poortwachters. Zij noemden zich ‘hoeder van het natuurlijke beloop’ van de ziekte. ‘Als het over een paar dagen (weken) nog niet over is, komt u nog maar eens terug’, was een van de vaste adviezen van de huisarts. In dezelfde periode werd geprobeerd om de ‘interdoktervariatie’ te verkleinen, na een spraakmakend rapport van de Gezondheidsraad in 1991. Dokters stelden medische richtlijnen op, waarin precies werd vastgelegd welke diagnostiek hoort bij welke symptomen en welke behandeling bij welke ziekte.

Foto: @Doug88888 (cc)

Ziek van artsen, ziekenhuizen en geneesmiddelen

OPINIE - De gezondheidszorg is soms een gevaar voor de gezondheid, vindt Hans Achterhuis. Welnee, reageert Margo Trappenburg, een beetje medicalisering is juist goed.

In een reeks avonden van Studium Generale Utrecht en artikelen in Trouw gaat Denker des Vaderlands, Hans Achterhuis, in gesprek met Tegendenkers. Het tweede gesprek vond vorige week plaats, met Margo Trappenburg. Zij is bijzonder hoogleraar sociaal-politieke aspecten van de gezondheidszorg en de overlegeconomie aan de Universiteit van Amsterdam. Vandaag op Sargasso het betoog van Hans Achterhuis. Morgen op dezelfde tijd het antwoord van Margo Trappenburg.

HANS ACHTERHUIS

Om de zoveel tijd besteedt Piet Borst zijn altijd interessante medisch-wetenschappelijke column in NRC Handelsblad aan een felle bestrijding van de alternatieve geneeskunde. Op 29 september was het weer zover. Ditmaal was de Chinese kruidengeneeskunde, die kanker in Aziatische landen zou veroorzaken, zijn doelwit. Veel kruidenmengsels worden door ‘domme dokters’ voorgeschreven. De tumoren die zo ontstaan, heten ‘iatrogeen”.

Het begrip iatrogenese wordt in de medische vakliteratuur gebruikt om ziekten aan te duiden waarvan artsen, ziekenhuizen en geneesmiddelen de veroorzakers zijn. Ik neem aan dat Borst gelijk heeft wanneer hij dit begrip gebruikt in zijn verwijt aan de alternatieve geneeskunde. Toch blijf het voor mij verwarrend dat hij altijd ‘de reguliere gezondheidszorg’ als lichtend voorbeeld tegenover de alternatieve benadering stelt. Wie de kranten de afgelopen maanden heeft gelezen, struikelt over de voorbeelden die laten zien dat ook de reguliere vaderlandse gezondheidszorg vele iatrogene effecten heeft.

Foto: Ammon Beckstrom (cc)

Angry Birds als lichtend voorbeeld

ANALYSE - Het Finse Angry Birds is wereldwijd een kaskraker geworden. Allang niet meer slechts een spelletje op de smartphone, maar een merk dat door kinderen en volwassenen omarmd wordt. Is Angry Birds daarmee een voorbeeld voor innovatie, vraagt Melanie Peters zich af.

Vorige week hoorde ik het verhaal van Angry Birds. De trots van de Helsinki-regio als het gaat om innovatie. Het was op een conferentie over de rol van interactie met publiek en draagvlak voor innovatie, met hoop op economische groei voor de Europese regio’s.

Serieus? Ja, het spel Angry Birds is een voorbeeld. Het veroverde de wereld. Ze spreken in Helsinki niet eens meer van incubators. Tijd om te incuberen is er niet. Binnen 35 dagen was het spel al 50 miljoen keer gedownload. In de Wired van september stond Helsinki met 10 van dit soort voorbeelden in de top 100 vanEurope’s hottest startups 2012.

Volgens de autoriteiten was het verstandig lokaal beleid waardoor dit tot stand kon komen: het opvatten van innovatie als een proces van cocreatie. Als Harvard en de gemeente Cambridge het Facebook niet zo moeilijk hadden gemaakt, hadden ze vast nog in Massachusetts gezeten, in plaats van naar Californië te verhuizen.

