het Saillant | WO III breekt in de 21ste eeuw uit!

De 21ste eeuw breekt de WO III uit! Een op deze bijzondere dag wel een heel saillante stelling, waarvoor mij gelukkig ieder spoor van bewijs ontbreekt. Geen geheime aanvalsplannen ontdekt, noch voorzie ik dat de Griekse schuldencrisis zich als een Mexicaanse olievlek uitbreidt tot de grote kladderatsj waardoor er een allesvernietigende oorlog in het door de Maya’s voorspelde rampjaar 2012 ontstaat. Dat niet. Wat dan wel? Wel zie ik dat de mens niets wezenlijks geleerd heeft sinds 1945. Wij mensen kunnen nog prima oorlog voeren, dat bewijzen we continu op diverse plekken op de aarde. Daarbij komt: we hebben nog steeds geen instituties ontwikkeld die oorlog effectief kunnen voorkomen. De Veiligheidsraad is er voor ontworpen, maar door zijn samenstelling, trage besluitvorming en beperkte invloed niet in staat een oorlog in de kiem te smoren.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De Holocaust, dat ben jij


Het einde van de Tweede Wereldoorlog, en daarmee de herinnering aan de slachtoffers en de terugblik op machinale slachting, jubileert. Meer nog dan andere jaren zien wij katernen en rubrieken gevuld met de canon van destructie en angst. En het doet ons goed te weten dat wij Hitlers strooptocht een halt toe hebben geroepen. Wij zien trots hoe onze jeugd nog aan de lippen hangt van inmiddels hoogbejaarde veteranen, onderduikers, wezen, verzetshelden. Bij het klaroengeschal slaat ons trotse hart: Een Tweede Wereldoorlog, dát nooit meer. Nie wieder faschismus. De Holocaust wordt beschouwd als het dieptepunt in het bestaan van de mens, een symbool van wanbeschaving. Maar er is geen bewijs dat wij wezenlijk betere mensen zijn geworden.

Het lijkt zo eenvoudig, het euforisch gevoel het monster de baas te zijn. Het is een misverstand. Dagelijks zijn er rituelen in ons leven die scheren langs het oppervlak van de moraal. In elk van ons schuilt wreedheid. Het kost alleen wat moeite om de wreedheid te kanaliseren en een volksopstand met bijbehorende moordmachine aan te sturen.

De Holocaust is óók hebzuchtig voordringen bij de wasstraat, de aderen in de nek laten opzwellen wanneer men onze doorgang belemmert. De Holocaust is kijken bij een ongeluk en daarom een file veroorzaken, maar de andere kant opkijken wanneer iemand bloed ophoest in een donkere nis van de Bijenkorf. De Holocaust is het negeren van gejammer bij de buren. De Holocaust is ook juist het bellen naar de politie bij het gejammer bij de buren. De Holocaust is de erotiserende werking van trots die langzaam verandert in grootheidswaan. De Holocaust is het scanderen, joelen, mennen en achteraf niet doorhebben wie je hebt gepasseerd. De Holocaust is het stilzwijgend aansluiten bij een kranslegging of herdenking, het houden van twee minuten stilte terwijl je drie dagen geleden nog iemand doelbewust afsneed omdat je een hekel hebt aan U-bochten. De Holocaust ben ik als ik in de Maxis in Muiden verveelde en verwende kinderen met stekels zie, die in het boodschappenwagentje hangen en tegen een te dikke moeder schreeuwen dat zij snoep willen. De moeder is de Holocaust wanneer zij roept dat Damian zijn grote kop moet houden en dat hij anders maar zijn nieuwe rugzak met veertien dvd’s moet terugbrengen. Zij is de Holocaust als zij dat vervolgens niet doet. De holocaust is je aansluiten bij een groepering, met een spandoek of kaars in de hand, vanuit een onderbuikgevoel.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

het Saillant | Durf te kiezen bij de herdenkingen

SaillantLOGO

Wie alles herdenkt, herdenkt in feite niets, en dus herdenk ik vanavond alleen de Tweede Wereldoorlog.

Vandaag is het precies 65 jaar geleden dat het Derde Rijk capituleerde. Reden genoeg voor een feestje (morgen) en een plechtige herdenking aan de verschrikkingen van het nazi-regime (vandaag). Tot 1961 herdacht men alleen de Nederlandse doden in de Tweede Wereldoorlog. Pas later kreeg Nationale Dodenherdenking een mondiaal karakter.

Op de website van het Nationaal Comité 4 en 5 mei lezen we: “Tijdens de Nationale Herdenking herdenken wij allen – burgers en militairen – die in het Koninkrijk der Nederlanden of waar ook ter wereld zijn omgekomen sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, in oorlogssituaties en bij vredesoperaties.”

