Closing Time | Isiliel
Isilielis het soloproject van de Japanse Tsukishiro Himari, die folky metalachtige J-pop maakt… denk ik? Ach, die neiging van ons ook om alles in een hokje te stoppen, fuck dat. Lang leve het eclectisme!
De dagelijkse afsluiter met muziek en heel soms wat anders
Isilielis het soloproject van de Japanse Tsukishiro Himari, die folky metalachtige J-pop maakt… denk ik? Ach, die neiging van ons ook om alles in een hokje te stoppen, fuck dat. Lang leve het eclectisme!
Zomaar, geen idee waarom dit nummer opeens bij me op kwam.
Eigenlijk vind ik hen akoestisch veel sterker, maar The Editors hebben heel gewiekst traditionele rockmuziek weten te combineren met elektronische beats.
Het festivalpubliek slobbert het al jaren op alsof er warme snacks worden geserveerd.
Ja, u ziet het goed: dit is een jonge Nick Cave in 1978 in een soort promotievideo voor zijn eerste band, The Boys Next Door, die zich later om zou dopen tot The Birthday Party.
Ze waren jong en rebels. Wie had kunnen denken dat daar nog eens een oude crooner uit zou kruipen?
Marlon Williams is een Nieuw-Zeelandse zanger van Maori-afkomst, die hier op jaren ’50 klanken bezingt hoe hij eenzaam op de oceaan dobbert, ver van zijn liefje.
De Vlaamse singer-songwriter Maarten Devoldere maakt melancholische indiepop, volgend de Muziekgieterij “vaak doordrongen van een filmische sfeer en een sensuele ondertoon.
Onlangs kwam ik een filmpje tegen van een interview met Billy Bob Thornton, die vertelde hoe hij op z’n papegaai had geëxperimenteerd door een plaat van Captain Beefheart op herhaling af te laten spelen, toen hij eens zelf voor langere tijd de deur uit moest.
Daar kwam volgens Thornton niet veel meer uit dan een handjevol frasen met de intonatie van Don van Vliet, maar een leuk experiment is het wel.
Volgens eigen zeggen maakt de Utrechtse band Rain Nation psychedelische hardrock, maar mij doet het vooral denken aan wat hardere grungebands uit de jaren negentig.
Cassilda’s Song is oorspronkelijk een lied waarmee de verhalenbundel The King in Yellow (1895) van Robert W. Chambers opent. Het lied zou onderdeel vormen van een gelijknamig toneelstuk (The King in Yellow, Eerste Bedrijf – Scene 2), waar in verscheidene van de verhalen naar wordt verwezen.
Hij klinkt hier bij vlagen als een jonge Billy Joel, de voormalige Britse acteur Sam Fender. Hij heeft een nieuwe plaat uit (zijn derde inmiddels): People Watching.
Een nostalgisch album, waarop Fenders muzikale invloeden onmiskenbaar terug te horen vallen. Leuk spelletje: welke artiest hoort u terug op welke track? En dan triviantkaarten vergelijken.
‘Remember My Name’ is een ode aan zijn grootouders, vermeldt Fender bij het lied:
Sylvie Kreusch is een Vlaams fotomodel en muzikante. Op Valentijnsdag verraste ze haar fans met een videoclip voor het nummer ‘Sweet Love’, van haar album Comic Trip uit 2024.
Kreusch toert sinds 2016 ook met de eenmansact Warhaus van haar vriend Maarten Devoldere.
‘How the West Was Won’ is een epische Western van John Ford uit 1962 die de kolonisatie van de frontier vanaf 1839 schetst in vijf bedrijven.
Manifest Destiny noemde men dat in de 19e eeuw. De ik-persoon van dit lied van R.E.M. verweeft deze thematiek met zijn eigen leven, als geboren Amerikaan.
The story is a sad one, told many times
The story of my life in trying times
Just add water, stir in lime
How the west was won and where it got us, ah
Markus Koenraad (‘Markus K’) werd geboren in Holland, maar leeft alweer dertig jaar in het Verenigd Koninkrijk, waar hij rondkomt als rondreizende bluesbard.
Soms treft u filmpjes uit Kenia of Egypte. De heer K. heeft een eigen bandcamp-pagina, waar u digitale albums kunt aanschaffen.