Hoeveel geld er verdiend is met Angry Birds vertelt het verhaal niet. Wel dat het nu veel meer is dan een spel, het is een brand geworden. Aan alle t-shirtjes, broodtrommeltjes, knuffels en snoepjes van Angry Birds wordt meer verdiend dan aan het spelletje. De brouwerij die Angry Birds-cola op de markt bracht verdient nu meer aan cola dan aan bier. So what’s the innovation? De software van het spelletje, bedacht door slimme programmeurs of het vermarkten van de poppetjes?

Foto: Micah Baldwin (cc)

Nut van het genenpaspoort

VERSLAG - Wetenschappers kunnen steeds beter het menselijk DNA lezen. Zo goed, dat het mogelijk is een genenpaspoort van ieder individu op te stellen. Maar wat voor nut dient dat?

DNA, desoxyribonucleïnezuur, is de taal waarin al het leven is geschreven. Een taal die wetenschappers al lang proberen te begrijpen. We zijn inmiddels een heel eind. Konden onderzoekers in 1990 drieduizend basenparen per dag aflezen, inmiddels is dat aantal gegroeid tot 500 miljard. Het apparaat waarmee DNA wordt gesequenced, de term voor het aflezen van DNA, is gekrompen tot de grootte van een telefoonchip.

Elk mens heeft iets meer dan drie miljard basenparen, die samen bepalen welke eigenschappen we hebben. Voor het grootste gedeelte zijn die paren bij mensen hetzelfde. Van de drie miljard zijn er twee tot vijf miljoen verschillen. Deze verschillen bepalen wie je bent. Je haar- en oogkleur, maar ook je aanleg voor bepaalde ziektes zijn eruit af te lezen. Er zijn bedrijven die gentests aanbieden tegen betaling. Zij lezen jouw DNA af uit wat spuug en sturen je dan een zogenaamd ‘genenpaspoort’ toe. Daarin kun je zien of jij meer of minder kans op bepaalde ziektes hebt dan het gemiddelde. Nuttig? Dat is de vraag.

Foto: zzkt (cc)

Wie is er begonnen? Deel 2

OPINIE - Geweld komt vaak van mensen die zelf slachtoffer zijn van onrecht, betoogt Ruud Welten. Welnee, betoogt Hans Achterhuis in een tweede essay, als we zo gaan redeneren, kan iedereen erop los slaan.

In een reeks avonden van Studium Generale Utrecht en artikelen in Trouw gaat Denker des Vaderlands, Hans Achterhuis, in gesprek met Tegendenkers. Maandag vond het eerste gesprek plaats in een volle aula van het Academiegebouw in Utrecht.

Hans Achterhuis omschreef geweld als ‘het min of meer met opzet toebrengen of dreigen toe te brengen van schade aan mensen of voorwerpen’. In zijn magnum opus ‘Met alle geweld’ beschrijft hij de vele zichtbare verschijningsvormen van geweld. Maar, vroeg Tegendenker Ruud Welten zich af, hoe moeten we omgaan met de vele onzichtbare vormen van geweld die in onze maatschappij aanwezig zijn? Er is veel onzichtbaar geweld dat inherent is aan de moderne welvaart. Met een versluierende term uit het leger noemde Welten dat ‘Collateral Damage’: bijkomstige schade. Beveiliging, bureaucratie, intimidatie en sociale ongelijkheid lijken onze samenleving vredig te houden, maar zorgen structureel voor bijkomstige schade. Al zien we dat niet graag onder ogen.

Gisteren kon je het essay van Ruud Welten lezen. Vandaag antwoordt Hans Achterhuis.

HANS ACHTERHUIS

Foto: zzkt (cc)

Wie is er begonnen? Deel 1

OPINIE - Geweld komt vaak van mensen die zelf slachtoffer zijn van onrecht, betoogt Ruud Welten. Welnee, betoogt Hans Achterhuis in een tweede essay, als we zo gaan redeneren, kan iedereen erop los slaan.

In een reeks avonden van Studium Generale Utrecht en artikelen in Trouw gaat Denker des Vaderlands, Hans Achterhuis, in gesprek met Tegendenkers. Maandag vond het eerste gesprek plaats in een volle aula van het Academiegebouw in Utrecht.

