ANALYSE - Mark Rutte en Diederik Samsom letten bij de samenstelling van de nieuwe regering niet op de sekse van de kandidaten, zeggen ze. Maar wetenschappelijk onderzoek ondersteunt het belang van positieve discriminatie.
‘Ik heb dat altijd een bizarre discussie gevonden,’ zei Mark Rutte toen Pauw & Witteman hem vroegen naar het aantal vrouwelijke ministers. ‘Zoveel mannen, zoveel vrouwen. We nemen gewoon de beste mensen.’ Een “linkse hobby” noemde hij het zelfs gekscherend, maar zijn Diederik Samsom neutraliseerde dat door het onmiddellijk met hem eens te zijn.
Het klinkt kennelijk logisch: kies de beste mensen, zet ze bij elkaar en je hebt de beste ministersploeg. Maar die redenering deugt niet, en de achteloze manier waarop Rutte en Samsom met de kwestie omgaan doet vermoeden dat ze niet goed hebben nagedacht over wat het eigenlijk betekent, een goed team.
Natuurlijk bestaat een goed team niet alleen maar uit een verzameling goede individuen. Ze moeten allerlei andere kwaliteiten hebben: ze moeten op elkaar ingespeeld zijn, bijvoorbeeld, ze moeten elkaar het licht in de ogen gunnen. Maar tegelijkertijd moeten ze ook nog verschillen van elkaar, zodat ze elkaar net wat andere gezichtspunten onder ogen kunnen brengen.
Wat dat betreft is een kabinet dat bestaat uit PvdA- en VVD-ministers niet eens zo’n slecht idee, zolang het hen lukt om constructief te blijven redeneren. Maar ook etnische variëteit en een gelijkmatige verdeling tussen mannen en vrouwen helpen om een team beter te maken. Dat blijkt ook uit allerlei wetenschappelijk onderzoek. Amerikaanse onderzoekers lieten vorig jaar bijvoorbeeld zien in Interdisciplinary Science Reviews dat onderzoeksgroepen beter presteren naarmate ze een evenwichtiger verdeling hebben van mannen en vrouwen. Economen van de Universiteit van Amsterdam lieten hetzelfde de afgelopen jaren zien voor het bedrijfsleven. Er is weinig reden om te denken dat het in de politiek anders zou zijn. Ook een kabinet wordt er waarschijnlijk beter van als er meer vrouwen inzitten.
Dan is er nog een misverstand: dat de kwaliteiten van een individu objectief vast te stellen zouden zijn. Dat het er bij de beoordeling van die kwaliteiten niet toe zou doen of je te maken hebt met een man of met een vrouw. Ook dat is niet het geval. Zo blijkt uit wetenschappelijk onderzoek van het MIT en Indiana University dat ervaren managers die geanonimiseerde personeelsdossiers voorgelegd krijgen, geneigd zijn de kandidaat net ietsjes beter te beoordelen als ze denken dat het een man betreft dan wanneer ze denken dat het om een vrouw gaat.
Het pikante van dit onderzoek is dat het effect zich vooral voordoet in organisaties die zich er expliciet op laten voorstaan dat ze meritocratisch zijn – “we nemen gewoon de beste mensen” betekent dus onbewust en ongewild dat er uiteindelijk meer mannen zullen worden aangenomen, ook al zijn die objectief gezien op geen enkele manier beter dan hun vrouwelijke collega’s.
In een land waar ‘positieve discriminatie’ waarschijnlijk pas echt geldt als een ‘linkse hobby’ durft een mens het bijna niet naar voren te brengen, ware het niet dat wetenschappelijk onderzoek het daadwerkelijk ondersteunt. Mensen die met de beste bedoelingen en zonder enige seksistische intentie te werk gaan en oprecht denken alleen ‘de beste mensen’ te kiezen, kunnen weleens op een suboptimaal resultaat terechtkomen. Je zou hopen dat de nieuwe minister-president en zijn gesprekspartner in de Tweede Kamer dat op tijd inzien.
