Een wolkenkrabber op de savanne

De ooit hechte band tussen Europa en Afrika staat onder druk. Europese landen hebben het op dit continent lang voor het zeggen gehad. Ook na de dekolonisatie in de tweede helft van de vorige eeuw bleven Afrikaanse landen nog afhankelijk van de oude koloniale machten. Sommigen spreken van rekolonialisatie door het westen. Maar sinds de eeuwwisseling zien we de aandacht van Afrikaanse landen verschuiven naar Azië. De steun van westerse regeringen voor mensenrechten en persvrijheid werd door sommige machthebbers ervaren als politieke inmenging en cultureel imperialisme, schrijft Koert Lindijer. ‘Zij vlogen voor prijzige infrastructurele projecten voortaan naar Bejing’. Lindijer woont en werkt sinds 1983 als Afrika-correspondent voor de NRC en de NOS in Nairobi, Kenia. De huidige miljoenenstad (foto) was ooit een gehucht langs de nieuwe, vanaf de kust aangelegde spoorweg die het land moest ontsluiten. De plek was begin vorige eeuw vanwege de hoogte aantrekkelijk genoeg voor een nederzetting van blanke kolonisten. Veertig jaar berichtte Lindijer over Kenia en omringende landen zoals Ethiopië, Eritrea, Soedan, Oeganda, Congo en Rwanda. Hij legde zijn ervaringen onlangs vast in Een wolkenkrabber op de Savanne. Over een buurland van Kenia lezen we weinig: Tanzania. Veertig jaar geleden was er een groot verschil tussen Kenia en Tanzania. Kenia was onder leiding van de corrupte president Daniel arap Moi een dictatuur. Tanzania ontwikkelde zich onder Julius Nyerere in socialistische richting. Op de NRC redactie kreeg Lindijer van zijn hoofdredacteur te horen dat de krant ‘nooit positief over socialisme’ schrijft. ‘Mijn hoofdredacteur kende de wereld vanuit Europees perspectief, en dat was in die tijd de context van de Koude Oorlog. Hij plakte witte plakkaten op niet-witte werelddelen en plaatste Tanzania achter een ijzeren gordijn.’ Het is jammer dat Lindijer de vergelijking tussen Kenia en Tanzania later niet meer maakt en in zijn boek vooral schrijft over de meest oproerige en gewelddadige buren zoals Ethiopië en Congo. Guerilla Met Ethiopië en Eritrea ontwikkelt Lindijer in de loop van de tijd een speciale band. In de jaren tachtig was er in Ethiopië niet alleen een duizenden mensenlevens kostende hongernood waarvoor Britse popsterren geldinzamelingen organiseerden. Er waren ook rebellen in Eritrea en Tigray tegen het dictatoriale bewind van Mengistu. Lindijer sloot zich als reporter vanuit Soedan aan bij de Eritrese opstandelingen die er uiteindelijk in slaagden hun land onafhankelijk te maken (wat later overigens alsnog weer uitliep op een dictatuur die leidde tot een grote stroom vluchtelingen richting Europa, maar dit terzijde). De avonturen met de Eritrese en Tigrayse rebellen hebben de correspondent gevormd. Hij leert van een ‘journalistieke inschattingsfout’ toen een informant een medewerker van de geheime dienst van Mengistu bleek te zijn. De romantiek van de guerrilla-oorlog met zijn hechte onderlinge verbondenheid van de strijders laat hem echter niet onberoerd. Dat ervaart hij later ook op zijn missies in