Vormen van angst

Na drie schietpartijen in twee maanden, die tezamen twee doden en vier gewonden hebben berokkend, is er onrust op Wittenburg. Niet dat je dat meteen in het dagelijks leven merkt: er lopen als vanouds mensen over straat, de kassières bij de lokale supermarkt zijn vriendelijk als altijd, er hangen wat jongeren rond, de lichten in het buurtcentrum zijn aan. Maar nu staat er elke dag en avond een politiebus op het plein, surveilleren er agenten te voet en te fiets, is er camerabewaking die registreert wie ons schiereiland op- en afgaat. Wanneer iemand op straat ineens luidkeels iets roept, verstarren sommige mensen van schrik. En zodra je buurtgenoten spreekt, gaat het er meteen over: hoe ben jij eronder, wat denk jij dat er nodig is? Komt het weer goed met onze buurt?

Door: Foto: IISG (cc)

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.