Waarom de Revolutie in Parijs begon
RECENSIE - De Brandenburger Tor, symbool van de stad Berlijn, oogt als een monument ter ere van een grootse militaire overwinning. Een Pruisische overwinning op de Fransen, zal menige toerist vermoeden. Maar het was een overwinning op de Nederlanders. Of beter, op de Nederlandse patriotten.
En voor wie het naadje van de kous wil weten: het is een monument voor een overwinning die uitsluitend te danken was aan een paniekaanval van één patriotse legeraanvoerder, Friedrich Rijngraaf von Salm-Grumbach. Paniek of verraad? Militair historicus Olaf van Nimwegen geeft hem het voordeel van de twijfel. Maar als de Rijngraaf iets meer lef had getoond, was de revolutie in Nederland begonnen, en niet in Frankrijk.
De Nederlandse Burgeroorlog, zo heet het boek van Van Nimwegen. Met daaronder de jaartallen 1748-1815. Beide zijn wat te ruim gekozen. Het boek reikt niet écht tot de val van Napoleon, en die burgeroorlog begon eigenlijk pas in 1787.
De hele tweede helft van de achttiende eeuw waren de spanningen tussen de patriotten en de prinsgezinden langzaam opgelopen. Het was een bont gezelschap, die patriotten, van gematigden (vooral onder de stedelijke elite) die de macht van de stadhouder wilden inperken, tot aan radicalen die openlijk streefden naar de val van deze tiran, de stadhouder, en het ‘herstel’ van fraaie maar vooral fictieve ‘Bataafse’ vrijheden. Hun grootste bondgenoot was overigens stadhouder Willem V zélf, die besluiteloosheid tot een ware kunstvorm had verheven, waardoor zelfs zijn vrienden tot wanhoop dreef.