Post-atheïst | Oude koran, jonge islam

Arabieren, dat waren die nomaden uit het zuiden. Soms migreerde een stam naar het noorden, en die vestigde zich dan in de grensprovincies van het Romeinse Rijk of in Mesopotamië, waar de Perzen de macht hadden. Voor Romeinen en Perzen waren de Arabische stammen nuttige militaire bondgenoten en dat was dat. Geen Romein of Pers verdiepte zich in de Arabische cultuur, maatschappij of religie. De Arabieren waren marginaal. Althans, zo was het rond 630. Twintig jaar later strekte het rijk van kalief Othman zich uit van Tunesië tot Afghanistan. Het Perzische Rijk bestond niet langer, het Romeinse was gehalveerd. De Grieks-Romeinse cultuur was ten einde gekomen, de islamitische beschaving ontluikte.

Door: Foto: Post-Atheïst
Foto: copyright ok. Gecheckt 23-11-2022

Het ontstaan van de islam (2/2)

Zoals ik al aangaf, meende ik dat het onderzoek naar de historische Mohammed een doodlopende weg was. Aan de ene kant is veel van de kritiek op de gerationaliseerde legende die moest doorgaan voor een wetenschappelijk beeld, volledig terecht: de bronnen zijn inderdaad laat, de aanwezigheid van christelijke soldaten in de islamitische legers schreeuwt om een verklaring, en de overlevering van de Koran is – zonder wetenschappelijke uitgave – onduidelijk.

Tegelijk zijn de voorgestelde alternatieven nog erger dan de kwaal, en helpt het ook al niet dat sommige arabisten vooral politiek bedrijven. (In het tweede deel van De historische Mohammed schiet Hans Jansen bijvoorbeeld over zijn doel.) Ik meende daarom dat we niet langer konden achterhalen wat er echt is gebeurd in Mekka en Medina in de eerste helft van de zevende eeuw.

Ik was echter te somber, zo heb ik ontdekt. Ik las zojuist Fred Donners vrij recente boek Muhammad and the Believers, dat we mogen beschouwen als het equivalent van E.P. Sanders’ The Historical Figure of Jesus: een no-nonsense boek over een religieuze vernieuwer dat, zelfs als niet elke geleerde het met elk aspect eens zal zijn, een gerespecteerde basis wordt voor verdere discussie. Ik ben onder de indruk van Donners boek.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.