Goddelijke komedies
Hoe een verhaal over een hemelbezoek van religie op religie lijkt overgenomen.
Ik beken dat er hele weken, ja hele maanden voorbij gaan zonder dat ik denk aan het kleine antieke geschrift dat bekendstaat als de Openbaring van Paulus. Sterker nog, tot gisteren had ik niet gehoord van deze gnostische tekst, die in 1945 is gevonden in het Egyptische Nag Hammadi. En dat was jammer.
Maar we beginnen niet met een obscure tekst uit de Egyptische woestijn, maar met een heel wat bekender stuk literatuur: de Goddelijke komedie van Dante. In dit tussen 1308 en 1321 gepubliceerde gedicht vertelt de ik-figuur hoe hij een visioen heeft waarin hij afdaalt in de hel en vervolgens via de louteringsberg opstijgt naar de hemel. Onderweg ontmoet hij allerlei mensen, die vertellen waarom zij worden gestraft of beloond. Tegelijkertijd wordt de filosofie van Thomas van Aquino uitgelegd. In de hel en op de louteringsberg heeft Dante als gids de Romeinse dichter Vergilius, en er is wel aangenomen dat de Florentijnse auteur op het idee van zijn werk is gekomen door lezing van de Aeneis, waarin de held afdaalt in de Onderwereld.
De overeenkomst is echter heel incompleet. Vergilius’ personage daalt af in de onderwereld, terwijl Dante niet slechts de hel bezoekt, maar ook de louteringsberg en de hemel. De Spaanse oriëntalist Miguel Asín Palacios heeft gewezen op een veel logischer model voor Dante’s gedicht: het rond 1260 geschreven Libro della scala van zijn leermeester Brunetto Latini, waarvan weer vaststaat dat het is geïnspireerd door uitgebreide islamitische legendevorming rond Mohammeds nachtreis, de mi’raj. De klassieke versie van dat verhaal is te vinden bij Ibn Ishaq, en kunt u nalezen in de Nederlandse vertaling van Wim Raven. Kort en goed komt het erop neer dat de profeet op een wit rijdier, Buraq, ten hemel vaart en dat hij daar uitleg krijgt over het hiernamaals.