In 1993 was Carina Thuijs pas 22. Ouder is ze niet geworden. Sommigen van ons herinneren zich misschien nog wat uit het nieuws: in de Turkse stad Sivas werd een hotel in brand gestoken door een woedende meute, er vielen 35 dodelijke slachtoffers, Carina kwam als enige uit het buitenland. Waarom was ze in Turkije? Waarom was ze in Sivas, wat hebben De Duivelsverzen er mee te maken, en waarom werd dit hotel het mikpunt van bloeddorstige fundamentalistische massa? Historicus Mahmut Erciyas laat het ons lezen in zijn tweede boek: 'Carina Thuijs en het bloedbad van Sivas'.
In een inleiding laat Erciyas kort het ons welbekende islamitische terrorisme langskomen: New York, Madrid, Parijs en andere Europese steden. Van afkomst Turks en behorend tot de religieuze minderheid van alevieten, is hij zelf al veel langer bekend met discriminatie en geweld tegenover zijn gemeenschap. Hij was 17 toen Carina vermoord, en daarmee ongewild bekend werd onder alevieten. Hoe dat zo kwam lezen we later.
Het boek begint luchtig en beschrijvend. We lezen dat Carina is geboren in Doetinchem, we lezen waar haar ouders vandaan komen en hoe zij elkaar ontmoet hebben. Op het voortgezet onderwijs ontmoet ze toekomstige hartsvriendin Carine, die onder de indruk is van de zelfverzekerdheid van Carina: ze is zelfstandig, slim en op school ook behoorlijk eigenwijs. Halfweg haar pubertijd ontwikkelt ze een interesse in reizen en andere samenlevingen.
Van huis uit is feministisch gedachtegoed Carina niet vreemd. In de latere jaren op het Ludger College begint feminisme en de maatschappelijke positie van vrouwen haar diepere interesse te krijgen. Ze noemt zichzelf expliciet feminist en is er in het dagelijks leven ook mee bezig, haar vriendje Michiel krijgt er tot vervelens toe mee te maken.
Studie
Gedwongen een andere vervolgopleiding te kiezen, komt ze uiteindelijk terecht bij de opleiding "culturele antropologie" aan de Universiteit Leiden. De interesse voor het feminisme maakt daar een stevige groei door, Carina wordt lid van het "Vrouwenoverleg Antropologie Leiden" en wordt later nog actief in andere overleggen en bewegingen. De vakken die door haar worden gevolgd hebben veelal te maken met feministische antropologie en aanverwante thema's.
Samen met Maryze, een mede studente, wordt besloten een afstudeeronderzoek in Turkije op te zetten. Vanwege haar gezondheid kan Maryze niet makkelijk op reis, zij zal haar deel van het onderzoek in de Turkse immigrantengemeenschap in Doetinchem doen, terwijl Carina 'veldonderzoek' zal verrichten in het Turkse dorp waar de wortels van deze Doetinchemse vrouwen liggen. Carina zal daar, in Mollahasan, bij een gastgezin verblijven, de ouders van welzijnswerker Rahmi Sivri uit Eerbeek. De inwoners van Mollahasan zijn een etnische en religieuze minderheid: de dorpelingen zijn Koerden en hangen het alevitische geloof aan. Dit blijkt het begin van een noodlottige samenkomst van omstandigheden.
Alevieten en Turkse politiek
Het boek legt ons uit dat alevieten vrijzinnige geloofsconcepten met eigen instituties, rituelen, ceremonieën en feestdagen hebben. De islamitische wetgeving speelt onder alevieten nauwelijks een rol, met als gevolg dat zij door veel moslims als zondaars en als niet-moslims worden gezien.
In Turkije was ook in de jaren 90 het islamitisch fundamentalisme al in opkomst. Als reactie daarop, zoeken alevieten vaker de publiciteit over hun positie. Wetenschappers, kunstenaars en journalisten roepen in een manifest op om een einde te maken aan de onderdrukking van alevieten en het alevitisme te erkennen als godsdienst. Nog vlak voor vertrek voor het onderzoeksproject, vinden er in Turkije rellen plaats vanwege De Duivelsverzen, de omstreden roman van Salman Rushdie. Aziz Nesin, een internationaal bekende en gerespecteerde schrijver van romans, korte verhalen, gedichten en toneelstukken, wil de roman voor publicatie in het Turks laten vertalen. Nesin hecht zwaar aan literaire vrijheid en wil niet wijken voor de politieke islam. Als hoofdredacteur van een progressief dagblad heeft hij daarin reeds enkele passages van het boek gepubliceerd. Na de rellen neemt de Turkse overheid de hele oplage in beslag.