Hans Achterhuis omschreef geweld als ‘het min of meer met opzet toebrengen of dreigen toe te brengen van schade aan mensen of voorwerpen’. In zijn magnum opus ‘Met alle geweld’ beschrijft hij de vele zichtbare verschijningsvormen van geweld. Maar, vroeg Tegendenker Ruud Welten zich af, hoe moeten we omgaan met de vele onzichtbare vormen van geweld die in onze maatschappij aanwezig zijn? Er is veel onzichtbaar geweld dat inherent is aan de moderne welvaart. Met een versluierende term uit het leger noemde Welten dat ‘Collateral Damage’: bijkomstige schade. Beveiliging, bureaucratie, intimidatie en sociale ongelijkheid lijken onze samenleving vredig te houden, maar zorgen structureel voor bijkomstige schade. Al zien we dat niet graag onder ogen.

Vandaag het essay van Ruud Welten. Morgen om deze tijd het antwoord van Hans Achterhuis.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Frame or be framed: Europese bestemmingen

Nederland stond tot voorheen overwegend positief tegenover Europese integratie. Die tijden lijken voorbij sinds het euroscepticisme van Pim Fortuyn, eind jaren ’90.

Sindsdien heeft Nederland massaal NEE tegen de Europese grondwet gezegd en gooide Geert Wilders hoge ogen met zijn anti-Europacampagne.
Hoe is deze omslag te verklaren? Op deze vraag gaat communicatiewetenschapper prof. dr. Claes de Vreese nader in. Hij onderzoekt de interactie tussen media en politiek.

Op de website fastfacts.nl spreekt hij in een filmpje over de dynamiek van (Nederlandse) politiek, media en publieke opinie.

De politiek en de media wijzen graag met een beschuldigende vinger naar elkaar. Een belangrijk fenomeen in deze wisselwerking is ‘framing’; hoe ‘verpak’ je informatie het meest doeltreffend?

Bij Studium Generale werd tijdens Het Grote Mediadebat ook gesproken over de relatie tussen media en politiek. Dr. Thomas Schillemans, filosoof Rob Wijnberg en voormalig campagnestrateeg Kirstel Verdel spraken over de mogelijkheden, effecten en mate van objectiviteit in verslaggeving van bijvoorbeeld politieke gebeurtenissen. Kijk hier de lezing terug.

Tekst: Ruben Dieleman

Foto: copyright ok. Gecheckt 26-09-2022

Voorspel de toekomst met sedimenten

Zomer of geen zomer, bij de Studium Generale Utrecht houden ze toptalenten in het oog. Tekst: Ruben Dieleman.

Het versterkte broeikaseffect treedt op doordat er te hoge concentraties CO2 in de atmosfeer zitten. Het is echt een klimatologisch probleem van deze tijd. Of niet?

Door aardbodemonderzoek is bekend dat er tussen de vijftig en zestig miljoen jaar geleden een hoge concentratie CO2 in de lucht was. Dr. Appy Sluijs, als paleoklimatoloog werkzaam aan de Universiteit Utrecht doet onderzoek naar de effecten van die hoge CO2 concentraties op het klimaat toen om iets te kunnen zeggen over toekomstige klimaatontwikkelingen.

In het filmpje op de website fastfacts.nl sprak hij over deze effecten.

Bij Studium Generale sprak dr. Appy Sluijs eerder in de reeks ‘Verkenners in de Wetenschap‘ over hoe het verleden van onze aarde is vastgelegd in sedimenten. Met de goede sedimenten heb je een waar geschiedenisboek in handen. Wat kan dit geschiedenisboek ons vertellen over de toekomst? Kijk hier de hele lezing terug.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De flexibele mens en zijn angsten

Jobhoppen, relatiehoppen en religieshoppen, daaruit bestaat het leven tegenwoordig. Vaste relaties hebben we als ketens van ons af geworpen om ons helemaal te richten op vrijheid en zelfontplooiing. Daarmee hebben we echter een hoop waardevols weggegooid, dat niet zo makkelijk weer te hervinden is. Richard Sennett stelt in zijn werk deze cultuurpessimistische diagnose van de hedendaagse maatschappij, die haast geen samenleving meer te noemen is. Hoe krijgen we weer vaste grond onder de voeten?

Prof. dr. Joep Dohmen geeft in zijn lezing over Sennett in de serie Levenskunst van Studium Generale Utrecht toe dat hij de praktische uitwerking van Sennetts ideeën niet op alle punten overtuigend vindt. In de praktijk van bedrijfsleven en politiek zullen idealen als vakmanschap en respect gestalte moeten krijgen. Dohmen constateert dat er een spanning is tussen het individuele verlangen om een ‘vakman’ te worden en het verlangen naar sociale cohesie, zoals beide door Sennett beschreven worden.

