Gastauteur

2.297 Artikelen
3 Waanlinks
25 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Matthias Müller (cc)

Veroordeeld voor virtuele plannen in Minecraft

INTERVIEW - De Siberische scholier Nikita Uvarov werd in 2021 veroordeeld tot vijf jaar kamp wegens terrorisme. Het Moskouse Hoger Gerechtshof wees de cassatie in januari van dit jaar af. Een gastbijdrage van Ardy Beld.

In de zomer van 2020 werden Nikita Uvarov, Denis Michailenko en Bogdan Andrejev gearresteerd door de geheime dienst FSB. In hun jeugdige overmoed hadden de 14-jarige scholieren in het holst van de nacht zelf geprinte affiches met de eis tot vrijlating van een politieke gevangene in hun woonplaats, het Siberische stadje Kansk, aangeplakt. Daarbij hadden ze ook het lokale bureau van de geheime dienst FSB niet overgeslagen. De tieners werden met veel bombarie in de boeien geslagen.

Na inzage van messenger-berichten op de telefoons van de jongens, stelden FSB-medewerkers vast dat ze een voor provinciale maatstaven ongekende vangst hadden gedaan. De jongens die dweepten met het anarchisme waren van plan het plaatselijke FSB-gebouw na te bouwen in het computerspel Minecraft om het daarna zonder pardon op te blazen. Later werd de versie van de geheime dienst nog serieuzer: de minderjarigen zouden tussen oktober 2019 en juni 2020 hebben geoefend met explosieven in leegstaande gebouwen ter voorbereiding van een terroristische aanslag.

Nikita zat 11 maanden in voorarrest. Pas in mei 2021 mocht hij de gevangenis voorwaardelijk verlaten. Negen maanden later werd de toen 15-jarige scholier door een militaire rechtbank veroordeeld tot vijf jaar heropvoedingskamp in zijn woonplaats Kansk. Michailenko en Andrejev kregen drie en vier jaar voorwaardelijk, omdat ze justitie hun volledige medewerking zouden hebben verleend. De cassatie in de zaak tegen Nikita Uvarov werd op 17 januari 2022 door het Hoger Gerechtshof in Moskou afgewezen.

Foto: Geopende detonatiepot op binnenvaarttanker

Open brief ronde tafel varend ontgassen 7 maart 2023

BRIEF - Naar aanleiding van de motie d.d. 24 januari 2023 is er besloten op 7 maart een ronde tafelgesprek te organiseren. In dit debat dient U naar mijn mening goed beslagen ten ijs te komen. Dit is alleen mogelijk, wanneer U over voldoende kennis / feiten inzake het ontgassingsdossier beschikt. Staat U mij als ‘klokkenluider’ toe U bij dezen informeel en geheel vrijblijvend van de nodige kennis / feiten te voorzien. Deze informatie is een aanvulling op mijn open brief aan de heer Harbers d.d. 30 januari 2023.

Feiten m.b.t. de uitgestoten dampen

Ontgassen is het met behulp van veel lucht uitstoten van gevaarlijke dampen uit de ladingtanks van een tankschip, daar een volgende lading niet met de dampen van de vorige lading in aanraking mag komen. Alle door tankers naar de vrije atmosfeer uitgestoten dampen zijn afkomstig van stoffen, die in Tabel C van het ADN worden opgesomd. Deze hebben inzake minerale oliën alle het predicaat ‘milieugevaarlijk’ ( bijlage 1 ). Behalve dat deze dampen een gevaar voor het milieu opleveren, hebben veel stoffen bij de classificatie in kolom 5 van Tabel C tevens de letters CMR staan ( zie bijlage 2 ). Dit betekent dat de betreffende stoffen en inherent hieraan de van deze stoffen afkomstige dampen carcinogene, mutagene en reproductie-toxische eigenschappen hebben.

