Vorige week, tijdens een uitvoering van de Mattheus Passion, viel me weer eens op wat een prachtig geluid er toch in de hobo zit. Dus ben ik op zoek gegaan naar stukken waarin dat instrument een prominente rol in speelt en kwam onder andere uit bij bovenstaand sextet van de Franse componist Vincent d’Indy (1851-1931). Fijn ook dat er geen strijkinstrumenten als ondersteuning bij zitten.
D’Indy was van de traditionele school (vóór Wagner, tegen Debussy), hoewel critici in zijn werk meer vernieuwing bespeurden dan hemzelf lief was. Dat dubbele was kenmerkend voor hem. Hij kon antisemitisch zijn zonder dat dit consequenties had voor zijn Joodse vrienden. Reactionair zijn én een hekel hebben aan conservatisme. Traditionele muzikale keuzes willen maken en de meester zijn van Erik Satie. Kortom, een intrigerende man, wiens werk niet veel meer opgevoerd wordt.
Reacties (4)
Dank. Hobo is zo ondergewaardeerd. Denk aan de opening van de Sacre de Printemps van Strawinsky. Of in de jazz, nauwelijks gebruikt maar perfect geschikt met een eigen “bite”, iets scherper dan een sopraan sax: https://www.youtube.com/watch?v=_TIP8swMSi8
Wat steviger blaaswerk
Een van mijn favoriete bands, Coil, gebruikte dit instrument ook met enige regelmaat.
https://www.youtube.com/watch?v=WWlGq6-zeUc
Leuk.
Ik heb overigens niet het idee dat de hobo (specifiek) zo ondergewaardeerd wordt. Het is meer zo dat de houtblazers vaak weggeblazen worden in zwaardere werken of een heel typische rol vervullen (lieflijk melodietje: dwarsfluit).
Hier nog een mooi, kort werk voor hobo en strijkers dat je vrijwel zeker niet kent: https://www.youtube.com/watch?v=ednURzNAY5o