Clustermunitie is onnauwkeurig en maakt veel burgerslachtoffers, vaak nog jaren na dato. Ruim tachtig landen tekenden het Clustermunitieverdrag, dat gisteren van kracht werd, nog niet. Waaronder de VS, Rusland en Israël, landen die clustermunitie produceren én gebruiken. Wanneer tekenen zij? En hoe werkt Nederland, dat het verdrag wel tekende, met hen samen?
Clustermunitie eist veel burgerslachtoffers
Clustermunitie bevat tientallen kleinere explosieven die in de lucht loslaten en daardoor over een groot gebied verspreid raken. Heel handig als je een landingsbaan wilt bombarderen, dan kun je een mooi tapijt leggen. Maar ook lastig, want je kunt moeilijk onderscheiden wat je wel en niet gaat raken. Clustermunitie is dan ook berucht vanwege haar onnauwkeurigheid.
Veel van die explosieven ontploffen bovendien niet, maar blijven onontploft liggen en vormen daarmee de facto één groot mijnenveld. Kinderen worden aangetrokken tot wat er ? mede door de vaak felle kleuren ? uitziet als speelgoed.
Zij behoren dan ook tot de grootste groep slachtoffers. Sowieso treffen de projectielen vooral burgers, namelijk in zo?n 98 procent van de gevallen. Zoals de Nederlandse cameraman Stan Storimans, die twee jaar geleden in de Georgische stad Gori de dood vond door een Russische clusterbom. Overigens gebruikte ook Georgië zelf in die strijd clusterbommen.