Het kapitalisme heeft ons beroofd van de vaste pijlers die we hadden. Natuurlijk leidde die vastigheid ook tot vervreemding en verveling. Maar, vraagt Sennett, zal flexibilisering werkelijk het kwaad van de routine genezen? We zijn ‘flexibele mensen’ geworden. Aan de ene kant is dat omdat we voortdurend onszelf voorop zetten en niet meer loyaal zijn aan een ander, laat staan een werkgever. Aan de andere kant is het een uitwas van de manier waarop de economie werkt. Vandaag werd bekend gemaakt dat in 2011 nog maar 2000 mensen direct een vast contract kregen in een nieuwe functie, tegenover 83.000 in 2010. Het gaat verder dan dat: een op de vijf kinderen groeit op in een gezin zonder beide biologische ouders en nog veel meer huwelijken stranden.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De veroveringstocht van plant en dier

Als je op grote schaal naar de ontwikkeling van de aarde kijkt, komen er vreemde feiten aan het licht. Nu zouden we graag meer groen zien en minder CO2 in de lucht hebben, 470 miljoen jaar geleden was dat wel anders. Het debuut van de plant op het land zorgde voor een temperatuurdaling van maar liefst 17 graden! De rotsen waar mos op groeide verweerden en daarbij werden enorme hoeveelheden CO2 uit de lucht gezogen. Een ijstijd van ongeveer vijftien miljoen jaar volgde. In dit bericht (pdf) uit de Volkskrant wordt de vernietigende veroveringstocht van de plant over de wereld beschreven.

Maar hoe zit het met de veroveringstocht van het dier? Komen daar ook opzienbarende feiten boven als we uitzoomen en de gebeurtenissen op een schaal van miljoenen jaren gaan bekijken? Jazeker, neem bijvoorbeeld het feit dat de mens afstamt van reptielen en dat de vliezen die breken bij de geboorte van een kind hetzelfde zijn als de vliezen rondom een ei. Prof. dr. Jelle Reumer schetste bij Studium Generale de evolutie van de gewervelden en liet zien dat de mens nog veel meer sporen in zich draagt van een ver, ver verleden. Zo kun je ook aan onze schedel met welke soorten we meer en met welke soorten we minder verwant zijn. Maar dat is nog lang niet alles.

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

De dokter en de 3d-printer

Onlangs kreeg een 83-jarige vrouw in het Orbis Medisch Centrum in Sittard‐Geleen een 3D-geprinte kaak geïmplanteerd. De onderkaak van de patiënt was dermate geïnfecteerd dat een volledige verwijdering van het bot noodzakelijk was. De nieuwe kaak is gemaakt van gesmolten lagen titaniumpoeder die door een 3D-printer zijn afgedrukt. In de toekomst zal het mogelijk zijn om onder andere prothesen, implantaten of zelfs werkende organen te vervaardigen. In de Tedtalk Printing a human kidney van Anthony Atalazie je bijvoorbeeld hoe de 3D-printer een menselijke nier maakt van levend celmateriaal.

Hoe werkt een 3D-printer? Via de computer stuur je een bestand naar de printer. Vervolgens bouwt de printer het object laagje voor laagje op. Dat kan door hard materiaal, bijvoorbeeld plastic, te smelten en zo in de gewenste vorm te ‘printen’; of door poeder, bijvoorbeeld gips of epoxy, te verharden en op die manier het object op te bouwen. Het proces duurt, afhankelijk van de grootte van het object, slechts enkele minuten en het object is daarna meteen klaar voor gebruik.

3D-printen, ook bekend als rapid-prototyping, is niet iets van de afgelopen tijd. De technologie bestaat namelijk al zo’n dertig jaar. Voorheen was het apparaat echter zo groot en duur dat het alleen in de zware industrie gebruikt werd. Sinds kort is het apparaat gebruiksvriendelijk genoeg om voor het grote publiek toegankelijk te zijn. Door de 3D-printer is het mogelijk om objecten van internet te downloaden en deze vervolgens in 3D af te drukken. Op deze manier wordt de consument ook producent. In de Tedtalk A Primer on 3d printing bespreekt de 3D-printer- en software-expert Lisa Harouni de mogelijkheden van het nieuwe apparaat.

Vorige Volgende