ANALYSE - Een draadje over Twitter. Over vrijheid, meningsuiting en waarom presidenten geen Twitteraccount moeten hebben. Over monopolies en het sociale mechanisme dat Twitter macht geeft. Over de vraag of Twitter eigenlijk wel een bedrijf moet zijn. |deel 1| |deel 2|
Standard Oil
Theodoor Roosevelt, de 26ste president van de V.S., liet het Bureau of Corporations een rapport opstellen over Standard Oil dat in 1906 naar het congres werd gestuurd. Sinds 1890 was de Sherman Antitrust Act tegen monopolievorming van kracht. Maar hoewel ze was aangenomen, werd ze nog niet afgedwongen. Daar moest verandering in komen. Zeker na de publicatie van 19 artikelen van journalist Ida Tarbell onder de naam The History of the Standard Oil Company. Het vernietigende rapport liet nog duidelijker het machtsmisbruik zien dat Standard Oil gebruikte om concurrenten uit te schakelen.
Maar alvorens de zaak naar de rechter te sturen nodigde hij directeur John D. Rockefeller uit voor een geheime bijeenkomst in het Witte Huis. Hij opperde dat het private kartel Standard Oil niet perse opgebroken hoefde te worden. Het zou ook een publiek kartel kunnen worden, met de staat als aandeelhouder. Het ging hem namelijk niet zozeer om het economische probleem, het monopolie en het gebrek aan concurrentie. Dat zou in een publieke variant immers blijven bestaan. Het ging hem om het politieke probleem. Het ging hem om de macht van Standard Oil, dat zich boven de wet waande. Dat ondermijnde de macht van de democratie.
Rockefeller weigerde. Een proces volgde. En na jaren procederen besloot het hooggerechtshof in 1911 dat Standard Oil in 34 delen moest worden opgebroken. [1]
Standard Oil en Twitter zijn op bijna alle vlakken onvergelijkbaar. Standard Oil was evident een monopolie, Twitter is dat niet. Maar Roosevelt onderkende bovenal het politieke probleem. Dat is waarom hij handelde. En daar lijkt de casus van Standard Oil op die van Twitter. Als één man zoveel macht heeft dat hij de verbinding kan verbreken tussen de president en 80 miljoen toehoorders, dan is er een politiek probleem. En dan moet er iets gebeuren.
Digitale bedding publiek debat
Laten we eerst kijken waar die macht nou eigenlijk in zit. Wat gelijk leidt tot de vraag, wat is Twitter eigenlijk?
Wellicht kun je Twitter het best beschrijven als een digitale bedding. Door die bedding klotsen dagelijks oneindige hoeveelheden berichten met persoonlijke besognes en dierenfilmpjes. Maar die berichtjes vormen ook debatten, over maatschappelijke en politieke zaken. Berichtgeving over en weer, tussen politici en kiezers, tussen links en rechts en boven en beneden. Het is een digitale publieke sfeer. En dus onderdeel van de publieke sfeer waar een democratie niet zonder kan.
Orde van grootte
The Guardian noemde Twitter de megafoon van Trump. Die vergelijking slaat de plank een beetje mis. Niet omdat Twitter geen versterker is, maar omdat ze een veel effectievere versterker is dan een megafoon. Twitter is voor de meeste mensen met een paar honderd volgers als een megafoon. Maar meer dan 80 miljoen volgers is een andere orde van grootte.
Een analoge vergelijking. Stel je doet vandaag een kaartje op de bus met de boodschap “VVD beleid leidt tot falende overheid, nee tegen Rutte als premier!” en morgen ontvangen alle 8 miljoen Nederlandse huishoudens dat kaartje. Dan schrik je en vraag je je af, hoe doet Post NL dat? En het blijft niet onopgemerkt. De NOS bericht erover. Kranten en talkshows besteden er aandacht aan. Er komt een hashtag #kaartje. Maurice de Hond ziet een dip in de peilingen van de VVD.
Dat is ongeveer de orde van grootte van één Trump tweet en hij verstuurde er dagelijks velen. Daarmee dirigeerde hij journalisten en het dagelijkse nieuws, sommeerde partijleden, kleineerde en intimideerde tegenstanders. Het zette tal van levens op z’n kop. Dat is niet louter het versterken van een boodschap. Dat is het uitoefenen van macht.
