Weekers en de blinde muur
ANALYSE - Het fameuze #pensioendebat in de Senaat laat zich op een paar manieren begrijpen. Het meest aan de oppervlakte ligt de analyse dat het kabinet zich echt vergist heeft. De beeldspraak van Tof Thissen (GL) is dan goed gekozen. Dan kwam Frans Weekers (VVD) vol gas een blinde steeg in scheuren. ‘Dan liever de lucht in.’
Voor wie hoopt dat er een diepere strategie achter dit alles zit: mogelijk liet Diederik Samsom (PvdA) het opblazen van het sociaal akkoord graag aan de Senaat, en had Weekers geen andere opdracht dan zo dicht mogelijk bij het Sociaal Akkoord te blijven en dan zoveel mogelijk kabaal te maken. Als de bonden dan kwaad worden, dan toch ook op GroenLinks en de SP, heeft Samsom mogelijk gedacht. In deze analyse is het fiasco van gisteren al lang ingecalculeerd. Het was een toneelstukje. De aanpassingen op deze plannen worden al lang besproken bij Jeroen Dijsselbloem aan tafel.
Maar er leek iets interessanters te gebeuren: Weekers kreeg het aan de stok kreeg met de Eerste Kamer, als instituut. Dit verwijst naar een begrippenkader dat prof. Van den Berg gebruikt om het parlement te begrijpen. De Eerste Kamer, zo schrijft hij, kan in sociologische zin worden opgesplitst in drie instituties. Het is een arena waar theater wordt opgevoerd, het is een marktplaats waar belangen uitgeruild worden en het is een instituut dat zichzelf probeert te handhaven. Goede Kamerleden schakelen soepel. Als het nodig is, maken ze kabaal, als ze winst ruiken gaan ze wheelen en dealen, en als ze zich bedreigd voelen dan komen ze op voor hun instituut. Op de marktplaats en in het theater is het Kamerlid een partijpoliticus. Institutioneel optreden is juist partij-overstijgend. Dan lopen bijvoorbeeld alle fractievoorzitters in de Tweede Kamer te hoop tegen de gedachte dat Wilders uit het Comité van In- en Uitgeleide zou zijn geweerd. ‘Wilders mag dan een rare vogel zijn; het is wel hun rare vogel.’ Wat het beste werkt, hangt van de context af, schrijft Van den Berg. Het is net als met autorijden: goed schakelen is het halve werk.