Niet elke blaffende hond is een waakhond

Het is de tijd van ‘de hondsdagen’, kondigen Jan Gruiters, algemeen directeur van IKV Pax Christi en Leon Willems, directeur van Free Press Unlimited aan.  Op menig raam, voordeur of tuinhek hangt een bordje met een afbeelding van een vervaarlijk uitziende Dobermann, vergezeld van de waarschuwende boodschap ‘Hier waak ik’. Hoewel het bordje anders doet vermoeden, weet iedereen dat er acht van de tien keer een keffertje woont dat misschien best vervaarlijk kan aanslaan, maar dat als het er op aankomt banger is voor bezoekers dan zij voor hen. Soms huist er wel degelijk een angstaanjagend exemplaar, dat zich blaffend en grommend vertoont aan iedereen die zijn alleen maar territorium passeert. Weliswaar een plaag voor menig wandelaar, maar eigenlijk weet iedereen wel dat van dergelijke dolle viervoeters niets te vrezen valt. Waakhonden die écht serieus te nemen zijn, hun baas daadwerkelijk van dienst zijn door zich alleen -al dan niet letterlijk- vast te bijten in mensen die kwaad in de zin hebben, zijn doorgaans op één hand te tellen. Vele maatschappelijke organisaties hebben als missie om in ontwikkelingslanden, in fragiele contexten en repressieve staten maar ook in hun eigen samenleving het beleid van overheden en andere machthebbers te volgen en te veranderen. Daarmee vervullen zij de zo cruciale rol van waakhond binnen samenlevingen. Zoals een echte waakhond het bezit van zijn eigenaar beschermt, zo bewaken deze organisaties de naleving van internationale normen die de menselijke waardigheid als grondslag hebben.

Foto: soulsoep (cc)

Pronks afscheidsbrief is baken in zee

ANALYSE - Hoe verhoudt de afscheidsbrief Jan Pronk van de PvdA zich tot het beleid van minister Ploumen (PvdA), en welke belangrijke waarschuwingen krijgt Ploumen mee van Pronk? Evert Jan Brouwer analyseert.

Zeven maanden had Jan Pronk nodig voor zijn besluit. Op 29 oktober presenteerden Rutte en Samsom hun regeerakkoord Bruggen Slaan, op 28 mei publiceerde Jan Pronk zijn afscheidsbrief van de PvdA. Als je een halve eeuw actief partijlid bent geweest, beslis je dat niet op een namiddag.

Het was een pittige brief. Rutte en Samsom werd heel wat aangewreven: ze zijn hoogmoedig, kortzichtig, arrogant en zelfgenoegzaam. Daarnaast verweet Pronk Samsom beginselverzaking. Hij had het beginsel van solidariteit, ook internationaal, opgeofferd aan een snelle uitruil tussen PvdA en VVD.

Ik ben geen lid van de PvdA en ik voel me niet geroepen de beginselvastheid van oud-minister Pronk of de PvdA te beoordelen. Wel wil ik Pronks afscheidsbrief naast het nieuwe beleid van minister Ploumen leggen. Het gaat hier om kwesties die niet alleen voor PvdA’ers interessant zijn.

Drie bezwaren

Pronk heeft drie bezwaren tegen Ploumens beleid. Het kabinet:

1. Breekt met de fatsoensnorm van 0,7% BNP voor internationale herverdeling van de welvaart;

2. richt zich teveel op landen en bevolkingsgroepen die al een redelijk bestaanspeil hebben bereikt, in plaats van op de allerarmsten;

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Partij van de Arbeid (cc)

Achtergronden en dilemma’s van exportfinanciering

ACHTERGROND - Exportfinanciering is een van de nieuwe instrumenten in het ontwikkelingsbeleid van minister Ploumen. Er zijn al verhitte debatten over gevoerd, maar wat is exportfinanciering nu precies? Welke lobby zit erachter? En verdient het wel een plaats in het Dutch Good Growth Fund? 

In de ontwikkelingshulp nieuwe stijl die door minister Ploumen wordt aangeprezen gaan hulp en handel harmonieus samen. Het Dutch Good Growth Fund (pdf) dat door het nieuwe kabinet is aangekondigd zou een bijdrage moeten leveren aan het slagen van het huwelijk tussen deze voorheen gescheiden partners. Dit revolverend fonds is bedoeld om ondernemers uit lage- en midden-inkomenslanden en Nederlandse ondernemers die in ontwikkelingslanden willen ondernemen financieel te ondersteunen. De concrete inrichting van het fonds moet nog uitgewerkt worden, maar zoals in de onlangs uitgekomen beleidsnota over hulp, handel en investeringen aangekondigd staat, kunnen Nederlandse bedrijven straks bij het fonds aankloppen voor exportfinanciering. De projecten waaraan ze bijdragen moeten dan wel ontwikkelingsrelevant zijn.

Wat is exportfinanciering?