Macht
Voor zijn trouwe aanhangers waren zijn berichten ook niet alleen informatie, maar ook een soort instructie. Over wat te vinden en wat te doen. Als twittergeneraal zette hij aan tot online activisme, betogingen op straat en uiteindelijk een mars naar het Capitool. Zo vormde Twitter naast de ambtelijke bureaucratie die hij met een handtekening opdracht gaf, een parallele informele bevelstructuur waar hij met een tweet zijn troepen overal in het land kon toespreken.
De macht die dat grote gehoor Trump verschaft is tegelijkertijd de macht die het Twitter verschaft. Als het met Twitter niet mogelijk zou zijn meer dan 100 volgers te hebben, dan zou ze geen noemenswaardige macht hebben. De macht van Twitter komt dus voort uit de digitale publieke sfeer waar ze beheerder van is en het bereik van twitteraars met veel volgers.
Is Twitter een bedrijf?
Twitter is in ieder geval geen traditioneel bedrijf. Geen fabriek waar producten van de lopende band rollen, of kantoor waar diensten worden verkocht. Een traditioneel bedrijf is ook volledig ingebed in de economie. Aan alle kanten heeft ze te maken met financiële prikkels en transacties.
Twitter opereert deels in de economie, als bedrijf in de advertentiemarkt. Maar het belangrijkste deel van het bedrijf opereert in de publieke sfeer. In die zin heeft ze overeenkomsten met een mediabedrijf. Een krant bijvoorbeeld verkoopt ook advertenties. Maar daar draait het wel om de publieke functie van nieuwsgaring, door een onafhankelijke redactie. En hoewel die onafhankelijkheid soms onder druk staat, bijvoorbeeld door commerciële belangen, geldt ze wel als uitgangspunt. Bij Twitter dat eenzelfde dubbelhartigheid kent, lijkt zo’n scheiding niet aanwezig.
Private concentratie van macht
Hoewel er door velen op was aangedrongen was het toch een schok toen het gebeurde. Bekend was natuurlijk dat Twitter CEO Dorsey in theorie de macht had Trump te verbannen. Op 9 januari werd duidelijk dat hij het ook deed.
In deel 1 betoogde ik al dat er een goede kant aan die verbanning zat. De scheiding der machten in een democratie, beoogt macht te spreiden in plaats van te concentreren. Door vier jaar lang verlengstuk te zijn van de macht van Trump deed Twitter het omgekeerde. Het concentreerde macht in de hand van Trump. Naast de rode knop op z’n bureau had hij ook de blauwe knop op z’n telefoon. De verbanning van Trump illustreert dat de markt toch een tegenkracht kan zijn.
Maar waar Milton Friedman, die ik in dat verband aanhaalde, weinig aandacht voor had, was de schaduwkant van machtsconcentraties in de markt. Om nog maar niet te spreken van de ongewone casus die Twitter is. Een concentratie van macht bij een bedrijf dat opereert buiten de markt, in de publieke sfeer, als bedding van het debat in het hart van onze democratie.
Waarin schuilt het gevaar?
De vraag is dan: waarin schuilt het gevaar van die concentratie van macht?
Daar zijn vast vele antwoorden op mogelijk, maar mijn inschatting is dat dat gevaar tweeledig is. Het eerste gevaar zit hem in wat we niet zien, omdat de openheid over wat er allemaal gebeurt in de machinekamer beperkt is. Dat zal om kleine dingen gaan. Tweets die verwijderd worden, of juist meer dan gemiddeld gedeeld worden, omdat ze bepaalde onderwerpen aanhalen of standpunten innemen. De toegang die kleine gebruikers wordt ontzegd. Subtiele promotie of censuur van bepaalde twitteraars. Het is mij niet duidelijk of en in welke mate dat gebeurt, maar dergelijke kleine dingen zijn van grote betekenis. Ze tornen aan democratische beginselen, zoals voor iedereen toegankelijk politiek debat.
Het tweede gevaar zit hem in de krachten die op Twitter zelf kunnen worden losgemaakt. De bestorming van het Capitool is niet louter aan Twitter toe te schrijven, maar is zonder sociale media ondenkbaar. Heeft Twitter zicht op die gevaren en kan ze die een halt toe roepen? Onze democratisch gekozen leiders lijken in ieder geval niet bij machte zelf in te grijpen zodra er op Twitter, of elders, iets ontspoort.
