COLUMN - Van Buurman en Buurman zou geen musical gemaakt mogen worden. Daarom een aantal suggesties, uit het leven gegrepen.
Elke keer als er een musical gemaakt wordt, gaat er een stukje in mij dood. Er was door de huidige uit z’n voegen knallende industrie al bijna niks van me over, maar sinds kort ben ik op sterven na dood. Ik heb het in een cultuurblokje op televisie gezien, ze gaan een musical van Buurman en Buurman maken.
Wegens mijn achternaam is de Tsjechische kleipoppetjesserie van Villa Achterwerk min of meer cultureel erfgoed van mijn familie geworden. Ik kan het dan ook niet verdragen dat iets dat me zo lief is zielloos wordt verkracht door de ludieke musicalscene. Ik durf best te stellen dat er op deze wereld geen mensen zijn die van Buurman en Buurman én musicals houden. In 2012 deed de scene mij al veel pijn, toen werd Marten Toonders Bommel-saga te grazen genomen. En dat terwijl er zoveel moois voor handen is. Alhier drie alternatieven.
Alternatief 1: SNS Reaal de musical. Waarin grote graaier Sjoerd van Keulen struikelt over zijn eigen voeten, maar nog net wordt opgevangen door de overheid. Alles lijkt aanvankelijk in orde, maar het stuk komt pas echt op gang als onder leiding van modern day Robin Hood Jelle Brandt Corstius (gespeeld door Jamai Loman) het oproer begint. Het illustratieve nummer ‘Geef je centjes terug’, waarin Jamai indrukwekkende uithalen soleert, is de absolute klapper van het stuk. Maar ook wanneer het eindigt in een grote regen van muntgeld wordt het publiek zichtbaar geroerd.