serie

Kunst op zondag

Foto: Joan (cc)

De langst lopende serie op Sargasso. De kunstredactie zorgt voor wat kunsteducatie op de vroege zondagochtend. Lezersbijdragen worden zeer gewaardeerd.


Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Abstract is terug

Volgens het Bonnefantenmuseum (Maastricht) is er “een hernieuwde belangstelling voor abstracte schilderkunst, waarvan al geruime tijd sprake is bij een jongere generatie kunstenaars…”. Daarom durft het museum een tentoonstelling aan met de ‘ornamentele abstractie’ van Dan Walsh (tot 12 januari 2020 en tot 30 maart in Galerie Slewe, Amsterdam).

Dan Walsh – Enfin, 2018, acryl op doek, 177.8 x 177.8 x 3.8 cm.
© Enfin, 2018, © Dan Walsh. Courtesy Paula Cooper Gallery, New York.

Het museum heeft in zoverre gelijk, dat er een behoorlijke hoeveelheid tentoonstellingen lopen (en nog komen) waarin abstracte kunst centraal staat. En niet alleen met werk van de jonge generatie. Een overzicht van alle huidige en komende tentoonstellingen.

Het Stedelijk Museum Schiedam haalt een bijzondere stunt uit met abstract werk. Je kunt helemaal alleen genieten van ‘Grey Orange on Maroon, No. 8’ van Mark Rothko. Het schilderij is door museum Boijmans Van Beuningen  uitgeleend in het kader van ‘Boijmans bij de buren’(een aantal topstukken worden tijdens de renovatie in nadere musea tentoongesteld). In Schiedam dus ‘mijmeren bij Mark’, tot 5 januari 2020.

Het werk van Rothko was in 2015 een enorme publiektrekker in het Haagse Gemeentemuseum. Wellicht heeft dat er toe bijgedragen dat ook het publiek meer interesse heeft gekregen voor abstracte kunst. Het is voor de kunstenaars in de volgende tentoonstellingen wel te hopen.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | De mens achter de drol

Een mens is meer dan de som der delen. Dat wordt wel eens vergeten door mensen die anderen denken te kennen, louter op beoordeling van huid of haar.

Willen we een kunstenaar leren kennen dan is aanschouwing van een zelfportret niet voldoende. Het traditionele zelfportret is niet meer dan een pasfoto, een selfie. Maar kunstenaars laten soms op geheel ander wijze (delen van) zichzelf zien. Afgietsels van lichaamsdelen, zelfs lichaamsvocht, mogen we zeker zien als ego-documenten, maar kennen we dan de kunstenaar?

Neem nu ‘Merde d’artista’ (‘poep van de kunstenaar’, hierboven afgebeeld) van Piero Manzoni, momenteel te zien in het Stedelijk Museum Schiedam.

Volgens de principes van de ‘Arte povera’ heeft Manzoni het zelfportret ontdaan van alle overbodige poeha en teruggebracht tot wat volgens hem essentiële weergaven van zijn persoon konden zijn: vingerafdrukken (“the fingerprint is the only sign of the personality that can be accepted”), zijn adem (“breathing my soul into an object that becomes eternal…”), zijn faeces (“if collectors want something intimate, really personal to the artist, there’s the artist’s own shit, that is really his”).

Wie meer van de kunstenaar tot zich wilde nemen kon (in 1960) gekookte eieren eten waarop zijn duimafdruk was aangebracht. Maar kent men dan de mens achter de drol?

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Verbranding

Dit weekend was de laatste kans een 4 meter hoog beeld van de Spaanse koning Felipe VI te kopen. Het kost slechts 200.000 euro. Het is een creatie van de kunstenaars Santiago Sierra en Eugenio Merino, op ARCO, de Spaanse beurs voor hedendaagse kunst.

