OPINIE - Is BNP nog wel de juiste maatstaf om welvaart en welzijn te meten? Rene Grotenhuis, onderzoeker en voorzitter van de Society for International Development, pleit voor andere methodes, waar duurzame groei, ongelijkheid en mondiale publieke goederen centraal staan. En ook voor Nederland zou dan het plaatje er heel anders uit komen te zien.
Ik geloof dat Henk Kamp heel graag Laura van Geest had willen knuffelen en dat hij in de ministerraad ook wel een polonaise had willen inzetten. 0,7% groei van het BNP in het vierde kwartaal, daar droom je toch van als minister van Economische Zaken na jaren van sombere berichten. De goddelijke kracht van het Gouden Kalf van de economische groei had zich uiteindelijk toch weer bewezen, ook de ongelovigen en zuurpruimen zouden nu toch moeten erkennen hoe heilzaam en succesvol dat BNP was.
Twee dagen eerder hadden in Amsterdam wetenschappers en beleidsmakers zich gebogen over de vraag hoe we iets nieuws konden verzinnen dat een beter beeld gaf van welvaart en welzijn dan dat BNP. Sinds de economische en financiële crisis van 2008 zijn steeds meer economen en beleidsmakers zich ervan bewust dat dat BNP ons vaak een rad voor ogen draait: dat fraaie cijfers van economische groei vaak verbergen dat het om gebakken lucht gaat van de virtuele economie en dat ze niet weergeven wat er in het leven van mensen speelt.
In 2008 was de commissie Stiglitz-Fittoussie-Sen al tot de conclusie gekomen dat we andere en betere indicatoren nodig hebben. Niet alleen de macro-economie, maar ook de micro-economie van huishoudens zou moeten tellen. En wat er met onze publieke goederen (klimaat, biodiversiteit, grondstoffen) gebeurt zou een plaats moeten krijgen. De bijeenkomst van woensdag in Amsterdam paste in die noodzakelijke poging om betere meetlat te vinden voor de welvaart. Het sluit aan bij de vraag wat de globale doelstellingen zijn voor ontwikkeling na 2015. In die discussie komt voortdurend op tafel dat de toenemende ongelijkheid de grootste bedreiging is voor welvaart en welzijn en dat we een duurzame economie moeten ontwikkelen die het behoud en zorgvuldig beheer van de globale publieke goederen centraal stelt.
Het is begrijpelijk dat in de discussie in Amsterdam twee mogelijke indicatoren besproken werden: de ongelijkheid en de CO2-uitstoot als toevoegingen aan het BNP. Het eerste als indicator van de sociale ongelijkheid, de tweede om aan te geven hoe het met ons beheer van de natuurlijke hulpbronnen gaat.
Met zo’n noodzakelijke verbreding van het welzijnsbegrip zou het beeld van Nederland er ineens heel anders uitzien. De ongelijkheid neemt alleen maar toe. In het armoedesignalement 2013 bleek het aantal mensen met een ontoereikend inkomen tussen 2007 en 2012 gestegen te zijn van 5,4 naar 7,6%. En Nederland loopt in Europa in de achterhoede van landen als het gaat om de doelstelling de CO2-uitstoot te verminderen. Dan is er weinig reden tot klaroengeschal en borstklopperij. Dan zou er alle reden zijn tot grondige beleidsdiscussies over het verdelingsvraagstuk en het probleem van de publieke goederen. Die schuiven we nu gemakshalve naar voren: laten we maar eerst groeien, dan zien we daarna wel hoe we het rechtvaardig verdelen en hoe we dan zorgen voor het klimaat.
Kamp koos ervoor de bijeenkomst in Amsterdam te vergeten en te dansen om het Gouden Kalf van de economische groei. Daarbij zijn groeiende armoede en onomkeerbare klimaatsverandering collateral damage. Tot we ontdekken dat collateral damage niet collateral is, maar de kern van ons samenleven ondermijnt.
Via Vice Versa.
Reacties (11)
Kan je niet beter ongelijkheid/milieuvervuiling an sich op de kaart (proberen te) zetten ipv doen alsof het mensen in de portemonnaie raakt (door het toe te voegen aan het economische begrip BNP)?
@1 Misschien wel, tegelijk los je er een ander punt niet mee op aangehaald door de auteur, namelijk dat het BNP steeds meer staat voor gebakken lucht.
Een belangrijk punt is dat de toenemende ongelijkheid de grootste bedreiging is voor onze welvaart. Dat punt zou wel eens mogen worden opgepikt door onze eigen politieke partijen die zeggen te staan voor een eerlijke maatschappij.
@2: KLopt maar dat is dit niet de oplossing voor.
Een belangrijk punt is dat de toenemende ongelijkheid de grootste bedreiging is voor onze welvaart.
Dat is moeilijk hard te maken. Historisch en empirisch gezien. Wel ben ik het er mee eens dat de uitputting van natuurlijke hulpbronnen en ecosystemen mogen worden “opgeteld” aan het BNP. Ik zie het toch vooral als een methodologische kwestie: BNP moet met een grote zekerheid economische welvaart meten.
Nederland was vroeger gidsland maar loopt nu achter. In Bhutan heeft men al in 1972, het jaar waarin het rapport van de Club van Rome uitkwam, het GNH bedacht : Gross National Happiness. Misschien daar eens gaan kijken in plaats van proberen het wiel opnieuw uit te vinden.