Reacties (19)
Er is weinig reden om te denken dat vrouw of gekleurd zijn een team beter laat functioneren. Dat wordt in dat onderzoek ook niet aangetoond. Ook in een team met negers en vrouwen kan er tunnelvisie en kortzichtigheid ontstaan.
Positieve discriminatie, zoals het discrimineren van onverantwoordelijke subsidie smijters is dan weer iets waar ik niet op tegen ben.
Ik heb weinig op met positieve discriminatie, *zeker* als het om de hoogste posten gaat. Je helpt namelijk meer vrouwen aan het werk door in de gebieden waar meer banen zijn wat gunstigere voorwaarden te scheppen dan door een paar vrouwen op hoge plaatsen te zetten en te hopen dat de rest vanzelf volgt.
Want het ging toch eigenlijk om de arbeidsparticipatie van vrouwen, nietwaar? Die oorspronkelijke reden verdwijnt namelijk nog wel eens uit beeld zodra het over vrouwen in de top gaat.
Leuk zo’n foto van Neelie, bekend van de Betuweroute-faal en haar rol als Judge Judy in het Europese commissie.
Naja ‘bekend van’… niemand heeft het nog over je oude zonden als je weer eens van politiek baantje wisselt. Topvrouw….
Ik hoor ook nooit pleidooien voor meer vuilnisvrouwen of meer vrouwelijke vissers. Moet er alleen in de hogere klasse een genderbalans zijn?
We nemen gewoon de beste mensen
Waarom zit Jeanine dan niet op justitie & veiligheid in plaats van Ivo? Lijkt me qua geschiktheid een nobrainer.
@1
Ja, dus? Dat weerlegt toch helemaal niet dat er een correlatie bestaat?
@2
Misschien is die oorspronkelijke reden wat minder relevant geworden. Het uitgangspunt was volgens mij altijd gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen. Zelfs bij gelijke arbeidsparticipatie is vrouwen de flutbaantjes en mannen aan de top nog steeds onevenwichtig. Ik ben niet 100% voor positieve discriminatie, maar arbeidsgelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen houdt niet op bij wel/geen werk.
Hulde voor de schrijver. Of is dat stiekem een schrijfster die zich verschuilt onder een mannelijk pseudoniem om wel serieus genomen te worden?
@6
En wat is de oorzaak van die correlatie? Ik betwijfel of dat een vagina en een donkere huid is.
Let wel, het gaat in mijn argumentatie *niet* om arbeidsparticipatie, of zelfs om gelijke rechten voor mannen of vrouwen. Die zijn waarschijnlijk ook belangrijk, maar ze spelen in mijn stukje geen rol. Daarom zijn die vuilnisvrouwen en vissters ook irrelevant. Het gaat erom dat je aan de top een goed team wil hebben, en (i) uit onderzoek blijkt dat een goed team gemengd is en (ii) er kennelijk onbewuste mechanismen zijn waardoor het minder makkelijk is om de kwaliteiten van vrouwen te erkennen. Die twee samen maken dus dat je de vraag om een evenwichtige samenstelling van een ministersploeg niet kunt afdoen met ‘we kiezen gewoon de beste mensen’.
Goed stuk, hulde. Het is hier al vaker aan de orde geweest, maar de schrijnende ondervertegenwoordiging van vrouwen in het bedrijfsleven en vooral academia heeft niets van doen met te weinig kwaliteiten van vrouwen en alles van doen met zeer subtiele genderdiscriminatie door mannen in commissies die zich meer herkennen in bravoure van mannelijke sollicitanten e.d.
Ik vind dan ook dat de term positieve discriminatie volledig onterecht is, een echte frame. Alsof vrouwen voorgetrokken moeten worden. Maar het gaat om gelijke kansen bieden, dat is helemaal geen positieve discriminatie. Als we daadwerkelijk gelijke kansen zouden bieden op grond van kwaliteiten dan zouden we minimaal 40% vrouwelijke hoogleraren hebben, of misschien wel 60%, en niet de schamele 15% die we nu hebben.