Er is wel een voorwaarde verbonden aan de aankoop: de koper verplicht zich het beeld binnen een jaar na aankoop te verbranden. Is dit een soort Banksy-stunt (herinnert u zich de versnippering van een geveild werk)? Is dit een politiek statement tegen de Spaanse koning?

Of een cultureel grapje? Het kunstwerk is getiteld ‘Ninot’, Ninots zijn carnavaleske poppen, die worden verbrand tijdens ‘La Crema’, aan het einde van de Fallas in Valencia, een feest ter ere van Sint Jozef en de komst van de lente. Alle poppen gaan de fik in, op één na, die in het Museu Faller de Valencia terecht komen (voor een virtuele tour klik hier, voor filmpjes en foto’s van de edities van 2008 tot en met nu: klik hier).

Het verbranden van poppen is geen onbekend ritueel. In Ecuador en Colombia (als onderdeel van het Carnaval de Blancos y Negros) worden op oudjaarsavond poppen verbrand, waarmee al het slechte van het afgelopen jaar in rook opgaat.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Afrikamuseum, Tervuren

RECENSIE - Welbeschouwd is een Afrikamuseum even idioot als een Amerikamuseum, een Aziëmuseum of een Europamuseum. Zeker als het niet alleen gaat over het hedendaagse werelddeel, maar als het verhaal begint in de Steentijd. En als het niet alleen gaat over de menselijke geschiedenis, maar ook over fauna, mineralogie, klimaat, archeologie én de manier waarop Noordwest-Europeanen de afgelopen eeuw naar Afrika hebben gekeken. De naam “Afrikamuseum” van de instelling in Tervuren belooft dan ook meer dan ze kan waarmaken. Het gaat vooral over Congo in de negentiende en twintigste eeuw. En dat is een heleboel.

Het museum is ontstaan als een traditionele koloniale instelling en verheerlijkt wat de Belgen destijds beschouwden als een beschavingsmissie. U zult in de centrale zaal dus beelden zien met titels als “België schenkt Congo welstand”. Een beeld van een (nogal Arabisch ogende) slavenhandelaar, compleet met zweep en naakte slavin, brengt in herinnering hoe de koloniale overheid optrad tegen slavernij. Het zou geschiedvervalsing zijn zulke beelden weg te halen: het museum is zélf eveneens cultureel erfgoed. Je gaat de fascistische landkaart van Italië in het Museo nazionale della civiltà romana in Rome ook niet te lijf met de witkwast. Wat je wel kunt doen, is uitingen van een ons inziens verouderde visie op Centraal-Afrika hercontextualiseren.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Wandeling in hout

Een wandeling in hout maakt u natuurlijk tussen bomen en struikgewas. Gezien de vitale betekenis van bossen (o.a. voor het klimaat) kan de vraag worden gesteld of houten kunst nog wel zo verantwoord is.

Het antwoord is gauw gegeven: kunstwerken waarvoor speciaal een boom of bos is gekapt komen tegenwoordig niet meer voor. Zonder gewetensnood kunnen we u dan ook vandaag door een drietal “bossen” laten wandelen. Welke ‘boswandeling’ spreekt u het meeste aan?

Om te beginnen een maatschappelijk-sociaal en ecologisch kunstproject dat Konstantin Dimopoulos sinds 2005 in 14 steden over heel de wereld, met talrijke vrijwilligers heeft uitgevoerd. Het is tijdelijke kunst, want ook al bleven de bomen staan, de kunst vervaagde. De angst te vervagen, is dat waarom sommige mensen wat tegen de natuur hebben?

Kijk naar de ‘Blauwe bomen’ (3 min 51’)’.

We zagen het al in de voorgaande twee afleveringen, met o.a. houten ‘follies’, nu meer kunst van voorbije bomen, maar wel hout waar u doorheen kunt lopen.

Je kunt ‘Escape’, houten bouwwerken van Foon Sham, wel in en er gelukkig ook weer uit. Goh, zult u zeggen, niks bijzonders want bij mijn huis kan dat ook.