Inmiddels zijn er al veel discussies geweest over exportfinanciering, maar wat behelst dit instrument precies? Het doel van een door de overheid gesteunde exportkredietinstelling (export credit agency, ECA) is het bevorderen van export door een deel van de risico’s van ondernemen in het buitenland van bedrijven over te nemen. Internationale handel doorkruist verschillende nationale juridische, politieke en financiële systemen, waardoor exporteurs (en importeurs) aan verscheidene risico’s  worden blootgesteld. Als de goederen zijn verscheept of afgeleverd bestaat het risico dat de exporteur om welke reden dan ook niet betaald wordt.  Als de exporteur een betalingstermijn afspreekt met de afnemer, verleent de exporteur dus in feite een krediet aan de afnemer. Het risico dat de exporteur niet betaald wordt, neemt toe naarmate de betalingstermijn langer is.

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

Politiek Kwartier | Een globaal nivelleringsfeestje

COLUMN - In het Politiek Kwartier van vandaag verwondert Klokwerk zich over onze moraal als het gaat om ontwikkelingshulp.

Vorige week haalde Serious Request ruim 12 miljoen euro op. Dat is mooi. Helaas besloot het nieuwe kabinet dit jaar echter de ontwikkelingshulp met meer dan het achtvoudige van dit bedrag te korten. We hebben het geld hier namelijk zelf hard nodig. Daarbij komt dat geld toch altijd bij de verkeerde mensen terecht. En bovendien heeft het allemaal geen effect. Bewijs: Afrika is nog steeds arm.

Allemaal idiote excuses natuurlijk. En makkelijk te weerleggen bovendien. We hebben het geld zeker niet meer nodig dan een derde wereldland. 0,7% Van wat we verdienen is echt niet zoveel gevraagd. En dat het geld verkeerd besteed zou worden zou hooguit een argument zijn het beter te beleggen, niet te stoppen. En dat we er nog niet in geslaagd zijn om van Afrika een heilstaat te maken betekent uiteraard niet dat het waardeloos was één mens in te enten tegen een ziekte of van een opleiding te voorzien.

Maar zijn deze Wildersiaanse drogredeneringen echt de reden dat ontwikkelingshulp niet zo populair meer is? Of zit er meer achter?

In Trouw verscheen afgelopen week een cynisch stuk over Serious Request. Cultuurhistorici analyseerden de happening als was het een ziekte. We zouden geven om ons geweten te sussen, vanwege de sociale druk, of uit betweterij. Of wellicht gewoon omdat we er een feestje voor terugkrijgen.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Slachtoffer aanslag start project om terrorisme tegen te gaan

VERSLAG - De Nederlandse Max Boon raakte bij een bomaanslag in Jakarta drie jaar geleden beide benen kwijt. Hij overleefde de aanslag maar net. Na jaren revalideren is hij nu terug in Indonesië om samen met andere slachtoffers gebieden te bezoeken waar mensen een hogere kans hebben gerecruteerd te worden door terroristenorganisaties. Met de verhalen van slachtoffers wil hij laten zien wat voor menselijk leed terroristische acties veroorzaken.

Foto: Julien Harneis (cc)

De feiten: bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking

ANALYSE - Hoeveel bezuinigt dit kabinet eigenlijk op ontwikkelingssamenwerking?

Het kabinet bezuinigt 1 mld op ontwikkelingssamenwerking. In de campagne keerde de PvdA zich nog fel tegen bezuinigingen, maar tot op heden heeft het nog niet tot fel protest geleid. In het Kamerledenpanel van BNR ontstond een discussie over de bezuinigingen. Volgens CDA-Kamerlid Madeleine Toorenburg zijn de bezuinigingen forser dan afgesproken in het Catshuisakkoord. Joel Voordewind bestreed dit.

Tijd om de discussie over ontwikkelingssamenwerking van feitelijke context te voorzien.

Hoeveel geld gaat er naar ontwikkelingssamenwerking?

Het kabinet Rutte I heeft het budget voor ontwikkelingssamenwerking versoberd van 0.8% naar 0.7% vanaf 2012 (2011: 0.75%) van het Bruto Nationaal Inkomen (dit is BBP + wat NL’ers in het buitenland verdienen – wat buitenlanders hier verdienen). Dit betekent dat er de afgelopen jaren ongeveer 4.5 miljard aan ontwikkelingshulp is uitgegeven. Dit is ongeveer 270 euro per Nederlander.

Ontwikkelingssamenwerking BNI % Uitgaven in miljoenen

2011

607180

0,75

4553,85

2010

579317

0,8

4634,536

2009

559385

0,8

4475,08

2008

581855

0,8

4654,84

Wat betekende de bezuiniging van Rutte I

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Buitenlands beleid gaat om geld

OPINIE - Het buitenlands beleid gaat om geld verdienen en kosten beperken. Een blik op het regeerakkoord.

Op 30 oktober zei Diederik Samsom in Nieuwsuur dat de onderhandelaars geen visie op het terugdringen van de werkloosheid en het creëren van banen hebben geformuleerd omdat PvdA en VVD daarvoor te veel van elkaar verschillen. Het is aan de Tweede Kamer om visies uiteen te zetten, zodat de partijen hun politieke kleur behouden, aldus Samsom. Wat impliceert dat onze nieuwe regering geen visie heeft.