Wat kan er veranderen?
Twitter heeft weinig weg van een monopolie. En opbreken, wat bij anti monopoliewetgeving een uitkomst kan zijn, is bij Twitter moeilijk voor te stellen. Standard Oil toen, en bijvoorbeeld Facebook nu, bestaan uit verschillende bedrijfsonderdelen die je uit elkaar kan halen. Twitter niet.
Dat wil natuurlijk niet zeggen dat wetgeving niets uit kan halen. Wellicht kan het helpen bij het afdwingen van een grote mate van transparantie. Voor overheidsinstellingen kan je een beroep doen op de WOB. Kan daar een variant van komen die geldt voor alle organisaties die opereren in het publieke domein? Een Wet Openbaarheid Publieke Infrastructuur (WOPI). Dat je met een beroep op die wet inzicht krijgt in wie en wat er gecensureerd wordt bijvoorbeeld.
Een veel ingrijpender suggestie is om digitale publieke infrastructuur op één of andere wijze onderdeel te maken van ons stelsel van democratische instituties. Een geformaliseerde plek naast de uitvoerende, de wetgevende en de rechterlijke macht. Misschien met verkiezingen voor het bestuur, zoals die er ook voor de waterschappen zijn. Een instituut dat zorg draagt voor de digitale bedding van het debat, dat zoveel ruimte biedt als de vrijheid van meningsuiting in onze grondwet toestaat. De software wordt uitbesteed. Moderatie, censuur en uitsluiting van het debat kan makkelijk bij de rechterlijke macht getoetst worden.
Los van alle praktische haken en ogen kent zo’n voorstel het gevaar van politieke inkapseling. Als de publieke sfeer en het politieke debat teveel onderdeel wordt van de instituties van de macht dan wekt dat terecht argwaan. Zeker in een land waar partijpolitiek zich weinig aantrekt van de scheiding der machten.
Een nieuwe meent
Een goede machtsbalans is essentieel en daarom moeten we misschien zoeken naar een organisatievorm tussen markt en staat in. Signal, de app die langzaam terrein wint ten opzichte van Whatsapp, wordt ontwikkeld door de Signal Technology Foundation, een stichting zonder winstoogmerk. Maar het kan ook een vereniging, of een coöperatie zijn, een soort meent dus. Waarbij in de juridische akte die eraan ten grondslag de politieke voorwaarden voor een vrij debat worden opgenomen.
Slot
De belangrijkste conclusie lijkt me in ieder geval dat we onderkennen dat de macht van Twitter een politieke zaak is. Geen voer voor economen, maar voor politici. Zij moeten zich buigen over de vraag hoe onze digitale publieke sfeer er in de toekomst uitziet. Moet die in private handen blijven, of is dat geen goed idee? Maar is er al een politicus met een alternatief? Of dringt de noodzaak pas door als ons Binnenhof hetzelfde overkomt als het Capitool op 6 januari?
Het ingrijpen van Roosevelt, dat leidde tot het opsplitsen ven één van de grootste bedrijven die de wereld ooit heeft gezien, was weinig subtiel. Het werd een ijkpunt voor het Amerikaanse anti-monopoliebeleid. De niet te onderschatten rol van sociale media in de publieke sfeer vraagt politici met verbeeldingskracht en een zelfde gebrek aan subtiliteit.
[1] The Curse of Bigness, Tim Wu p. 58-68
| deel 1 – Twitter moet @JoeBiden de mond snoeren |
| deel 2 – Twitter en het HEMA rookworstmonopolie |
Reacties (28)
Met andere woorden: de fascistische couppleger is niet de dader, maar het slachtoffer.
Laat ik dan mijn analyse er maar eens tegenover zetten.
Trump is een demagoog, die voor Twitter koos als belangrijk platform voor zijn demagogie. Gelukkig maar, want daardoor kon er ingegrepen worden toen het er echt op aankwam. Een meer geslepen demagoog met dictator-ambities zou zich niet zo afhankelijk hebben gemaakt van een platform dat niet onvoorwaardelijk aan zijn kant stond. Die zou voor het ophitsen van zijn fanatieke achterban een propagandakanaal hebben gekozen waar hij ongehinderd zijn gang kon gaan. Breitbart misschien, of One America. Als Trump dat had gedaan was zijn couppoging waarschijnlijk ook niet geslaagd, daarvoor is hij simpelweg niet slim genoeg, maar het had wel een stuk verder uit de hand kunnen lopen. Twitter heeft rond de amateuristische, fascistische couppoging in de VS verantwoordelijk gehandeld.