Ah, kijk eens aan, u heeft wel een huis….

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Folly

Vorige week passeerde even de architectuurcompetitie ‘follyDOCK’ (2006 – 2007). Het winnende ontwerp van Aeneas Wilder was een folly, een koepelvormig bouwsel dat later ook nog even dienst heeft gedaan als informatiepaviljoen.

Een gangbare definitie van een folly is: een nutteloos bouwsel, ongeschikt voor reguliere bewoning, maar wel fantasierijk vorm gegeven. Wie op zoek gaat naar follies komt er echter achter dat een folly  nooit echt nutteloos is. Het kan functioneren als prieeltje, uitzichtplaats, nepruïne, mausoleum, paviljoen of gewoon als ‘mooi bouwsel’.

De folly leeft in Nederland meer dat u misschien dacht. Eén organisatie als pleitbezorger en twee vrij recente folly-festivals lijkt weinig, maar dit land is te klein om vol te bouwen met de fantasierijke uitspattingen van architecten en andere ontwerpers.

De DonderbergGroep (zo genoemd naar het inmiddels gesloopte hotel/restaurant in Leersum waar de groep bij elkaar kwam) is, net als hun Engelse en Ierse collega’s, pleitbezorger voor historisch folly-erfgoed. Dat zijn vooral bouwsels op voormalige landgoederen. Sprookjesachtige torentjes, theepaviljoentjes in Chinese stijl of barokke belvédères.

Om een klein deel van het zo diverse arsenaal aan follies te noemen. Kijk vooral naar de foto´s op de websites van de DonderbergGroep en de Folly Fellowship om een indruk te krijgen wat er zoals onder follies wordt verstaan. Wij gaan kijken naar follies als architecturale kunst.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Terugkijken: Aeneas Wilder

Vorige week: In deze bewogen tijden is Sargasso’s  Kunst op Zondag eigenlijk een wat ouderwetse rubriek. Veel ‘plaatje met een praatje’, weinig bewegende beelden. Terwijl er zoveel mooie films en documentaires zijn over kunst en kunstenaars.

Open deur: video en film zijn registratiemiddelen. Er moet eerst iets zijn om opgenomen te kunnen worden. Zo zijn er ontzettend veel bewegende beelden die een herinnering zijn. Terugkijken dus.

Vandaag bewegende beelden van beelden die plotseling in beweging raken. Flauwe zinssnede, maar de beelden zijn mooier. We kijken terug naar….

Aeneas Wilder. Woont en werkt afwisselend in Japan en Schotland en is aardig populair in Nederland. De laatste dertien jaar is zijn werk zeker net zo vaak in solo- of groepstentoonstellingen te zien geweest. Een gemiddelde van één per jaar, ik denk niet dat enig andere kunstenaar zo vaak in Nederland geëxposeerd is geweest.

In 2002 had Wilder al een ‘uitdagende’ expositie in een van Neerlands kleinste expositieruimten: De Aanschouw (Rotterdam). Het glas voor ‘in geval van nood’ moest hij uiteindelijk zelf breken, want het publiek had blijkbaar niet door dat de sticker met ‘No Border(sic) No Nation’ eigenlijk een uitnodiging was het kunstwerk uit zijn benauwde gevangenis te bevrijden.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Bewegende beelden

In deze bewogen tijden is Sargasso’s  Kunst op Zondag eigenlijk een wat ouderwetse rubriek. Veel ‘plaatje met een praatje’, weinig bewegende beelden. Terwijl er zoveel mooie films en documentaires zijn over kunst en kunstenaars.

Voor dat soort ‘bewegende beelden’ moet u bij filmfestivals of de televisie zijn. En natuurlijk bij (onder andere) Youtube (hier en daar) en Vimeo. Instagram is bovenal een fotoplatform, maar kunstenaars willen daar nog wel hun zelfgemaakte filmpjes plaatsen.