Uit onderzoek van het Nationaal Comité 4 en 5 mei blijkt dat een overweldigende meerderheid van de ondervraagden (67 procent) het stilstaan bij de gevolgen van oorlog, zowel vroeger als nu, het belangrijkste vindt. Ik hoop dat ik niemand voor de schenen schop die een geliefde heeft verloren in de Afghanistanoorlog, maar ik doe daar niet aan mee. In de eerste plaats is de grens van 10 mei 1940 nogal arbitrair. Waarom herdenken we de jongens bij de Somme en Verdun niet? Of de slachtoffers van Bommen Berend, de Gulden Sporenslag of de uitgeroeide Kelten van Gallië?

De reden hiervoor valt wel te geven: de eerste dodenherdenking was op 9 mei 1945 in Amsterdam en herdacht alleen de Nederlandse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Pas later heeft men – uit politiek correcte overwegingen vermoed ik; ze wilden de slachtoffers van het Japanse regime en de (Nederlandse) slachtoffers van de politionele acties niet uitsluiten – besloten om de grenzen vanaf 1940 op te rekken. Wie daarvoor stierf is vergeten, wie daarna stierf wordt herdacht.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

D-Day

Militair historicus Antony Beevor schreef vorig jaar een indrukwekkende geschiedenis van D-day, van de landing in Normandië (6-6-1944) tot aan de bevrijding van Parijs (25-8-1944). Nu 66 jaar geleden. In zijn boek komen geen slecht Engels sprekende Duitsers voor en ook geen kauwgumuitdelende Yankees. Wel brengt hij het strijdverloop nauwkeurig in kaart, vaak met een inzichtelijk kaartje erbij. De Engelse leider van de strijdkrachten Montgomery vertelde bijvoorbeeld lang niet al zijn plannen aan zijn Amerikaanse collega Eisenhower. Na de helikopterview zoomt de auteur in op het slagveld. De lezer krijgt daardoor een goed beeld van de impact van miscommunicatie, mismanagement en een enkel wijs besluit van de legerleiding op de gewone soldaat.

Altijd bang zijn

Slachtingen, gruwelen en angsten zijn in het boek van alle filmische heldenromantiek ontdaan. In The Longest Day lijkt het nog wel aardig om aan de zijde van John Wayne badguys af te knallen. Bij Saving Private Ryan valt na de benauwde openingsscène ook genoeg eer en glorie te behalen. Het boek van de historicus is realistischer. Hoe realistisch? Totale objectiviteit is een illusie, iedere betrokkene van de invasie zou zijn eigen verhaal kunnen vertellen. Dat gezegd hebbende: Beevor doet een goede poging zo feitelijk mogelijk beide kanten van het verhaal te belichten. Van alle opsmuk ontdaan schetst hij een beeld van mannen die de hele oorlog geen schot lossen. Altijd bang zijn. Zo snel mogelijk naar huis willen. Beevor schrijft zonder poespas. Hij laat zijn honderden bronnen het werk doen en daardoor verdwijnt geruisloos het onderscheid tussen goed en kwaad. Niet het onderscheid tussen het nazi-bewind en de democratieën, maar wel het onderscheid tussen de Duitse en Amerikaanse soldaten.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Hans Keilson is ook van ons

Hans Keilson (Foto: Wikimedia Commons/Florian Oertel)

Er is veel geschreven over de Duitse geschiedenis tussen de beide Wereldoorlogen, en nog meer over de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust. Temidden van de vele auteurs zijn er echter maar weinig, die deze onderwerpen op een zo enorm poetische en filosofische manier behandelen als de vrij onbekend gebleven Hans Keilson. Het is makkelijk te begrijpen waarom Keilson het aflegt tegen andere Holocaust-literatuur. Waar veel boeken van de Holocaust een soort passie-geschiedenis maken. Ze richten zich op het in beeld brengen van het leed van de vele slachtoffers, alsmede de slechtheid van hun beulen. Ze spelen enerzijds op het sentiment, en bedrijven anderzijds wat Gerard Durlacher ‘de pornografie van de wreedheid’ noemde.

Keilson heeft een ander perspectief. Hij schrijft over diegenen die hadden kunnen, willen, of moeten helpen, en het toch niet gedaan hebben, of het wel geprobeerd hebben, maar uiteindelijk, op de een of andere manier, toch gefaald hebben. Hij spreekt geen oordeel uit, maar maakt de dilemma’s waarvoor deze mensen stonden invoelbaar. Dat is des te meesterlijker, omdat hijzelf, als jood, niet tot deze groep behoorde. In het literaire bedrijf is er niets zo zeldzaam, als het vermogen om de gevoels- en gedachtewereld van de ander overtuigend te beschrijven.

In de laatste jaren is in zijn geboorteland, Duitsland, de belangstelling voor Keilson’s werk enigszins toegenomen. Zijn werk is gebundeld uitgegeven, en hem vallen in de Duitse pers regelmatig loftuitingen ten deel.

Vorige Volgende