Oeganda, Rwanda en Congo. Lindijer schrijft uitvoerig over de verschrikkelijke slachtpartijen in Rwanda in 1994 en de bloedige oorlogen in Congo die daarop volgden (en nog steeds voortduren). Als journalist stond hij het liefst aan de frontlinie. Niet zonder trots schrijft hij: ‘Ik was er bij in Kampala, Addis Abeba, Kigali, Kinshasa, Khartoem en Mogadishu’. Dat hij overal zoveel geweld tegenkwam verbaast hem niet. ‘Geweld hoort bij de menselijke omgang. Voor journalisten betekent oorlog een uitdaging: de adrenaline en de exclusiviteit aan de frontlinie kunnen een goed gevoel geven.’ Heel eerlijk geeft hij ook toe dat het geweld waar hij mee geconfronteerd wordt hem aanvankelijk opwindt. Maar ook dat in Rwanda zijn gevoelens werden verdoofd. Beeldvorming Als verslag van een veertigjarig correspondentschap is Een wolkenkrabber op de Savanne zonder meer geslaagd. Het is een boeiend stukje geschiedenis van een constant roerige deel van Afrika. Voor de beeldvorming van Afrika is de balans naar mijn mening wel wat eenzijdig op gewelddadige conflicten komen te liggen ondanks Lindijers verzet tegen het idee ‘dat ik het leeuwendeel van mijn tijd moest besteden aan oorlogsverslaggeving’. ‘In Afrika is geweld dichtbij’, schrijft hij. ‘De dood is bekend in een omgeving vol armoede, zonder een overheid die beschermt, in een situatie van free-for-all met profiteurs en vrijbuiters, met maffiosi en krijgsheren.’ Voor zijn standplaats Kenia en een aantal omringende landen maakt Lindijer dat in zijn boek helemaal waar. Maar past deze typering op heel Afrika en alle Afrikanen? Ik miste bij sommige verhalen over die gewelddadige tribale conflicten ook nog wel enige duiding vanuit de geopolitieke context: in de jaren tachtig de Koude Oorlog, daarna de opmars van islamitische strijdgroepen vanuit Arabische landen. En nog steeds: de oorlog om grondstoffen (zie Van Reybroucks boek over Congo). Aan het eind van zijn boek schrijft Lindijer: ‘Geweld, terreur, verkrachtingen, martelingen, ze horen bij de mensheid’. Het is kennelijk in zijn ogen toch geen Afrikaans probleem. De reportages die aan deze pessimistische conclusie voorafgaan zouden dat echter wel kunnen suggereren. Een verhaal over het moderne Afrika (van de wolkenkrabbers bijvoorbeeld) had wellicht kunnen bijdragen aan een betere balans. Om met een positief puntje te eindigen: de recente volksopstand in Soedan was voor Lindijer een 'opbeurend moment in mijn correspondentschap'. De massa verzet zich eensgezind tegen de dictatuur. 'Guerrillalegers, tribale bewegingen, obscure religieuze groepen, er zijn alle mogelijke manieren van rebellie geweest tegen de gevestigde orde, maar vrijwel nooit volksopstanden (...) Ik versloeg staatsgrepen, reisde met opstandelingen en schreef over plunderingen en gewelddadige politieke en tribale afrekeningen. Maar zo'n eenheid als in Soedan, zo'n volksorde, maakte ik maar zelden mee.' Wie weet kan dit voorbeeld de regio nog inspireren. Koert Lindijer, Een wolkenkrabber op de savanne; veertig jaar correspondentschap in Afrika. Uitgeverij Atlas Contact, 2023. Prijs: € 24,99

