Vanmorgen stond in de Metro dat de helft van de Nederlanders overweegt om binnen een half jaar over te stappen op digitale televisie, maar dat er tevens nog veel onduidelijkheid over is wat dat precies inhoudt. Sommigen denken een nieuwe -digitale- televisie nodig te hebben, en weten vaak niet wat het precies inhoudt. 150 euro betalen voor een decoder ziet overigens bijna niemand zitten.
Digitale televisie heeft een scherper beeld, en de mogelijkheden zijn veel uitgebreider dan bij analoge televisie, denk aan meerdere audiokanalen, informatielagen onder programma’s, video on demand, televisie pauzeren en meer zenderkeuze. In theorie zijn de mogelijkheden vrijwel onbeperkt, maar het het aanbieden van alle nieuwigheden is niet direct altijd in het voordeel van de aanbieders die geleidelijke invoering vaak prettiger vinden.
Tot op heden gaan de meeste mensen er nog van uit dat televisie en internet twee gescheiden kanalen zijn, maar al dit jaar zal daar verandering in gaan komen. Televisie aanbieders en internetproviders zullen samensmelten of elkaars werkzaamheden gaan aanvullen, zodat we over een tijdje zullen praten over Broadband Service Operators (BSO’s). Bedrijven die internet, televisie en telefonie zullen aanbieden in een kakofonie van kleuren en smaken. En dan begint het interessant te worden voor de consument.