Dat onderzoek gaat helaas voorbij aan homogene vs heterogene groepen en de precieze rol van de vrouwen in die groep. Bovendien wordt in de inleiding verwezen naar studies die precies het omgekeerde concluderen.
Mijn ervaring is dat (gemiddeld genomen, uitzonderingen zijn er natuurlijk altijd) vrouwen wel andere sterke kanten hebben dan mannen, Vrouwen zijn communicatiever en meer groeps- en consensus georienteerd. Mannen zijn daarentegen wat meer eenlingen, formele/logische denkers en zijn meer geneigd door risicovolle/lastige barrieres heen te duwen.
Ik denk dat we inmiddels ver voorbij het discriminatie gedoe zijn, het is zaak de beste kandidaat te vinden (daarbij uiteraard rekening houdend met de omgeving). Het functieprofiel speelt daarbij dus zeker een rol: gezien het verschil in aanleg zal men voor bepaalde functies meer geschikte vrouwen vinden, voor andere functies meer geschikte mannen. Het is belangrijk daarbij niet vooringenomen te zijn en te kijken naar de mogelijkheden van elke kandidaat.
Naar een man/vrouw verhouding van 50/50 streven voor 1 gegeven functie is daarom complete onzin.
@9
En dat betekend niet dat dit kabinet beter zou functioneren als in plaats van Frans Timmermans, Tanja Jadnanansing minister van buitenlandse zaken zou zijn geworden.
@frankw, #10 Als we daadwerkelijk gelijke kansen zouden bieden op grond van kwaliteiten dan zouden we minimaal 40% vrouwelijke hoogleraren hebben, of misschien wel 60%, en niet de schamele 15% die we nu hebben.
En zeker ook 40% mannelijke verpleegkundigen en pedagogen? En waar zijn de vrouwelijke ICTers? Aan gelijke kansen ligt dat verschil niet. Je redenatie klopt dan ook niet of is op zijn minst te kort door de bocht.
Interesses van mannen en vrouwen verschillen nou eenmaal. Fors. Dat is voor een deel natuur maar voor een belangrijk deel ook cultuur. En bij dat laatste gaat het nu mis. Dat begint op het kinderdagverblijf al, waar zowel de meisjes als de jongens met de paplepel krijgen ingegoten dat kinderleidster nou exht bij uitstek iets voor vrouwen is. Vervolgens pakken we in Nederland meteen goed door met een van de laagste mannenparticipaties ter wereld onder leraren in het primair onderwijs. En dat wordt ieder jaar weer slechter, de verwachting is dat we daar in 2019 verwachten we daar nog maar 12% mannen hebben! Op het middelbaar onderwijs doen we het een stuk beter, daar zijn we zelfs het beste meisje van de klas. Maar dan is het al te laat.
Dus als je gelijke kansen wil, dan doe je er m.i. beter aan om eens wat meer mannen in de kinderopvang en het primair onderwijs te lokken dan met vrouwen-betuttelende positieve discriminatie aan te komen. Dat gaat overigens nooit lukken met de huidige salarissen in o.a. het primair onderwijs. Ter vergelijking: in Zweden ligt het gemiddelde salaris in deze sector fors hoger dan het maximum salaris in Nederland. En daar doen ze het toch een stuk beter. Toeval? Lijkt me niet.
Zmmoccc, natuurlijk verschillen de interesses en kwaliteiten van mannen en vrouwen, zijn vrouwen gemiddeld meer zorgend en mannen gemiddeld fysiek sterker. En dat is terug te zien in beroepskeuzes.
Maar daar waar het aanbod mannen en vrouwen grosso modo gelijk is (academia als geheel, per richting zijn er enorme verschillen) en er b.v. geen wezenlijke i.q. verschillen zijn is er reden kritisch te kijken naar de achterliggende processen waarom vrouwen niet doorstoten. En daar spelen dus subtiele vormen van discriminatie bij loopbaanbevordering en sollicitaties, maar veel eerder al het bevoogdend karakter van ons onderwijssysteem een rol. Zo van “meisje, ga jij nou maar niet het profiel natuur en techniek doen, misschien is dat wel te moeilijk”. Hebben getalenteerde allochtone leerlingen ook last van.