Door: Foto: Nina R (cc)
Foto: Een pwo-masker, d.w.z. een eerbewijs aan vrouwelijke voorouders (Afrikamuseum, Tervuren; ©Livius.org)

Kunst op Zondag | Afrikamuseum, Tervuren

RECENSIE - Welbeschouwd is een Afrikamuseum even idioot als een Amerikamuseum, een Aziëmuseum of een Europamuseum. Zeker als het niet alleen gaat over het hedendaagse werelddeel, maar als het verhaal begint in de Steentijd. En als het niet alleen gaat over de menselijke geschiedenis, maar ook over fauna, mineralogie, klimaat, archeologie én de manier waarop Noordwest-Europeanen de afgelopen eeuw naar Afrika hebben gekeken. De naam “Afrikamuseum” van de instelling in Tervuren belooft dan ook meer dan ze kan waarmaken. Het gaat vooral over Congo in de negentiende en twintigste eeuw. En dat is een heleboel.

Het museum is ontstaan als een traditionele koloniale instelling en verheerlijkt wat de Belgen destijds beschouwden als een beschavingsmissie. U zult in de centrale zaal dus beelden zien met titels als “België schenkt Congo welstand”. Een beeld van een (nogal Arabisch ogende) slavenhandelaar, compleet met zweep en naakte slavin, brengt in herinnering hoe de koloniale overheid optrad tegen slavernij. Het zou geschiedvervalsing zijn zulke beelden weg te halen: het museum is zélf eveneens cultureel erfgoed. Je gaat de fascistische landkaart van Italië in het Museo nazionale della civiltà romana in Rome ook niet te lijf met de witkwast. Wat je wel kunt doen, is uitingen van een ons inziens verouderde visie op Centraal-Afrika hercontextualiseren.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Natuurbehoud in tijden van oorlog

Op weg naar duurzaamheidIn onze rubriek Op weg naar duurzaamheid verkennen we oplossingen voor milieuvraagstukken naar aanleiding van de documentaireserie Earthrise van Al Jazeera. Deze week: natuurpark Virunga in de Democratische Republiek Congo.

In de Democratische Republiek Congo leeft men nu al bijna twee decennia met oorlog en conflict. Dat kostte naar schatting tot nu toe aan vijf miljoen mensen het leven. Weliswaar werd in 2003 een vredesakkoord overeengekomen, maar toch gaat het conflict nog steeds door. Met ingrijpende gevolgen voor mensen én de natuur.

Virunga National Park

Vanwege de uitzonderlijke biodiversiteit plaatste Unesco het Virunga National Park in 1979 op de Werelderfgoedlijst. Het enorme gebied, maar liefst 7800 km2, omvat een diversiteit aan landschappen: de gletsjers in de Rwenzori bergen, tropisch regenwoud, de savannes van Rwindi en twee actieve vulkanen. Het voortduren van de conflicten heeft het park echter flink geteisterd. De exodus van vluchtelingen uit buurland Rwanda versnelde de verwoesting van de bossen. Tijdens het conflict in Kivu bezetten rebellen het hoofdkwartier van het park, medewerkers kwamen om. Ook aanvallen van gewapende stropers eisen hun tol. Recent liet een Britse oliemaatschappij haar oog op het gebied vallen.

Na meer dan vijftien jaar van conflict leek het park in 2008 ten dode opgeschreven. De fauna is gedecimeerd. Van de oorspronkelijke 27 duizend nijlpaarden bijvoorbeeld zijn er nog maar 350 over. Olifanten worden afgeslacht om hun slagtanden. Virunga heeft ook een van de grootste populaties berggorilla’s, maar die wordt ernstig in haar voortbestaan bedreigd door rooftochten van rondtrekkende stropers en milities. Willen we de berggorilla in stand houden, dan telt elke gorilla in het park die gered kan worden. Ondanks de moeilijke omstandigheden herleeft het park en neemt het aantal dieren weer toe, met onder meer steun van de Europese Unie.

Foto: Riccardof (cc)

Ook Elders in de wereld wordt castratie niet bestraft

De 11-jarige Andrew Gathae was in januari aan het voetballen in een park in Nairobi. Dat mocht niet. De gemeentelijke politie (zo te lezen een soort stadswacht) wilde blijkbaar een signaal afgeven en besloot de jongen te castreren. Zijn vriendjes brachten hem thuis en zijn moeder kreeg hem nog net op tijd in het ziekenhuis. De burgemeester kondigde een groot onderzoek aan, maar tot op heden is er niets gebeurd. Meer bij het Keniase blog My254.com.

