D974

Het is bloedheet. Het is dan al september, maar daar wenst het Provenceklimaat zich geen zier van aan te trekken. Ik zit in de schaduw en drink een petit café. Voor mij strekt het Franse plattelandsleven zich loom uit. Een oudere man met een klak op, struint voor het terras uit met een baguette onder zijn arm en een krantje in zijn andere hand. Een kat strekt zich in de vensterbank van het café uit en geeuwt. Een tractor tuft langs met een aanhanger druiven erop. Ik vul mijn bidon met ijskoud water in de wetenschap dat het over een half uur lauw zal zijn. Voor deze dag heb ik mijn strakste wielerkleren aangetrokken, mijn clubkleuren zijn blauw en wit. Helderblauw, de kleur van de lucht waar ik straks in zal verdwijnen. Ik betaal de koffie en eet een banaantje. Ik spoel de resten van het kleffe vruchtvlees weg en kijk de weg af. D974 – Mont Ventoux, 21 kilometer.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Een vrijdagmiddag verhaaltje

Zinsbegoocheling Nietsvermoedend loop ik langs de schouwburg en loop daar ineens mijn oude buurjongen tegen het lijf. En hoewel hij op zo’n tweehonderd kilometer van Amsterdam woont, is dat niet eens zo vreemd, ware het niet dat hij in de hoedanigheid van een twaalfjarige voor mij verschijnt. Hij draagt een bal onder zijn linkerarm.
‘Kom je ook naar het stenen veldje’, vraagt hij als hij me ziet.
Ik kijk hem verbaasd aan.
‘Ehm, ken je mij?’, vraag ik stamelend.
‘Doe niet zo raar’, antwoordt hij waarbij hij me aankijkt alsof ik een flauwe grap maak. ‘Kom je nog of niet? De anderen komen ook.’
‘Waar is het stenen veldje dan?’
Mijn buurjongen zucht. ‘Ben je niet helemaal lekker of zo?’, zegt hij. ‘Achter de gymzaal van de MTS natuurlijk.’
‘Maar er is hier helemaal geen MTS, we zijn in Amsterdam hoor’, roep ik bijna uit.
‘Tuurlijk wel, hier de straat door, het parkeerterrein over en dan door het gat in het hek naar binnen kruipen. Hij wijst in de richting van de Leidse bosjes.
Bij mijn weten ligt daar geen parkeerterrein. Wie is er hier nu gek geworden, hij of ik? Waarschijnlijk ik, bedenk ik me. Ik ben aan het hallucineren of aan het dagdromen want dit kan gewoon niet. Ik doe mijn ogen dicht en schud een keer met mijn hoofd. Als ik ze weer open doe, staat hij er verdorie nog.
‘Ga weg’, schreeuw ik onbeholpen. Een paar omstanders houden stil en kijken me vreemd aan.
‘Nou nou nou’, zie je ze denken, ‘kan het niet wat rustiger tegen zo’n kind.’
Ik besluit maar om verder te lopen, dan gaat het vanzelf weg. Na twee minuten kan ik het niet laten om nog eens om te kijken. Ik zie mijn buurjongen nog steeds op de plek staan waar ik hem tegenkwam, enigszins beteuterd in mijn richting kijkend. Wanneer hij ziet dat ik resoluut verder loop, draait hij zich om en loopt in de richting waar volgens hem het stenen veldje ligt.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.