Ik ben wel benieuwd waarom je denkt dat salarissen hier iets mee te maken zouden hebben.
@14
Je hebt helemaal gelijk, maar het is veel subtieler dan je het hier brengt. Het is niet dat men twijfelt aan hun capaciteiten, ze ‘zien ze gewoon niet zo’.
@frankw Ik ben wel benieuwd waarom je denkt dat salarissen hier iets mee te maken zouden hebben.
Omdat het me hartstikke leuk lijkt om op een basisschool te werken maar niet voor een hongerloon? Blijkbaar geldt dat minder voor vrouwen en kiezen vrouwen vaak voor een baan die relatief minder betaald dan typische mannenbanen en is dat verschil voor hun niet zo groot?
En wat je zegt over pakketkeuzebeinvloeding op de middelbare school: dat soort mentoren moeten op staande voet ontslagen worden. Maar ook dit probleem begint in feite gewoon met de indoctrinatie op het kinderdagverblijf.
Verder zie je in de keuzeverschillen op universiteiten nou juist een van de oorzaken dat je minder vrouwen aan “de top” ziet. Vrouwen kiezen – waarschijnlijk om voornoemde reden – nogal eens voor studies die simpelweg niet aansluiten bij topfuncties in het bedrijfsleven of de politiek. En vrouwen die wel kiezen voor zulke studies zijn in mijn beleving veelal succesvoller dan hun mannelijke collega’s en zijn helemaal niet gebaat bij positieve discriminatie, die hen enkel voortdurend zal blijven achtervolgen als een smet op hun geschiktheid.
Problemen zoals indoctrinatie of sturing van kinderen op basis van vooroordelen of de niet-zo-toevallige huidige man-vrouw verhoudingen moeten we oplossen. Moeten we de wel-succesvolle vrouwen vervolgens behandelen alsof ze er zonder de hulp van positieve discriminatie niet komen? Lijkt me niet. Dat is beledigend, betuttelend en het houdt nou juist net het beeld dat vrouwen in deze hulp nodig zouden hebben in stand. Daarom is dat ook gewoon overduidelijk verboden in onze grondwet. Alleen een beetje jammer dat die achterlijke AWBG maar weer eens aantoont hoeveel die grondwet van ons waard is.
(Positieve) discriminatie van vrouwen is wat mij betreft niet minder abject dan bijvoorbeeld positieve discriminatie op basis van huidskleur zou zijn. Het land zou te klein zijn als we negers voor sollicitatie verzoeken om even een uitdraaite van de huidskleurdonkerheidsmeter mee te nemen. En bij vrouwen kan dat dan ineens wel? Volstrekt idioot.
Let overigens ook op de man-vrouw verhouding in dit draadje. En, trouwens.
@16
Dan heb je positieve discriminatie verkeerd begrepen. Alle manieren waarop vrouwen een minderwaardige rol krijgen ingeprent, kloppen helemaal. Dus daar moet iets aan gedaan worden. Maar er moet ook iets gebeuren aan het gedrag van die mannen die andere mannen in hogere functies benoemen. Daar gaat positieve discriminatie over. Niet meer en niet minder. Niet dat die vrouwen niet zonder hulp geschikt zouden zijn, maar dat mannen bewust of minder bewust tegen hen discrimineren. Dat kun je geloven of niet, maar volgens mij is die neiging om mannen te verkiezen boven vrouwen er wel degelijk. Positieve discriminatie is volgens mij een gevalletje waarin two wrongs do make a right.
Onbewuste gedragingen kun je alleen maar veranderen door het eerst een tijd bewust anders te doen.
@kevin, #17 Positieve discriminatie zoals waar we het hier over hebben, is in feite wat beschreven is in de AWGB. En die gaat helaas een stuk verder dan dat; het streven lijkt een 50/50 verhouding en (dus) geen gelijke behandeling. Meest bekende voorbeeld is wel het tamelijk stigmatiserende vrouwen-in-de-politietop-drama…