Als Carina in Turkije arriveert is de ontvangst hartelijk. Ze dompelt zichzelf helemaal onder in de tijd die ze heeft voordat ze afreist naar Mollahasan. Via via ontmoet ze twee nichtjes van Rahmi die toevalligerwijs naar een alevitisch cultuurfestival gaan in Sivas, zij zullen daar optreden in een semahgroep. De semah is een alevitische religieuze dans die wordt opgevoerd door mannen én vrouwen. Desbetreffende dansgroep is opgericht door één van de grootste alevitische organisaties in Turkije, de Culturele Vereniging Pir Sultan Abdal (PSAKD). De in 1988 opgerichte organisatie strijdt al jaren voor gelijke burgerrechten, democratische vrijheden en tegen de politieke islam. Het cultuurfestival met muziek, dans- en theatervoorstellingen wordt sinds 1990 jaarlijks georganiseerd ter ere van de de alevitische dichter, mysticus en heilige Pir Sultan Abdal. De twee meiden nemen Carina al voor het vertrek naar Sivas op sleeptouw in hun activiteiten, waaronder een voorstelling over het leven van Pir Sultan Abdal. De voorstelling en het publiek, bestaande uit moderne jongelui, worden door haar beschreven in haar dagboek. Ze heeft het erg naar de zin en heeft uiteraard nog geen idee wat haar te wachten staat.
[caption id="attachment_338363" align="alignnone" width="460"] Carina op de foto met vrouwen en een meisje in Ankara[/caption]
Sivas
De provincie Sivas heeft een omvangrijke alevitische gemeenschap, de hoofdstad met dezelfde naam en ongeveer 300.000 inwoners, wordt echter bestuurd door radicaal-rechtse en conservatief-islamitische politieke krachten. De stad heeft een geschiedenis van aanvallen op alevieten. In 1978 vond er een pogrom plaats, nadat leden de extreem-rechtse Partij van de Nationale Beweging (MHP) twee alevitische vrouwen hebben doodgeschoten. De ophits-propaganda die daarop volgt, resulteert in een jacht op alevieten en soennitische linkse activisten. Uiteindelijk worden door de woeste meute 8 mensen vermoord, zijn er honderden gewonden, en zijn huizen en bedrijfspanden beschadigd of met de grond gelijk gemaakt. De politie stond erbij en keek er naar.
In andere steden en andere jaren vielen nog veel meer doden. De daders zijn extreem-rechtse militanten gelieerd aan de MHP en soennitische fundamentalisten gevolgd door opgehitste massa's. Er is een vast recept van haat-propaganda: leugens en roddels over alevieten die moslims zouden doden, communisten zouden zijn, of drinkwater vergiftigen en aanslagen plegen op moskeeën. Reeds sinds de 16e eeuw, toen hooggeplaatste soennitische geestelijken fatwa's uitbrachten die alevieten ontmenselijken, is deze groepering het slachtoffer van onderdrukking en geweld.
Op het festival van 1993 is Aziz Nesin uitgenodigd. En na de eerdere rellen over de vertaling van De Duivelsverzen, is het opnieuw raak. Het vaste recept is van stal gehaald: een meute wordt verder opgehitst met leugens en bedrog, de politie en politiek zijn nalatig en het resultaat is een belegering van een hotel, wat uiteindelijk uitloopt in gevechten en brandstichting. Samen met 34 anderen wordt de naam van de Nederlandse Carina toegevoegd aan de alevitische lijst van 'martelaren'.
Grondig
Schrijver Erciyas heeft een grondig boek geschreven. Zijn alevitische achtergrond en kennis van de Turkse politiek, in combinatie met de dagboeken van Carina en de gesprekken die hij voert met nabestaanden, resulteren in een gedetailleerde en boeiende beschrijving van het leven van Carina. De persoonlijke foto's die her en der in het boek staan maken het compleet: dit boek geeft letterlijk een beeld bij een naam. Het is het beeld van een actieve en idealistische jonge vrouw vol met ideeën en dromen. We volgen haar leven, we volgen de voorbereidingen voor een tijd, die haar voor altijd bij had moeten blijven, en we volgen de pijnlijke aanloop en nasleep van het drama. De Turkse autoriteiten zijn laks in de afhandeling. De politieke belangen zijn groot en de alevieten worden als minder belangrijk geacht. Wat we hierover kunnen lezen is weinig rooskleurig.
Ook de Nederlandse overheid laat het afweten: het is bijzonder treurig om te lezen hoe de ouders van Carina tevergeefs aankloppen bij onze overheid en het is aan toenmalige Kamerlid Sadet Karabulut te danken dat er uiteindelijk in 2021 een soort van Nederlandse erkenning is gekomen voor Carina Thuijs en de aanslag op het hotel.
Het boek eindigt met een lijst van de namen en bijhorende korte beschrijving van alle 35 dodelijke slachtoffers. Dit boek zorg ervoor dat Carina en haar mede slachtoffers niet worden vergeten. Het is tevens een waarschuwing richting iedereen, een waarschuwing met betrekking tot mensen en groeperingen die misbruik maken van de woede van de massa, en die desinformatie gebruiken om die woede aan te jagen en weten te gebruiken voor het eigen politieke gewin. Het is een recept voor ellende.
“Carina Thuijs en het bloedbad van Sivas” wordt uitgegeven en verkocht door Uitgeverij Hermans en is ook verkrijgbaar via jouw lokale boekhandel (€20,-).