Dat bekent niet dat het informatiemonopolie – want daar gaat het over, en niet over een marktmonopolie, dan snappen we heus wel – geen serieuze kwestie is. Maar dat staat los van Trump. Daar gaat het simpelweg om een platform dat besloot niet meer mee te werken aan het verspreiden van de propaganda van een couppleger.
Eh, nee, daar staat niet dat de ‘fascistische couppleger het slachtoffer is’. Ik zie Trump niet als een slachtoffer en schrijf dat ook nergens en ik ben het zelfs met je eens dat het goed is dat Trump van Twitter werd verwijderd.
Maar zoals je in 1/3 van dit draadje hebt gelezen, had president Trump wat mij betreft überhaupt niet op Twitter moeten zitten. En hoewel de beslissing van Dorsey in dit geval de goede was, denk ik niet dat hij de macht moet hebben zoiets te beslissen.
Foutje. Ik heb de reactie die ik in een eerste opwelling schreef nog wat aangepast, maar op een of andere manier is het me gelukt om de oude versie te plaatsen. Dit was de wat meer overdachte versie:
Zoals ik eerder al constateerde: de fascistische couppleger is, nog geen maand na de bestorming van het Capitool, al goed op weg meer als slachtoffer te worden neergezet dan als dader.
Laat ik dan mijn analyse er maar eens tegenover zetten.
Trump is een demagoog, die voor Twitter koos als belangrijk platform voor zijn demagogie. Gelukkig maar, want daardoor kon er ingegrepen worden toen het er echt op aankwam. Een meer geslepen demagoog met dictator-ambities zou zich niet zo afhankelijk hebben gemaakt van een platform dat niet onvoorwaardelijk aan zijn kant stond. Die zou voor het ophitsen van zijn fanatieke achterban een propagandakanaal hebben gekozen waar hij ongehinderd zijn gang kon gaan. Breitbart misschien, of One America. Als Trump dat had gedaan was zijn couppoging waarschijnlijk ook niet geslaagd, daarvoor is hij simpelweg niet slim genoeg, maar het had wel een stuk verder uit de hand kunnen lopen. Twitter heeft rond de amateuristische, fascistische couppoging in de VS verantwoordelijk gehandeld.
Dat bekent niet dat het informatiemonopolie – want daar gaat het over – van een handjevol bedrijven geen serieuze kwestie is. Maar dat staat los van Trump. Een Amerikaanse president hoeft zich helemaal niet afhankelijk te maken van Twitter om met zijn achterban te communiceren. Dat Trump die keuze maakte zegt veel meer over diens incompetentie, zelfs als wanabe-dictator, dan over de macht van Twitter. Door Trumps keuze kon Twitter de verantwoordelijkheid nemen om niet onbeperkt mee te werken aan het verspreiden van propaganda die bedoeld was om de Amerikaanse democratie om zeep te helpen.
Hans, ik kan me grotendeels wel vinden in je kwalificaties over de demagoog Trump.
Echter, de link tussen Trump en bedrijven als Twitter is dat door het verwijderen van Trump ook opeens de macht van CEO Jack Dorsey zichtbaar werd. Dat is één link. En de tweede is dat Trump zichtbaar heeft gemaakt wat een gevolg van 80+ miljoen volgers op Twitter teweeg kan brengen. Dus een verhaal waarin beide figureren lijkt me niet zo vreemd.
Nogmaals, dat Trump zo afhankelijk was van Twitter was niet het gevolg van de macht van Jack Dorsey, maar van Trumps eigen keuze. Vier jaar lang is hem, door vriend en vijand, met goede en minder goede motieven, aangeraden om op te houden met dat getwitter. Dat Trump zijn platform kwijtraakte op het hoogtepunt van zijn couppoging is helemaal het gevolg van zijn eigen keuze. Dat punt ontbreekt helemaal in je analyse en daarmee schiet die analyse simpelweg ernstig tekort.
In meer algemene zin is dat ook karakteristiek voor hoe extreemrechts altijd wegloopt voor de eigen verantwoordelijkheid als er iets gebeurt dat ze niet bevalt, maar altijd naar anderen wijst. En hoe ze daar nog mee wegkomen ook.