Ook op Arttube, het videoplatform van Nederlandse en Belgische musea, zijn mooi ‘bewegende beelden’ te zien. Natuurlijk is dat in veel gevallen bedoeld als reclame om publiek naar tentoonstellingen te lokken. Maar soms ook met interessante aanvullende informatie, waardoor je een kunstenaar of het werk beter leert kennen.

Niet op Arttube, wel hier, een documentaire over de opbouw van de tentoonstelling die Ann Veronica Janssens nog tot 31 maart heeft in het Tilburgse museum De Pont.

Een film van iets meer dan 12 minuten, gemaakt door Jeanne van der Horst (die als ‘De Montagekid’ haar eigen Vimeo-kanaal heeft), in samenwerking met Hendrik Driessen (directeur museum De Pont) en Gerrit Willems (kunsthistoricus, scenarioschrijver en publicist).

Volgende keer meer over ‘bewegende beelden’.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Vliegers

Toen we vorige week even de mythische symboliek van vliegen aanroerden, kwam er natuurlijk ook een vlieger langs.

De vlieger: vrijheid aan een touwtje. Verder is het vooral veel plezier, dansend aan een draadje. De pret begint met het maken van zo’n lichtgewicht en vindt zijn apotheose in opgelatenheid.

Hoewel, lichtgewicht? Op de talloze vliegerfestivals worden joekels opgelaten die niets meer van doen hebben met het aan een enkel draadje in de lucht gehouden stukje vliegerpapier met bamboelatjes (later pvc-pijpjes).

Van Scheveningen tot Terschelling, van Renesse tot Rijsbergen, van Guatemala tot Amerika, van Indonesië tot Thailand en van Koeweit tot de Verenigde Arabische Emiraten, er worden op zoveel plaatsen zoveel vliegers opgelaten, dat je je verbaast dat men nog tijd over houdt om elkaar naar het leven te staan. Awel, dat zal te maken hebben met welke wind er waait….

Een ode aan de vlieger.

Ai Weiwei greep terug op de Chinese vliegertraditie toen hij werd gevraagd kunst te maken voor de Franse superluxe variant van De Bijenkorf. Hij liet door vliegerbouwers uit de Shandon-provincie (China) een aantal figuren maken, geïnspireerd op draken, vogels en vissen uit een oud Chinees sprookjes boek, de Shan Hai Jing. Alles van bamboeframes, bekleed met zijden (in plaats van het aloude rijstpapier).

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Wat vliegt daar?

Het verschil tussen een luchthaven en een vluchthaven is onmenselijk groot. Was er aan vliegen niet zo’n mythische symboliek toegekend, dan hadden we wellicht nooit vliegtuigen gehad.

Wat vliegt daar?

Vliegen is vrijheid, maar ook de val. Vliegen is goddelijk en ook dodelijk. Vliegen is een surrealistische droom én een smerige werkelijkheid.

Philippe HalsmanDalí Atomicus (foto voor Life magazine, 1948).
cc Flickr Karl-Ludwig Poggemann photostream Dalí Atomicus in SUSPENSION (LIFE magazine, 1948)

Vliegen is zo uiteenlopend beschreven. En daar dan weer vliegende boeken over….

Richard WentworthFalse ceiling (1995). Op onderstaande foto de installatie zoals die in 2014-2015 in Londen hing, tijdens de Sculpture in the City manifestatie (lees hier de toelichting van Richard Wentworth: “You don’t always choose what you get to see”.
cc Flickr Atropos91 photostream Booksky Leadenhall Market London

‘False ceiling’ van dichtbij.
cc Flickr James Cullen photostream Hanging Books at Leadenhall Market

Christian Boltanski – Flying books; homage to Jorge Luis Borges (2012).
U ziet hier een van de dansvoorstellingen (6 min. 38) die bij Boltanski’s installatie werden uitgevoerd, tijdens de expostieperiode.