Foto: Barcelona En Comú (cc)

‘Ik denk niet dat het kapitalisme getemd kan worden’

INTERVIEW - door Daniël Boomsma, eerder verschenen in het themanummer van idee-magazine (tijdschrift voor het sociaal-liberalisme) over marktmacht (april 2021)

Econoom en politicus Yanis Varoufakis maakte naam als de markante minister van Financiën van het noodlijdende Griekenland in 2015, in de nasleep van de eurocrisis. Hij verzette zich – tevergeefs – tegen de geëiste bezuinigingen op de Griekse economie in ruil voor steunpakketten. Inmiddels is hij parlementslid voor MeRA25, dat deel uitmaakt van zijn pan-Europese beweging DiEM25 (Democracy in Europe Movement 2025). In zijn roman Another Now. Dispatches from an Alternative Present (2020) schetst hij een alternatieve economie waarin commerciële banken en aandelenbeurzen zijn verdwenen en werknemers bedrijven in collectief eigendom hebben. ‘De geschiedenis leert ons dat haalbare alternatieven absoluut onhaalbaar lijken totdat ze tot stand zijn gekomen.’

In uw roman Another Now stelt één van de hoofdpersonages, Iris, dat ‘er maar één keuze is. Óf we geven ons over aan een oligarchie die in naam van het liberalisme over elke vorm van vrijheid walst die ertoe doet. Óf we erkennen dat de uitvinding van het kapitalisme moet worden tenietgedaan’. Een ander personage, Eva, antwoordt dat het kapitalisme ‘ons allemaal uit de armoede heeft getild en het enige realistische perspectief biedt om hetzelfde te doen voor miljoenen mensen die er nog steeds onder te lijden hebben’. Maar Eva geeft ook toe dat ‘het temmen van het kapitalistische beest waarschijnlijk zinloos is’. Wanneer raakte u er zelf van overtuigd dat het kapitalisme niet te temmen is?
‘Laat me, voordat ik die vraag beantwoord, vooropstellen dat de twee personages die je noemt, Iris en Eva, een innerlijk conflict doormaken. Dat is iets goeds. Als we niet twijfelen, zijn we gevaarlijk. De romanvorm is daar bij uitstek geschikt voor. Als je een essay of een manifest schrijft, moet je zeggen waar je in gelooft. De structuur van de roman laat meer vrijheden toe en biedt de mogelijkheid om twijfels over je eigen opvattingen uit te drukken. Je ziet dat in deze roman omdat Eva uiteindelijk besluit dat ze zich niet kan verenigen met hoe het kapitalisme nu is, terwijl Iris het omgekeerde doet. Dat gezegd hebbende: ik ben al heel vroeg gaan geloven dat het ondoenlijk is om het kapitalisme te temmen. De macht van het kapitaal vandaag is immens. Het is een beest dat zowel geweldige als verschrikkelijke dingen kan doen. Ik denk niet dat het te temmen is. Het is eventjes gelukt, gedurende een kwart eeuw na de Tweede Wereldoorlog. Toen leek de financiële geest terug in de fles te zijn gestopt. We hadden feitelijk een wereldwijd geleide economie. We hadden overal dezelfde munteenheid met vaste wisselkoersen, controle op kapitaal zodat banken niet met geld konden gokken. Vijfentwintig jaar lang hadden we afnemende ongelijkheid, sterke economische groei, goede banen en lage inflatie. Dichterbij een beschaafd kapitalisme zijn we niet gekomen. Maar de periode sinds 1971, het jaar dat Bretton Woods explodeerde en het neoliberalisme werd ingeluid, bewijst dat het beest niet bedwongen kan worden. Het brak zijn ketenen. Het creëerde opnieuw een irrationele uitbundigheid, die leidde tot de financiële crisis van 2008 en de economische stagnatie die we sindsdien kennen – en die wordt versterkt door de coronapandemie.

Foto: Flickr CC BY-NC 2.0 by Rasande Tyskar rethink capitalism Corona times Hamburg

Alleen op vertrouwen kan je bouwen

ESSAY - van Michiel Nanninga, eerder verschenen in tijdschrift ‘De Helling”, (redactie Wetenschappelijk Bureau GroenLinks)

Om het leven op onze planeet te behouden is een fundamentele hervorming van onze economie onvermijdelijk. Dit kan alleen als we het vertrouwen in de overheid herstellen. Een sterke overheid die met zelfvertrouwen samenwerkt met haar burgers, is noodzakelijk als we het kapitalisme nog willen keren.

Toen Rutger Bregman in 2019 mocht spreken op de jaarlijkse bijeenkomst van het World Economic Forum in Davos over het bestrijden van ongelijkheid, had hij zijn relaas grondig voorbereid. Tot afschuw van de organisatie sprak hij de woorden Taxes, taxes, taxes, all the rest is bullshit uit. Dat filantropie ongelijkheid de wereld niet uit gaat helpen, daar heeft hij gelijk in, maar ongelijkheid pak je slechts gedeeltelijk aan met belastingen voor de (super)rijken. Ook belastingen zijn slechts symptoombestrijding als we niets doen aan een compleet uit de rails gelopen wereldeconomie.

