Polarisatie op zijn Grieks
COLUMN - Zo ongeveer iedereen heeft wel een mening over Griekenland en haar regering. De politici van Syriza zijn of heroïsche verzetshelden tegen de destructieve bespaarpolitiek van de Europese boekhouders, of populistische amateurs met een specialisatie in beledigende retoriek. Op dezelfde manier was het referendum van zondag ofwel een waardig voorbeeld van directe democratie, of een cynische afschuiving van bestuurlijke verantwoordelijkheid.
De verschillen in interpretatie van de Griekse crisis tussen diverse kampen is zo groot, dat je je afvraagt of ze het wel over dezelfde crisis hebben. Maar de huidige polarisatie is in feite een schoolvoorbeeld van cognitieve processen die psychologen ‘motivated reasoning’ en ‘confirmation bias’ noemen. Hierbij interpreteren mensen het beschikbare bewijs selectief om hun eigen (politieke) identiteit te versterken of hun bestaande meningen te staven.
Uit vele studies weten we dat als er genoeg ambiguïteit over de interpretatie van een ‘bewijs’ bestaat, dat bewijs niet noodzakelijkerwijs tot meer overeenstemming en soms zelfs tot meer polarisatie leidt. Een beroemd voorbeeld is een experiment waarin Amerikaanse conservatieven en liberalen beide dezelfde wetenschappelijke studie over de gevolgen van de doodstraf moesten lezen. Na afloop waren de twee groepen het sterker oneens, omdat beiden zich concentreerden op het deel van het bewijs dat hun politieke oriëntatie ondersteunde.