De aardbol raakt vol. Dan maar de lucht in, aldus Tomás Saraceno. Hij bedenkt tal van zelfvoorzienende constructies, die boven onze hoofden zweven.

Tomás SaracenoFlying Greenhouse (2008).
cc Flickr FaceMePLS photostream Flying Green House By Tomas Saraceno (Argentina 1973)

In samenwerking met de TU Delft maakte Tomás Saraceno een enorme vlieger, de Solar Bell, geïnspireerd op de vliegers waarmee Alexander Bell experimenteerde om te onderzoeken of de mens ooit kon vliegen.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Zij aan zij

Vandaag een duo-tentoonstelling. Charlotte Beaudry en Teresita Fernández, zij aan zij. Ze zijn even oud en daarmee houd iedere vergelijking wel op.

Charlotte Beaudry is autodidact en had haar eerste solo-tentoonstelling in 2003. Teresita Fernández slaagde voor haar kunstopleiding in 1992 en had in 1996 haar eerste solo-expositie.

Volg de vinger (2013) van Charlotte Beaudry…

Charlotte Beaudry is doorgebroken met haar werk over de kwetsbaarheid van adolescentie en over de dubbelzinnige opvattingen aangaande vrouwelijkheid.

Zonder titel, “Juliette” (2008), gemengde techniek op papier, 240 X 360 cm.
cc Flickr Marc Wathieu photostream Charlotte Beaudry exhibition at STUK (Leuven)

Zelfportret (2009), olieverf op doek, 180 x 200 cm.
cc Flickr Marc Wathieu photostream Charlotte Beaudry at aliceday (Brussels) Autoportrait (2009)

Voor het grootste deel bestaat haar werk uit schilderijen en tekeningen. Ze heeft ook een aantal video’s gemaakt. In deze video probeert een vrouw tevergeefs af te raken van de inhoud van haar ‘damestasje’. Ofwel: vanaf geboorte krijgen we een rol toebedeeld, waar niet makkelijk van af is te komen.

‘Anne’, (2012), 4 min. 13

Een scène uit de film ‘Masculin Féminin’ (1966) van Jean-Luc Godard was de inspiratie voor ‘Mademoiselle Nineteen’. Net als in Godard’s film worden in de video van Beaudry vijf 19-jarige studenten geïnterviewd door een journalist van een instituut voor marktonderzoek. Ze weten echter niet dat de scène uit Godard’s film de inspiratie is en dat de interview een acteur is.

Foto: Joan (cc)

Kunst op Zondag | Geraakt en ontroerd

Gaat u er even voor zitten, dit wordt de langste Kunst op Zondag van 2018.

Kan ook een kunstenaar zelf, al dan niet tot tranen toe, geraakt worden door eigen werk? Die vraag kwam bij me op bij het zien van de documentaire Bill Viola: The road to St. Paul’s. Daarin wordt de video-kunstenaar gevolgd bij de realisatie van de video-installaties ‘Martyrs’ (2014) en ‘Mary’ (2016) in de St. Paul’s kathedraal in Londen, een proces dat ruim elf jaren duurde.

Tot tweemaal toe komt er in de documentaire een moment voorbij waarbij Bill Viola zichtbaar ontroerd raakt als hij zijn werk ziet (via uitzending gemist: op 33 – 34 min bij het bekijken van ‘Martyrs’ en op 45 min bij het zien van ‘Mary’).

Dat je als publiek overrompeld en geraakt kan worden door een kunstwerk kan ik goed begrijpen. Vorig jaar schreven we hier al welke kunstwerken tranentrekkers bleken. Maar een kunstenaar die van eigen werk ontroerd raakt, terwijl hij/zij precies, tot op elk detail, weet hoe en waarom het is gemaakt? Daar wil ik meer van weten. Dus kunstenaars aangeschreven en gevraagd:

Ben je wel eens (tot tranen toe) ontroerd geraakt door eigen werk? Zo ja, welk werk was dat en waarom?

Vorige Volgende