Een improductieve overheid?

Hoe zouden we de economie dan echt anders kunnen inrichten? In mijn zoektocht naar een antwoord stuitte ik op het werk van de Italiaanse econoom Mariana Mazzucato. In haar boek De waarde van alles brengt ze de lezer terug naar de kern van de economie: het creëren van waarde.[1] Hoe je de economie inricht, draait om de vraag wie als productief wordt gezien. Anders gezegd: wie creëert er waarde? Met als vervolgvraag: hoe worden de baten uit deze waarde verdeeld? Op doortastende wijze pluist Mazzucato het huidige economische narratief uit. Namelijk dat het bedrijfsleven als productief wordt gezien en de overheid als improductief. Dat is een ideologische aanname, zonder wetenschappelijk bewijs. En deze aanname heeft verregaande gevolgen.

Foto: Flickr CC BY-NC 2.0 by Rasande Tyskar rethink capitalism Corona times Hamburg

De markt is wat de markt niet is

ESSAY - van Paul Teule, eerder verschenen in het themanummer van idee-magazine (tijdschrift voor het sociaal-liberalisme) over marktmacht (april 2021)

Bijna alle politieke partijen willen ‘de vrije markt’ beteugelen door een sterke(re) overheid. De toenemende ongelijkheid, de overmacht van Big Tech, de klimaatcrisis – er is grote consensus dat ‘de markt’ te veel vrij spel heeft gekregen en tot steeds meer uitwassen leidt. Echter, het pleidooi voor ‘minder markt’ en dus ‘meer staat’ versterkt het problematische frame dat economie en overheid in een nulsomspel verwikkeld zijn. Een frame waar sociaal-liberalen zich niet in moeten laten vangen.

In de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen tekende zich een opvallende politieke consensus af: van links tot rechts zijn markten en het (multinationale) bedrijfsleven de kop van Jut en wordt de overheid op het schild gehesen. De hoogleraren Rutger Claassen en Kees Cools, die in het economenblad ESB de verkiezingsprogramma’s naast elkaar legden, verbaasden zich over deze plotse, onaangekondigde omslag. ‘Blijkbaar hebben al langer lopende zorgen over klimaat, ongelijkheid, machtsconcentraties en dergelijke zich opgehoopt, en resulteren ze nu in een collectieve heroverweging.’

Of er na de verkiezingen ook concrete plannen in een regeerakkoord gaan komen, is de vraag omdat verschillende partijen verschillende ingrepen bepleiten. Vooral D66 en VVD, constateren Claassen en Cools, zetten in op een sterkere marktmeester voor meer mededinging; D66, GroenLinks, PvdA en ChristenUnie doen voorstellen om bedrijven verplicht bredere verantwoordelijkheid te nemen. Voorstellen voor eerlijke prijzen vind je vooral bij D66 en ChristenUnie; de maatschappelijke onderneming bij D66, ChristenUnie en CDA. De auteurs missen een diepere, integrale aanpak en de vraag is – ook omdat de markt traditioneel het domein van liberalen is, en omdat D66 de meeste hervormingsvoorstellen lijkt te doen – wat de onderliggende sociaal-liberale analyse is.

Foto: Mark (cc)

Kandidaatselectie: de ‘secret garden’ van Nederlandse politieke partijen

ANALYSE - van Rozemarijn van Dijk, eerder verschenen bij Stuk Rood Vlees.

We gaan een periode tegemoet van vele verkiezingen: de Provinciale Staten, Waterschappen, het kiescollege, de eilandsraadsverkiezingen en uiteindelijk ook die van de Eerste Kamer. Partijen zijn dus druk bezig (geweest) met het opstellen van kandidatenlijsten. Hoe kandidatenlijsten precies tot stand komen, is voor velen niet altijd gemakkelijk te doorzien. Het kandidatenselectieproces wordt niet voor niets door politicologen de ‘secret garden’ van de politiek genoemd. Doordat partijen er lange tijd niet open over waren, was er ook niet veel bekend over kandidaatselectie. Gelukkig is daar de afgelopen jaren verandering in gekomen.