En als er wel recht wordt gesproken, is men niet altijd onder de indruk. Je zou denken dat de veroordeling van Charles Taylor een golf van opluchting en vreugde door Liberia en Sierra Leone zou gaan. Niets blijkt minder waar. De meeste mensen halen hun schouders op, zegt The Economist. Het bijeenschrapen van het dagelijks brood is wel even wat belangrijker dan een verleden dat men zo snel mogelijk wenst af te sluiten. Dat afsluiten kan nog wel even duren. De zaak tegen Taylor lijkt meer vragen op te roepen dan te beantwoorden, constateert Foreign Policy.

Ondertussen lijkt er maar geen einde te komen aan het lijden in de Congo. Onder de radar van de internationale media zijn weer 20.000 mensen op de vlucht geslagen vanwege nieuwe gevechten na de hevige verkiezingsstrijd. De vluchtelingenorganisatie UNHCR maakt zich ook nog eens zorgen over 38.000 ontheemden die ze niet kan bereiken. De laatste golf komt bovenop een grotere exodus uit Oost-Congo van bijna 300.000 mensen.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Quote du Jour | Kern in Congo

“Er zijn verschillende gaten in het hek, en op sommige plaatsen was er helemaal geen hek. Studenten van de Universiteit van Kinshasa lopen vaak door die gaten om een stukje af te snijden, en buurtbewoners kweken maniok op de terreinen van het centrum, net naast het gebouw met het kernafval.”

Wikileaks: het is natuurlijk altijd wat en nooit goed voor sommigen, maar hier weer een staaltje jaw-dropping lekkage […]. Blijkt dat er twee kernreactoren staan in het stabiele Kabilaland, Zwitserland Der Afrika.
Werkkrachten in de uraniumontginning: “artisanale mijnwerkers”. Newspeak als nooit tevoren.

Quote du Jour | Congo en de Koning

“Wat haalt het uit je op te sluiten in je eigen grote gelijk en niet af te reizen, als je daardoor alle toekomstige invloed definitief uitsluit?”

De quote van vandaag is haast een Saillant, of een Tweespalt. België, en zeker het gedeelte dat zich enigszins historisch bewust wil noemen, staat weer in rep en roer. Reden: ons koning Albert II gaat naar onze voormalige kolonie Congo. Ook gekend als: hell on earth. 6 miljoen doden, we berichtten er al eerder over. Een VN-rapport is vernietigend. De vraag is eenvoudig, het antwoord zeer moeilijk: keur je als land door zijn chef van 1800 te sturen de wandaden van een dictator goed, of moet je net wegblijven omdat de situatie werkelijk alle verbeelding tart. Er is natuurlijk nog een derde manier: de ondemocratische onverkozene sturen, maar hem het standpunt van België zeer duidelijk onder de aandacht laten brengen. Ho, wacht! Dàt is het probleem, natuurlijk… wèlk standpunt?
Ondertussen is in de marge onze minister van Oorlog De Crem, er in geslaagd om Congolese militairen naar het nationale défilé uit te nodigen. Soldaten zijn soldaten, zal hij wel gedacht hebben, dus of het nu leden zijn van een leger wat vandaag wereldwijd het bloeddorstigst zijn eigen bevolking terroriseert, maakt niet uit. (Ondertussen is de palmwijn wat uitgewerkt, en ‘heeft men zich vergist: het was een beleefdheidsformule, niet een vraag’.)
De quote zelf komt uit de culturele sector: de directeur van een van de eerbiedwaardigste theatergezelschappen in België, die al langer dan vandaag nauw samenwerkt met Congolese mensen en projecten.

Quote du Jour | The World Capital of Killing

“It’s easy to wonder how world leaders, journalists, religious figures and ordinary citizens looked the other way while six million Jews were killed in the Holocaust. And it’s even easier to assume that we’d do better.
But so far the brutal war here in eastern Congo has not only lasted longer than the Holocaust but also appears to have claimed more lives. A peer- reviewed study put the Congo war’s death toll at 5.4 million as of April 2007 and rising at 45,000 a month. That would leave the total today, after a dozen years, at 6.9 million.”

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Volgende