Nergens zeg ik dat Trump afhankelijk was van Twitter.
Dat komt omdat mijn analyse niet gaat over wat jij een coup noemt en ook niet over de keuzes van Trump.
Het is spijtig dat mijn analyse blijkbaar niet gaat over wat jij geanalyseerd wilt hebben. Maar dat was ook niet het doel dat ik mezelf gesteld had.
Hou toch op met dat gedoe. Je hebt het over de macht van Jack Dorsey en haalt in die context keer op keer de ban van Trump aan. Ik wijs je erop dat Dorsey in dat geval alleen maar zoveel macht kon hebben omdat Trump hem die gaf. Terwijl die dat helemaal had moeten doen. Sterker nog, terwijl hij vier jaar lang werd geadviseerd om minder gebruik te maken van Twitter. Je analyse schiet tekort omdat je dat punt negeert, het is namelijk behoorlijk relevant als je het over de macht van Twitter en presidenten hebt.
Maar goed, ik denk dat ik dat nu vaak genoeg heb gezegd. Dus ik laat het hier maar bij, tenzij er nog andere argumenten verschijnen.
Wel nog dit:
Heb jij een beter woord voor de acties van iemand die na verloren verkiezingen toch aan de macht wil blijven en dat op allerlei manieren probeert voor elkaar te krijgen?
Het woord coup suggereert een plan. Wat er op 6 januari gebeurde is wat er gebeurt als er geen plan is.
Ik denk dat wat er op die dag gebeurde ook op geen enkele manier had kunnen leiden tot het verlengen van zijn presidentschap. Het had veel erger kunnen aflopen, meer doden waaronder congresleden of senatoren. Gelukkig is dat niet gebeurd. Maar uiteindelijk is Trump, als het erop aankomt een lafaard. Nadat zijn aanhangers het Capitool waren binnengedrongen krabbelde hij terug. Hij capituleerde. Als hij had gewild en gedurfd was de schade nog veel groter geweest.
Nee hoor, een coup is niets meer dan een illegale poging om de macht te grijpen. Bovendien omvat de couppoging van Trump veel meer dan wat er op 6 januari gebeurde. Beschuldigingen van fraude bijvoorbeeld en pogingen om Republikeinen in verschillende staten te bewegen om uitslagen te vervalsen.
Ik ook niet en dat heb ik ook al gezegd. Waarj ik aan toevoegde dat dat niets afdoet aan het feit dat het een couppoging was en dat die, zelfs na de bestorming van het Capitool, nog door een aanzienlijk deel van de Republikeinse politici en kiezers werd gesteund. Voorlopig zie ik maar bar weinig reden om het allemaal te bagatelliseren.
Even over de oplossingen die je voorstelt. Vanuit het oogpunt van democratie zou ik het al een hele goede stap vinden als Twitter zich gaat gedragen als een ouderwets persmedium. Met de nodige transparantie inzake huisregels, de toepassing daarvan en verantwoording aan de hand van een “redactiestatuut”. En dan liefst in een bedrijf zonder winstoogmerk. Maar dat zal wel te veel gevraagd zijn.
De wetgever zou een dergelijke ontwikkeling kunnen bevorderen door de regelgeving voor bedrijven die de openbare meningsvorming als kerntaak hebben in deze richting te sturen. In plaats van ze te behandelen als elk ander bedrijf zoals tot nu toe.
[ bedrijven die de openbare meningsvorming als kerntaak hebben ]
Zie jij Twitter echt als een bedrijf dat de openbare meningsvorming als kerntaak heeft?
Twitter wil gewoon geld verdienen aan advertenties rondom berichten die mensen roeptoeteren en lezen of daarop reageren. Liefst bij berichten die veel reacties genereren, die reacties zullen ze dan ook bij voorkeur bovenaan voorschotelen. Daarbij wordt je dus een uitgever die aan de content verdient en oh, hemeltje toch, dan wordt je mede verantwoordelijk voor de inhoud.
Ik zie hier ook veel “de macht van Jack Dorsey” staan en de moedigheid dat hij Trump blokkeerde. Die zelfde Dorsey heeft 4 jaar lang alles van Trump toegestaan, alles dat hij mindere goden inmiddels op Twitter verbood, en zelfs dat inconsequent.