In de aanloop van de Tweede Kamerverkiezingen in 2021 heb ik onderzoek gedaan naar hoe de kandidatenlijsten werden samengesteld. In onderzoek naar dit soort processen is het belangrijk om formele regels en procedures in kaart te brengen. Om in de metafoor van de ‘secret garden’ te blijven, door formele regels te bestuderen krijg je een goed gestileerde plattegrond van een tuin. Maar een echte tuin ziet er doorgaans vaak wat anders uit dan de gestileerde plattegrond die er aan ten grondslag ligt. Om een echt goed beeld te krijgen van die tuin, moet je er eigenlijk in gaan staan. Door verschillende leden van selectiecommissies en een aantal partijvoorzitters van 9 politieke partijen [1] te interviewen, heb ik geprobeerd daadwerkelijk in die tuin te staan en een beter beeld te krijgen van het kandidaatselectieproces.

Foto: UNDP Ukraine (cc)

Verhalen van het front

REPORTAGE - De oorlog in Oekraïne duurt deze week precies een jaar. Ardy Beld sprak voor zijn nieuwe boek ‘Hoe Poetin zijn tanden stukbeet’ met soldaten van de Oekraiense troepen aan het front. Het leven aan het front bestaat uiteraard uit heel wat meer dan succesvolle heroveringen en dodelijke nederlagen die het nieuws halen. ‘Enkele soldaten vertelden mij – op basis  van anonimiteit – hun ervaringen in korte verhalen en anekdotes. Deze herinneringen zijn niet glorieus of heldhaftig. Het zijn verhalen over de daadwerkelijke omstandigheden  van mannen en vrouwen die onze vrijheid verdedigen.’ Hieronder enkele fragmenten als voorpublicatie.

Pokemon

‘Het moet in september zijn geweest. Nadat we de rivier de Donetsk waren overgestoken, gingen we verder om ons gebied te heroveren in de richting van Liman. We passeerden vakantiecentra die langs de “goloebye ozjora’ (blauwe meren) lagen. Ergens in de bossen namen we posities in om vijandelijke aanvallen af te kunnen slaan. Er was geen paniek in mijn eenheid, maar er was natuurlijk wel spanning. We waren de hele tijd aan het graven. We groeven loopgraven, groeven bunkers, het was geregeld zo dat we twee keer per dag loopgraven maakten, omdat we van positie moesten veranderen. Op een dag stonden we op onze positie en voor ons liep de verkenning. Plots werden ze beschoten en begonnen ze zelf te schieten. Ik weet zeker dat twee van hen werden gedood en één in een hinderlaag liep. De vijand zette hem klem zodat hij niet terug kon naar ons. Een van de commandanten zei dat we tien vrijwilligers nodig hadden om onze verkenner daar weg te krijgen. Ik was een van hen. Toen we de vijandelijke posities naderden, liepen we in een hinderlaag, er ontstond weer een klein vuurgevecht. In de buurt ontploften mijnen en granaten; er was enorm veel lawaai en was het onduidelijk waar het schieten vandaan kwam. Nadat alles gekalmeerd was, zaten we met vier gewonden. De commandant besloot me achter te laten met een hospik om eerste hulp te verlenen aan de gewonden. De anderen gingen de verkenner helpen. Twee van hen hadden lichte verwondingen en de andere twee waren ernstig gewond. We verplaatsten ze uit de vuurzone. Een van hen was een soldaat met de roepnaam Pokemon. Hij keerde terug in onze gelederen na een lange ziekenhuisopname en revalidatie. Toen hij na Nieuwjaar weer terugkwam was hij nog steeds zo woedend op de Russen dat hij in een volkomen roekeloze actie alleen een tank onschadelijk maakte! Iedereen grapte later dat we hem drie maanden eerder niet voor niets hadden gered.’

Foto: Flickr CC BY-NC 2.0 by Rasande Tyskar rethink capitalism Corona times Hamburg

Wees zo vriendelijk het systeem te saboteren

ESSAY - van Marina Lacroix, eerder verschenen in tijdschrift ‘De Helling, (redactie Wetenschappelijk Bureau GroenLinks)

Toen ik van de week mijn fiets uit de stalling bij de Zuidas wilde halen, liep voor mij op de brede, betonnen trap een zakenman. Oortjes in, beige trenchcoat, tas in de ene hand, een blikje in de andere. Halverwege plaatste hij het blikje met een soepele beweging op de trapleuning.

