WW: Merce Cunningham overleden
De woensdagmiddag is op GeenCommentaar Wondere Woensdagmiddag. Met extra aandacht voor de nieuwste ontwikkelingen in Wetenschap- en Techniekland.
Trouwe lezers zullen vast gemerkt hebben dat naast Wetenschap en Technologie, Dans ook een onderwerp is waar ik af en toe graag over schrijf. Het is daarom erg jammer dat de twee gebieden van oorsprong zeer weinig met elkaar te maken hebben. Dans (of beweging) is wellicht de oudste vorm van menselijke artistieke expressie en is in die zin ook wellicht te beschouwen als de meest fundamenteel menselijke, voor dans is immers – in tegenstelling tot veel andere kunstvormen – een fysiek lichaam nodig. Dat kan verklaren waarom dans zo lang resistent is geweest voor technologische invloeden.
Toch kent de danswereld ook zijn technologische pioniers waarvan verreweg de bekendste – Merce Cunningham – deze week overleden is op 90-jarige leeftijd. Cunningham was zonder enige twijfel één van de belangrijkste choreografen van de 20e eeuw en hij heeft het avantgardistische post-modernisme dat in andere kunstvormen al heel lang bloeide ook in de conservatieve danswereld doen doordringen. Hij was zo’n grootheid dat zelfs de machomannen van Retecool er deze week een stukje aan wijdden.
Merce Cunningham onderscheidde zich behalve door zijn choreografieën ook door zijn manier van werken, waarin hij wetenschappelijke methoden hanteerde en zich liet inspireren en ondersteunen door de nieuwste technologische ontwikkelingen. In de eerste categorie hoort zijn gebruik van het begrip ‘chance’. Geinspireerd door de I Ching zag Cunningham de wiskundige mogelijkheden van het combineren van verschillende danssequenties. Het toelaten van willekeur in de aaneenschakeling van de sequenties (soms door het rollen van dobbelstenen), zorgde voor vele nieuwe stukken choreografie. Door ‘goede’ stukken te bewaren ontstond een evolutionair process waaruit nieuwe, onverwachte choreografieën voortkwamen. Auteur Roger Copeland betoogt dat het hier niet alleen om een trucje ging, maar dat Cunningham methoden afgeleid uit die van de wetenschap hanteerde om tot zijn meesterwerken te komen.