Nu heeft die (in mijn ogen lafbek) eindelijk ingegrepen, waarschijnlijk om een wit voetje bij de democraten te halen toen het vertrek van Trump echt onvermijdelijk was geworden..
Voor de gebruikers is dat de kerntaak van Twitter, toch? Als het bedrijf daaraan niet voldoet zouden we bij de wetgever dus moeten aandringen op regels die het bedrijf meer in de richting sturen van wat de gebruikers willen. Ik zal de laatste zijn om te beweren dat dit een fluitje van een cent is, maar als je iets aan de huidige sitiatie wilt veranderen zou je daar de oplossing moeten zoeken. In die zin moet je dus de Digital Services Act van de EU beoordelen: geeft de regelgeving meer macht aan de gebruikers?
[ openbare meningsvorming als kerntaak …. Voor de gebruikers is dat de kerntaak van Twitter, toch? ]
Hoe kom je daar nu bij? Omdat we het toevallig over politici hebben die wel of niet geblokkeerd worden?
Zit je zelf wel op twitter? Twitter is er voor van alles, om grapjes te delen, om te vragen waarom die helikopter al een uur boven je dorp cirkelt, om te volgen wat de wijkagent deze week deed, om mede te delen dat je boek over kabouters is uitgegeven, om over vaccinatie te discussiëren, noem het maar op. Twitter is dat waar de gebruiker het voor gebruikt. Meningsvorming is slechts een van de tientallen toepassingen.
[ Als het bedrijf daaraan niet voldoet zouden we bij de wetgever dus moeten aandringen op regels die het bedrijf meer in de richting sturen van wat de gebruikers willen. ]
Sinds wanneer mogen gebruikers bepalen wat een bedrijf is of moet zijn?? Twitter is gratis, maar zelfs als het betaald is kun jij niet eisen dat jij bepaalt hoe het bedrijf dient te handelen.
De Wet inzake digitale diensten geeft helemaal geen macht om een bedrijf te laten (be-)sturen door gebruikers, maar vooral rechten aan de gebruikers en concurrenten.
Dit is waar je juist discussie over zou moeten voeren. Twitter is niet zomaar een bedrijf. Het geeft vorm aan onze publieke ruimte in het hart van de democratie. Het kan wel de juridische vormgeving van een bedrijf hebben, maar dat wil niet zeggen dat je daar in mee moet gaan. Vind jij dat we zonder bijvoorbeeld voorwaarden te stellen maar alles moeten accepteren wat een ‘bedrijf’ op die plek doet?
[ Het geeft vorm aan onze publieke ruimte in het hart van de democratie. ]
A: Twitter is veel meer dan dat, dat kun je niet zomaar wegpoetsen omdat je het over politiek en democratie wilt hebben.
Facebook wordt ook verketterd vanwege ongebreidelde leugens en hoaxen, nepaccounts en politieke manipulatie in 2016. Maar honderden miljoenen mensen communiceren prettig en makkelijk met vrienden en familie die ze anders nooit zien en ze leren meer dan ooit in de kantklosgroep, huidkankergroep of Bugatti pagina.
B: Twitter geeft slechts als een van de vele (online) platforms, gedeeltelijk vorm aan onze publieke ruimte in het hart van de democratie. We praten nu over Twitter omdat Trump een grote rol speelde op Twitter. Ook radio, televisie en kranten vormen de publieke ruimte in het hart van de democratie. Ik doe niks met politiek op Twitter of Facebook, ik heb genoeg aan de online kranten, radio, tv, Sargasso en Joop.
We moeten niet alles accepteren dat Twitter of Facebook doen, en er komen ook steeds meer regels die vooral de machteloze gebruiker moeten beschermen tegen de arrogantie van Big Tech die weigert te communiceren maar wel je bedrijf naar de klote helpt omdat je een blote borst op de pagina van je lingeriebedrijf hebt gezet.
“Gebruikers” laten bepalen wat Twitter doet kan wel eens resulteren in een verbanning van alle politici van Twitter, behalve Trump en Baudet. Dus moet de overheid namens de bevolking ingrijpen door nationalisatie of door een giga aantal regeltjes wettelijk op te leggen. Dat komt dan al snel weer neer op overheidscensuur en dat willen we ook niet.
…waar de gebruiker het voor gebruikt
Des te meer reden om het te reguleren vanuit de invalshoek van die gebruikers.