Ik versnelde en liep met hem op, tot hij me wel moest opmerken. Met een lach, deed hij zijn oortjes uit. Ik lacht terug: “Hoi! U zette net uw blikje op de trap neer”, opende ik. Even haperde hij. Toen begon hij zijn koptelefoon terug in zijn oren te frommelen en zei: “Dat was ik niet. Dat was iemand anders.”

Waarom deed hij dat? Ik kon me er wel wat bij voorstellen. Hij had net een werkdag in onze kapitalistische economie achter de rug (Excel-sheets gevuld, processen geoptimaliseerd, uren geschreven, contracten getekend) en handelde conform de logica daarvan.

Full disclosure: ook ik werkte in het grootbedrijf. Dat deed ik zonder scrupules. De vraagstukken waren leerzaam en relevant. Mijn collega’s en klanten inspirerend. De waardering voor eigen initiatief ruimhartig. Het gaf me meer voldoening dan ik bij ngo’s of in de publieke sector vond. Hartelijk dank dus aan ons kapitalistische systeem, dat zo’n gesmeerde werkplek opleverde.

Foto: Directie Voorlichting (cc)

Voorstel CDA voor onderscheid tussen vluchteling en asielgerechtigde is verlies-verliessituatie

OPINIE - Gastauteur Gerdjan Kipping bespreekt het voorstel van de CDA-fractie om in Nederland, net als in België en Duitsland, statushouders in twee categorieën op te delen: permanente vluchtelingen, en mensen die tijdelijk bescherming zoeken. “Een verslechtering voor zowel de mensen met een subsidiaire beschermingsstatus als voor de IND.”

Mensen die tijdelijk bescherming zoeken moeten van het CDA minder bescherming krijgen. Nieuw is dit niet, ook voor de wijziging van de Vreemdelingenwet in 2001 bestond de mogelijkheid om mensen die niet als vluchteling waren erkend minder rechten toe te kennen, dan asielverzoekers die een vluchtelingenstatus hadden gekregen. Dat onderscheid in rechten is destijds om goede redenen afgeschaft. Het leidde tot veel doorprocederen voor een vluchtelingenstatus wat weer een enorme werkdruk bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) veroorzaakte.

Aanzuigende werking bestaat niet

Na de relatief rustige coronajaren is het aantal vluchtelingen dat Nederland bereikt, toegenomen als gevolg van oorlogen, onderdrukking en uitzichtloosheid, de voornaamste redenen waarom mensen vluchten. Een constante in meer dan dertig jaren is de roep om steeds strengere maatregelen om de komst van vluchtelingen tegen te gaan. De Nederlandse politiek heeft daaraan bijgedragen. Strengere maatregelen in Nederland en omringende landen hebben in de regel hooguit een tijdelijk (waterbed)effect en het bestaan van aanzuigende werking als gevolg van vermeende soepelere asielwetgeving is nooit bewezen. Desondanks volharden politici in schijnoplossingen. De aangekondigde motie van het CDA om onderscheid in rechten te maken op grond van de reden waarom iemand bescherming heeft gekregen, is daar een voorbeeld van.

Foto: via Extintion Rebellion (fair use) copyright ok. Gecheckt 16-02-2023

Heeft een wegblokkade zin?

ANALYSE - een gastbijdrage van Simon Otjes, eerder verschenen bij Stuk Rood Vlees.

Zaterdag 28 januari bezette Extinction Rebellion de A12 in Den Haag om te protesteren tegen belastingvoordelen en subsidies voor de fossiele industrie. De blokkade is door de politie opgebroken. Het Openbaar Ministerie achtte deze blokkade strafbaar, omdat deze gevaarlijk en ontwrichtend zou zijn. De demonstranten kozen voor een strategie van burgerlijke ongehoorzaamheid, waarbij ze de wet schonden maar geen geweld gebruikten. Na vijf uur was de laatste demonstrant door de politie van de weg verwijderd.

Wat is effectief?

Zo’n wegblokkade roep de vraag op in hoeverre deze vorm van actie voeren effectief is. Het is een voorbeeld van wat in de literatuur ‘niet-normatief protest’ genoemd wordt. Dat wil zeggen dat bestaande normen of wetten met dit protest geschonden worden. Wat zegt wetenschappelijk onderzoek hierover?

