INTERVIEW - ‘Don’t say you don’t know how to help.’ Vredeactivist Fadi Hallisso klinkt getergd als hij deze laatste woorden spreekt tijdens zijn actualiteitencollege op dinsdag 24 september in het Erasmusgebouw van de Radboud Universiteit van Nijmegen. Hallisso, priester en ingenieur, is afkomstig uit Aleppo en vluchtte vanwege de Syrische burgeroorlog naar Beiroet in Libanon. Hier zette hij samen met IKV Pax Christi een organisatie op die zich inzet voor de slachtoffers van de Syrische burgeroorlog. In zijn lezing vertelt Hallisso een publiek van rond de zestig man over de situatie in zijn thuisland en roept hij op tot hulp. Uit de vragen van het betrokken en met vlagen geëmotioneerde publiek blijkt duidelijk waar het pijnpunt ligt: we willen best geld geven, maar niet aan jihadisten. En dat is waar het uiteindelijk op neer komt. Of niet?
Vlak voor de lezing ontmoet ik Hallisso voor een kort interview. In het onderstaande verslag is ook een deel van de vragen van het publiek verwerkt.
What is the current situation of the Syrian refugees in Lebanon?
‘It is very bad. We estimate that there are over 1.2 million Syrians that crossed the border into Lebanon. That means that one out of five people that are now residing in Lebanon is a refugee. There are no camps. The refugees had to go to the cities looking for a shelter, whether it was a small apartment or basement. Families share rooms. There are no commodities, no sanitation, no blankets, no schools. And the winter is coming. One of the biggest concerns right now is the waiting period for the newcomers. They have to wait three to four months before being able to register as a refugee and gain access to necessary help and commodities. In the meantime they have nothing and are literally left to fend for themselves.’