Welgemoed het nieuwe jaar in
COLUMN - Laten we voor 2020 een paar richtlijnen afspreken om ieders dagelijks leven, de staat van het publieke debat plus het politieke vertoog draaglijk te maken – en dat zo hopelijk te verbeteren.
Een. Aan cynisme heeft niemand iets. Je klinkt er weliswaar slim door, maar het is de dood in de pot. Je stelt zo vooral je eigen mening voorop en getuigt van dedain jegens anderen, terwijl luisteren stukken verstandiger is, en de ander serieus nemen altijd onontbeerlijk is.
Twee. Laten we ophouden te denken dat alles twee kanten heeft: dat is niet zo. Terwijl je serieus kunt debatteren welk beleid helpt de klimaatcrisis tegen te gaan (maar we juist dat akelig weinig doen), is ontkennen dat we met een crisis kampen geen zinvol uitgangspunt meer. Een fiks deel van Australië staat al maanden in de hens, de temperaturen stijgen overal, het poolijs kalft harder af dan verwacht, de CO2-uitstoot blijft wereldwijd toenemen.
Onder wetenschappers is het debat allang beslecht: wij mensen zijn er verantwoordelijk voor. Wie dan toch mensen aan het woord laat die de klimaatcrisis ontkennen, kan zich niet beroepen op evenwicht, of op neutraliteit. Waarom zou je mensen het woord geven die zich op kwakwetenschap beroepen? Als 99 procent van de wetenschappers het na een vrij rigoureus debat eens zijn, vormt die afwijkende 1 procent geen representatieve stem.