De eerste vraag is natuurlijk wat we bedoelen met effectiviteit. Er zijn twee relevante variabelen om over na te denken: in welke mate mensen het eens zijn met de demonstranten en het belang dat zij hechten aan het thema. Daarnaast zijn er twee verschillende groepen die activisten kunnen beïnvloeden: burgers en politici.

We kijken hier dus naar effectiviteit in termen van het publiek dat zijn mening verandert naar aanleiding van een demonstratie. Dat hoeft niet de enige reden te zijn waarom mensen demonstreren: dat kan ook expressief zijn, dat wil zeggen om uiting te geven aan hun grieven.

Foto: United Nations Photo (cc)

Exponentiële groei in de economische wetenschap

Oneindige exponentiële groei is onmogelijk in het fysieke universum. Ooit moet er een eind aan komen en meestal gebeurt dat abrupt en met ingrijpende gevolgen. Epidemiologen weten dat, zoals de afgelopen jaren is gebleken. Ecologen weten het ook. Als bijvoorbeeld een insectenpopulatie exponentieel groeit, dan wordt het een plaag die hele ecosystemen of oogsten kan vernietigen, waarna ook de insecten zelf massaal sterven omdat ze hun voedselbron hebben uitgeput. Chemici blijven liever uit de buurt bij een reactie die exponentieel versnelt, want dat eindigt nogal eens met een explosie. Kernfysici denken er exact zo over. En sommige kosmologen verwachten dat de exponentiële toename van de uitdijing van het heelal uiteindelijk het einde ervan zal betekenen. Een bijdrage van Hans Custers van het blog Klimaatverandering.

De tijdschaal waarop exponentiële groei uit de hand loopt kan sterk verschillen. Een eventuele ‘big rip’ of ‘big chill’ is vermoedelijk nog miljarden jaren van ons verwijderd. Een epidemie of een insectenplaag kan binnen enkele weken tot maanden helemaal uit de hand lopen. En bij sommige chemische en nucleaire reacties gebeurt het in een fractie van een seconde. Wetenschappelijke kennis van de onderliggende mechanismes kan helpen om de groei en de te verwachten gevolgen te voorspellen of zelfs te beheersen. Als er nog veel onzekerheden zijn, dan is het verstandig om op je hoede te zijn als ergens exponentiële groei optreedt. Merk je te laat op dat er problemen ontstaan, dan zijn er vaak rigoureuze maatregelen nodig om de situatie beheersbaar te krijgen. Zit je aan de linkerkant van de groeicurve (zie deze cartoon van Jens von Bergmann), dan heb je de gelegenheid om geleidelijk de curve naar beneden af te laten buigen. Maar zit je aan de rechterkant, dan kun je alleen nog maar vol op de rem. Hoe dat uitpakt hebben we de afgelopen jaren kunnen zien, met maatregelen als lockdowns en een avondklok.

Foto: Conspiracy , Señor Supersol2016, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons.

Complotdenken in Nederland en Europa

ANALYSE - van Daniël van Wijk, Maria Eismann en Aart C. Liefbroer

Aan de hand van de grootschalige, representatieve en internationaal vergelijkbare enquêtedata van de European Social Survey laten NIDI-onderzoekers zien dat er grote verschillen bestaan binnen Europa in de steun voor complottheorieën. Eerder verschenen bij Stuk Rood Vlees.

Sinds de start van de coronapandemie is er veel aandacht voor het geloof in complottheorieën, zowel in de wetenschap als in de media en het maatschappelijk debat. Inmiddels is er redelijk wat bekend over de achtergronden en gevolgen van complotdenken. Waar minder over bekend is, is de mate waarin inwoners van verschillende landen complottheorieën ondersteunen. In dit artikel laten wij zien dat er grote verschillen bestaan binnen Europa in de steun voor complottheorieën. Hiervoor gebruiken we de grootschalige, representatieve en internationaal vergelijkbare enquêtedata van de European Social Survey (ESS). We bekijken drie stellingen over complottheorieën die zijn toegevoegd in Ronde 10 van de ESS, waarvoor de data – verzameld tussen 2020 en 2022 in een groot aantal Europese landen – recent beschikbaar zijn gekomen. Eerst onderzoeken we in hoeverre Nederlandse respondenten het eens zijn met elk van deze stellingen, daarna plaatsen we Nederland in de bredere Europese context door deze aantallen te vergelijken met een selectie van Europese landen.

Vorige Volgende