Je gaat totaal niet in op je eerder geponeerde “kerntaak van Twitter”, heb je die “kerntaak” opeens gewoon terzijde geschoven?
[ om het te reguleren vanuit de invalshoek van die gebruikers. ]
Oh? En als de gebruikers die mee willen beslissen over reguleren voornamelijk FvD’ers zijn?
Ben je dan nog steeds een voorstander van gebruikers die bepalen wat een bedrijf wel of niet mag?
Stap jij ook bij de banketbakker binnen en eis je dat hij een worteltaart met uitjes en rookworst voor jou moet maken?
Of stap jij bij de banketbakker binnen en eis je slechts dat hij niet langer taarten met hakenkruisen verkoopt?
Daar zijn geen regels voor nodig. Doen wat gebruikers willen is namelijk het business-model van Twitter. Hoe meer gebruikers, tweets, antwoorden op tweets en retweets, hoe beter het is voor Twitter. Als je oplossingen zoekt voor problemen rond social media lijkt het me verstandig om te concentreren op problemen die ook in de echte wereld bestaan.
[ Doen wat gebruikers willen is namelijk het business-model van Twitter. ]
Ja, maar alleen zolang het geld oplevert of niet schaadt.
Als ik persoon X volg, wil ik AL zijn tweets op mijn tijdlijn zien. Gaat niet, alleen die tweets waar het meeste geld mee is te verdienen.
Ik wil tweets in chronologische volgorde zien. Gaat niet, alleen de volgorde waar het meeste geld mee is te verdienen.
Sommige zaken zijn in te stellen maar springen weer terug zodra je uitlogt.
Eens, zou zeker een stap in de goede richting zijn.
Heb er alleen weinig vertrouwen in dat we politici vinden die durven in te grijpen. Een idee van ‘dat doe je niet, ingrijpen in de markt’. Je zegt ‘dat zal wel teveel gevraagd zijn’. Ik denk, we moeten veel vragen. Die bedrijven transformeren ons hele publieke leven en onze politici staan erbij en kijken ernaar alsof ze er niets aan kunnen doen.
“In die zin heeft ze overeenkomsten met een mediabedrijf. Een krant bijvoorbeeld verkoopt ook advertenties. Maar daar draait het wel om de publieke functie van nieuwsgaring, door een onafhankelijke redactie. En hoewel die onafhankelijkheid soms onder druk staat, bijvoorbeeld door commerciële belangen, geldt ze wel als uitgangspunt.”
Hier rammelt het betoog aan alle kanten. De meeste mediabedrijven hebben geen publieke functie in nieuwsgaring, noch een onafhankelijke redactie en zelfs waar die schijn wel wordt opgehouden, is dat zeker niet het uitgangspunt.
Daarnaast lijkt Twitter* nog het meest op je lokale blaadje, waar er bijzonder weinig redactie is, maar zo’n beetje iedereen stukjes kan insturen en er hooguit (een klein beetje) selectie is van wat wel en wat niet het medium haalt. De analogie gaat bovendien nog verder op doordat het medium verder gratis is en haar inkomsten volledig uit reclame haalt.
*Youtube, Facebook, TikTok.
Mediabedrijven is misschien wat te breed geformuleerd. Het gaat me om kranten, tijdschriften, tv stations met journalistieke producties, waar onafhankelijke redacties werkzaam zijn. Wordt ook wel enigszins duidelijk uit de context lijkt me?
No true Scotsman. Twitter heeft overeenkomsten met een mediabedrijf, maar voldoet niet aan het ideaalbeeld dat jij hebt van een klein deel van de mediabedrijven (je impliceert daarmee: Maar het is geen mediabedrijf).
In mijn reactie #3.1 zeg ik dat ik met mediabedrijven doel op bijvoorbeeld kranten. Pas ik daar bovenstaande tekst op aan dan krijg je:
Dus wat ik zeg is dat ondanks dat zowel Twitter als een krant, zowel in de economie als in de publieke sfeer opereren, dat de krant daar organisatorische consequenties aan verbindt (scheiding tussen een onafhankelijke redactie en de advertentie-afdeling) en dat Twitter dat niet lijkt te doen.