Wat betreft het buitenlands beleid van Rutte-II klopt dat vrij aardig, afgaande op het regeerakkoord. Nu had de VVD in haar verkiezingsprogramma al verkondigd dat de partij ‘geen behoefte heeft aan vage vergezichten.’ Vergezichten zijn er dan ook niet echt te vinden, of het moeten de bezuinigingstabellen voor de jaren 2013 – 2017 zijn. Wel heeft het nieuwe kabinet, zoals verwacht, een mantra als het gaat om buitenlands beleid: economie, economie, economie.

Europa: geld verdienen, kosten beperken

Europa en de rest van de wereld zijn er om geld te verdienen. ‘Europa is van groot belang voor onze vrede, veiligheid en welvaart. We verdienen er ons geld; onze banen zijn er voor een groot deel van afhankelijk’ en ‘als het goed gaat met Europa gaat het goed met Nederland,’ zo staat in het nieuwe regeerakkoord. En dus moet de interne markt worden versterkt. Hoe? ‘Effectieve maatregelen om de noodzakelijk groei in Europa te versterken, worden bevorderd en ondersteund’. Blijft de vraag: wat zijn dan effectieve maatregelen? Een heldere visie hierop ontbreekt vooralsnog.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: copyright ok. Gecheckt 06-11-2022

Meer hulp aan Chinese armen?

Waarin de auteur het dilemma van de toekomst van ontwikkelingssamenwerking schetst.

De Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) vindt dat ontwikkelingshulp anders moet, omdat armoede zich heeft verplaatst. Rond 1990 leefde 7% van ’s werelds armen in middeninkomenslanden, nu ligt dat rond de driekwart. Dit komt met name door China en India. Deze verschuiving biedt een dilemma: richt je je met ontwikkelingshulp op landen waar 50% onder de $1.25-grens leeft (Sub-Sahara Afrika) of op landen waar dat ongeveer 30% (India) of 15%  is (China), maar waar de absolute aantallen armen zo veel groter zijn?

De AIV vindt in ieder geval dat “een arm gezin in een middeninkomensland […] evenzeer onze aandacht verdient als een gezin in een laag inkomensland.” Maar uit een Eurobarometer (p.22) die toevallig ook net uit is, blijkt dat de rest van Nederland – en van Europa – daar heel anders over denkt.

55% van alle Europeanen vindt dat ‘emerging economies’ die snel groeien (zoals India, China en Brazilië) geen hulp meer mogen krijgen. In Nederland is dat zelfs 71%. Nederlanders vinden sowieso dat het best wat minder mag met ontwikkelingssamenwerking, (hoewel het de vraag is waar ze dat op baseren).

Wat dit voor het AIV-advies betekent is niet meteen duidelijk. De “aandacht” die Nederland volgens de AIV aan het Chinese gezin moet besteden, lijkt vooral een dialoog met de regering en maatschappelijke organisaties te zijn, zodat de Chinezen zelf iets aan de inkomensongelijkheid, het bestaansminimum, mensenrechten en milieu gaan doen. Het blijft in het midden of dat Nederland veel geld zou moeten gaan kosten, en of dat van de middelen voor Afrikaanse landen af gaat.

Foto: crustmania (cc)

Ontwikkelingssamenwerking moet duurzaam zijn

ANALYSE - Een minister van Internationale Samenwerking zou handelsbelangen en ontwikkelingssamenwerking goed kunnen laten samen gaan, schreef Jeroen van Gerven vorige week op Sargasso. Handel als speerpunt in OS-beleid is echter al lang de ingezette koers. Dat dit ten koste kan gaan van duurzame ontwikkeling, betoogt Suzanne Kröger. Geld dat bedoeld is voor armoedebestrijding, wordt gebruikt om de verduurzaming van multinationals te financieren.

In 2007 sloot toenmalig minister Koenders de Schokland-akkoorden met diverse publieke en private spelers. De traditionele hulprelaties moesten worden omgebogen; het bedrijfsleven kreeg een grotere rol om het bereiken van de millenniumdoelen dichterbij te brengen. Public Private Partnerships werden de manier om de soms wat verstofte OS-clubs te laten samenwerken met het efficiënt opererende bedrijfsleven. Een duidelijke win-win situatie, iedereen was laaiend enthousiast. Een lijn die nog steviger werd doorgezet door het eerste Kabinet-Rutte.

In deze periode werd ook het Initiatief Duurzame Handel (IDH) opgericht. Het doel: de internationale handel van grondstof tot eindproduct verduurzamen. Terwijl de grote ontwikkelingsorganisaties werden gekort, kreeg het IDH een ruim 20 miljoen euro per jaar om samen met multinationals als Akzo Nobel en Unilever de wereldwijde handelsketens groener te maken. ‘Dat draagt bij aan het wereldwijd bestrijden van armoede, bescherming van het milieu, en maakt duurzame handel tot norm’, valt te lezen op de IDH-website.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Vorige Volgende