Het politieke klimaat is milder dan het was. “Eén aspect is vrijwel uit onze politiek verdwenen: de woede.” Dat is inderdaad een rake observatie van Tom Jan Meeuws in de NRC van 15 juli. Den Haag is na de verkiezingen niet boos meer, dus mag de delegatie van de Christen Unie twee dagen vrijaf voor een U-2 concert in Berlijn, zonder dat iemand daar pissig op reageert.
Het stuk in de NRC haalt politicologen aan die het hebben over de “globalisering van het politieke idee”, wat gemakkelijk vertaald als het “einde van de politiek”. Het is wel vaker beweerd door mijn Amerikaanse collega’s (“The end of ideology”).
Soms denk ik ook dat het iets betekent, maar als ik dan zie hoe de chaos van Trump politieke tegenactie oproept, denk ik: het is andersom. Juist de chaos en het onideologische gedoe leidt tot nieuwe politisering.
Over woede
Het is een goede observatie: niemand lijkt zich druk te maken over de volstrekte slakkengang van de formatie. Iedereen maakt zich een beetje druk over vrijheid van meningsuiting, maar wie heeft over politieke ideeënvorming? Ook niemand, lijkt het.
Politieke woede verkoopt. De politici moeten kunnen optreden in de media, waartoe ze het best de volkswoede exploiteren. Maar nu maar even niet: het is vakantietijd, mooi weer, de economie trekt aan en de arbeidsmarkt ook. We zijn het niet erg eens met elkaar, maar laten we eerst de kansen gebruiken om geld te verdienen.