“Dus wat ik zeg is dat ondanks dat zowel Twitter als een krant, zowel in de economie als in de publieke sfeer opereren, dat de krant daar organisatorische consequenties aan verbindt”
En zoals ik al in #3 betoog, dat is niet waar. De meeste kranten doen dat simpelweg niet. Alleen een enkele true scotchgazet. Daarnaast verzet je ook in het artikel doelpaaltjes (waar ik in #3 ook al op wijs), door eerst te spreken van een mediabedrijf en vervolgens Twitter te disqualificeren als mediabedrijf omdat het niet voldoet aan jouw idealistische definitie van een krant met onafhankelijke redactie. Mijn punt is en was dat de meeste kranten, laat staan de meeste mediabedrijven daar niet aan voldoen. Oftewel, niet Twitter, maar die utopische krant van je is de uitzondering in mediabedrijvenland.
Het algoritme van Twitter is de redactie. Dat selecteert, net als de redactie van traditionele media, welke fractie van het gigantische aanbod aan informatie een gebruiker te zien krijgt. Maar dat algoritme selecteert op basis van heel andere criteria dan een traditionele redactie. De vergelijking met een krant gaat dan ook amper op. Het algoritme kan informatie bijvoorbeeld niet, of maar heel beperkt, beoordelen op waarheid en kwaliteit, of op achterliggende motieven van degene die die informatie aanbiedt.
Overigens maakt Twitter, anders dan #3.3 beweert juist wel onderscheid tussen betaalde advertenties en de andere inhoud. Advertenties zijn herkenbaar, al moet je daar wel behoorlijk goed voor opletten.
Bij #3.3 onderaan vat ik het samen en wat je daar tegenin brengt is dat jij vindt dat redacties niet onafhankelijk zijn van de commerciële afdeling. Een bewering zonder enige overtuigende onderbouwing. Dat er druk wordt uitgeoefend op redacties, zeker, dat zeg ik ook al in het stuk. Maar dat neemt niet weg dat redacties organisatorisch gezien onafhankelijk zijn van de commerciële afdeling. Een soort scheiding tussen de economische en de publieke functie dus, dat als voorbeeld kan dienen. Zie ook reactie #2.
Verder heb je het over doelpaaltjes verzetten, terwijl ik in #3.1 al preciezer formuleer wat ik bedoel.
Transparantie lijkt me wel een goed aanknopingspunt voor een zinnige analyse van de problematiek rond Twitter (en andere social media, maar ik hou het hier maar even bij het voorbeeld Twitter).
Censuur is dan helemaal niet het grote probleem. Ik zie tenminste geen aanleiding om te denken dat Twitter ongemerkt allerlei gebruikers in de ban kan slaan, of tweets kan verwijderen. Zo werkt dat op het moment zeker niet. Als iemand een ban krijgt, lukt het meestal wel om andere Twitteraars daarvan op de hoogte te stellen, die dat dan weer rond laten gaan op Twitter. En zelfs al zou Twitter al die berichten weer verwijderen – wat nu dus niet gebeurt – dan zijn er genoeg andere plekken om dat onder de aandacht te brengen. Facebook, of De Telegraaf, of Sargasso, om er maar enkele te noemen.
Het ondoorzichtige deel zit ‘m in het economische model van Twitter. In dat model is de gebruiker niet de klant, maar de handelswaar. Of, iets nauwkeuriger, de aandacht van de gebruiker is de handelswaar. Twitter wil liefst zo veel mogelijk van die handelswaar oogsten. Daar zijn de algoritmes dan ook op gericht. En oogsten van aandacht gaat niet noodzakelijk samen met het zorgvuldig informeren van gebruikers. De algoritmes bevoordelen die accounts die veel aandacht weten te genereren. En dat is waar de transparantie ontbreekt.
En dat is ook waar de analyse van Ad spaak loopt. Politieke macht levert niet noodzakelijk ook veel invloed op op Twitter. Je krijgt veel invloed als je de handig bent in het bespelen van de algoritmes, of in het bespelen van het Twitter-publiek. Of door mensen die daar goed zijn in te huren om dat voor je te doen.
Hoe je dat oplost week ik ook niet zo snel. Een goed begin lijkt me dat iedereen beseft dat manipulatie verweven zit in het economische model van Twitter. Manipulatie door de algoritmes van Twitter en door degenen die die algoritmes goed kunnen bespelen. Daar is nog een hele hoop winst te halen. Dat blijkt wel uit het feit dat discussies over Twitter negen van de tien keer over de vermeende censuur gaan in plaats van over de echte ondoorzichtigheid.