@3: http://inequalityforall.com/
@5: Ik ben niet voor inkomensongelijkheid, ik zeg dat het weinig verband heeft met de economische productie die een land kan voortbrengen. In principe kan een samenleving met een rijke bovenlaag en een arme onderklasse evenveel produceren als een eentje waar iedereen hetzelfde inkomen geniet. Terwijl een land zonder aardgasbel ceteris paribus minder aardgas tot zijn beschikking heeft. BNP zou de economische realiteit moeten weergeven, niet wat politiek-ideologisch (on)wenselijk is.
Ik denk dat het grootste probleem hierachter is dat het middel (een indicator om inzicht te geven in de stand van de economie) in de politiek als snel verwordt tot een doel. We jagen nu dus gek genoeg geen betere economie na, maar een hoger BNP zonder daar verder de nuances in te zien.
Daarom denk ik dat de voorgestelde oplossing (een ander middel introduceren) niet helpt. Voor je het weet is namelijk ook het nieuwe middel weer een doel op zich geworden.
Wat is dan wel de oplossing? Duiding geven aan de gepubliceerde cijfers en op basis van een gedegen analyse hiervan (inderdaad dan wel nog een paar andere indicatoren mee nemen, dus hierin geef ik de auteur deels gelijk) een genuanceerd verhaal vertellen.
Uhmm, er is toch al lang zoiets, geïnitieerd door Sen nb. Tegenwoordig zelfs met de ongelijkheid erin verwerkt.
http://en.wikipedia.org/wiki/Human_Development_Index
Om eerlijk te zijn zie ik de bewering dat het BNP als enige maatstaf wordt gebruikt voor welvaart EN welzijn eigenlijk alleen maar terug in opiniestukken van mensen die schrijven dat het BNP niet de enige maatstaf moet zijn voor welvaart en welzijn. Dat is een mooie retorische truc: anderen woorden in de mond leggen zodat je zelf een mooi lijkend argument daar tegen kunt maken.
BNP is nooit bedoeld als enige maatstaf voor welvaart en welzijn, sowieso wordt het KKP gebruikt, niet het BNP (want wat heb je eraan om een miljoen te verdienen als de huur 999.999 euro is), voor metingen van welvaart. Natuurlijk is dit nooit 100% nauwkeurig (de omzetting van vrijwilligerswerk naar betaald werk of vice versa, onvolledige data van bedrijven en huishoudens, het zwarte deel van de economie en de precieze samenstelling van het inflatiemandje gebruikt om reele economische groei en de koopkracht van lage inkomens te berekenen zorgen allemaal voor onnauwkeurigheden), maar dat werd en wordt ook nergens beweerd. Wel is historisch gebleken dat het KKP historisch sterk gecorreleerd is aan technologische vooruitgang, koopkracht en productiviteit, terwijl de correlatie tussen een betere wereld en minder CO2 uitstoot in een klein land als Nederland helemaal niet heel groot is (als DSM verhuist naar China keldert de Nederlandse CO2 uitstoot maar de wereld wordt er niet schoner van en de Nederlandse consumptie jaagt nog steeds minstens evenveel CO2 uitstoot aan). Het zou beter zijn om de consumptie van grondstoffen te meten (minus wat er gerecycled wordt), maar ook dat is geen nieuw inzicht. Om een cijfer op economische ongelijkheid te plakken en KKP groei in context te plaatsen is de GINI-index al tamelijk lang in gebruik, evenals het mediaan inkomen per huishouden en per volwassene. De HDI (vermeld door @8 ) gaat ook alweer een tijdje mee.
“Welzijn” meten is gewoon te moeilijk om op een wetenschappelijke manier te doen, daarvoor moet je niet naar economische berekeningen kijken maar naar politieke ontwikkelingen (demonstraties, verkiezingsuitslagen, verkiezingsthema’s, etc…), maar het blijft veelal natte vingerwerk dat iedere groep makkelijk kan verdraaien om het eigen gelijk aan te tonen. Een index zoals het GNH van Bhutan heeft de neiging om al gauw tot Orwelliaans propaganda middel te vervallen (Noord-Korea heeft vast een heel hoog GNH), KKP, GINI en HDI vallen niet zo makkelijk uit de duim te zuigen.
@3
“Dat is moeilijk hard te maken. Historisch en empirisch gezien.”
Als de ongelijkheid maar snel genoeg toeneemt t.o.v. het BNP kan voor veel mensen de welvaart achteruit gaan terwijl het BNP groeit, zelfs een meerderheid die erop achteruit gaat terwijl het BNP groeit is wiskundig gezien mogelijk, dat is trouwens weleens voorgekomen in Afrikaanse economieen en de VS zitten op het randje van zo’n situatie. Het klopt dus wel dat ongelijkheid “onze” welvaart kan bedreigen wanneer “ons” staat voor een grote bevolkingsgroep die niet profiteert van de gemiddelde groei.
@6
“In principe kan een samenleving met een rijke bovenlaag en een arme onderklasse evenveel produceren als een eentje waar iedereen hetzelfde inkomen geniet.”
In principe wel, maar het is minder waarschijnlijk, tenminste in de huidige wereld, het kan best zijn dat dat door nieuwe technologie verandert in de toekomst.
Zonder ongeluk kan geluk niet bestaan!