Ondanks dataretentie is cybercrime geen prioriteit
Mooi, de overheid begint een campagne om mensen bewuster te maken van de gevaren van het internet. Absoluut geen overbodige luxe, aangezien de meeste mensen al een kleine tien jaar op datzelfde internet rondlopen. Beter laat dan nooit, zullen we dan maar zeggen en het geeft aan hoe belangrijk de overheid online veiligheid vindt, toch?
Maar tegelijkertijd laat dezelfde overheid het wel na om mensen te wijzen op het gebruik van encryptie. Dat zou het versturen van privacygevoelige informatie pas echt veilig maken. Maar zo’n advies zou een ander initiatief van de overheid raken: namelijk de verplichte opslag van al het dataverkeer door de providers. Met goede encryptie zal het zelfs voor de overheid moeilijk worden om nog iets zinnigs uit je berichten te halen.
Het meest opvallend aan de dataretentie-wetgeving is dat hij is ingesteld om de criminaliteit op het internet tegen te gaan, en dat er nu juist op dat gebied nog bijna niets is gebeurd. Ja, de overheid gaat binnenkort eens een nulmeting doen, zodat we de criminaliteit op het net vanaf dat moment kunnen gaan vergelijken met, ehm, de criminaliteit op dat moment.
En dat ondanks dat je zou verwachten dat de overheid, gezien de volhardendheid waarmee deze wetgeving is doorgedrukt en de opgegeven redenen, wel werk gemaakt zou hebben van de online criminaliteitsbestrijding. Maar niets van dat alles. Het bleek dus belangrijker de mogelijkheid te hebben dan er daadwerkelijk wat nuttigs mee te doen.