ANALYSE - Het is Vattenfall niet gelukt om een koper te vinden voor z’n bruinkoolmijnen en -elektriciteitscentrales in Duitsland. De focus ligt volgens Craig Morris nu op alternatieve modellen, zoals een fonds om de werknemers te beschermen.
Tekst: Craig Morris. Vertaling: Krispijn Beek.
In november schreef ik voor Energy Transition hoe het Zweedse staatsbedrijf Vattenfall (ook moederbedrijf van NUON) z’n kolen bezittingen in Duitsland wilde verkopen als gevolg van de Zweedse verkiezingen van oktober 2014, die gewonnen werden door een klimaatvriendelijke regering. Een van de bieders was Greenpeace, die aanbood om een bruinkool stichting op te zetten om de sluiting van de bruinkoolmijnen en bruinkoolcentrales te begeleiden. Het aanbod van Greenpeace werd niet serieus genomen, maar half maart bleek dat de Zweden geen enkel redelijk bod hadden ontvangen voor hun bruinkoolcentrales en bruinkoolmijnen. Een bieder vroeg zelfs geld om de bruinkoolcentrales en bruinkoolmijnen over te nemen.
Op 16 maart gaf een potentiële bieder, het Tsjechische energiebedrijf ČEZ, twee redenen voor z’n gebrek aan interesse: de lage groothandelsprijs voor elektriciteit en de mogelijke vervroegde sluiting van kolencentrales in Duitsland. Het bedrijf bracht niet eens een bod uit. Een ander probleem is het klimaatakkoord van Parijs, die Duitse kolencentrales volgens Barclays vanaf 2030 waardeloos maakt.
Duitse media melde vorige week (in Duits), dat een stichting of fonds de enige overgebleven optie zou zijn (zie onder). De zaak is serieus genoeg voor minister Peter Altmaier om vorige week vrijdag de Jänschwalde bruinkoolcentrale te bezoeken. De Duitse milieuminister Barbara Hendricks bezocht een paar weken geleden als de Schwarze Pumpe kolencentrale bij Berlijn. Zulke hooggeplaatste bezoeken binnen zo’n korte periode tekenen de ernst van de situatie: kolen zit in de problemen in Duitsland.
De Tsjechische Republiek toont de grootste interesse in Duitse kolen. De Czech Coal Group heeft volgens berichten een bod uitgebracht. Mibrag, een Duitse bieder (eigendom van Tsjechische bedrijven) die ook bruinkool opgraaft in Oost-Duitsland, kondigde vorige week onverwachts aan dat in 2020 ongeveer 10% van z’n werknemers ontslagen zal zijn (in Duits). Een paar maanden geleden scheen het bedrijf nog gespitst op het versterken van z’n aanwezigheid in Oost-Duitsland door Vattenfall’s bezittingen over te nemen, maar de top van het bedrijf schijnt nu te begrijpen dat ze hun handen de komende tijd vol zullen hebben aan het in bedrijf houden van het bestaande bedrijf. Vorig jaar verkocht het bedrijf ongeveer 10% minder bruinkool (en dat zelfs tegen een lagere prijs), deels omdat de Lippendorf centrale in oost Duitsland minder stroom produceerde, net als de Buschhaus centrale in west Duitsland. De Buschhaus centrale zal de komende vier jaar deel zijn van de “veiligheids reserve”.
Wat zou de rol van een fonds zijn?
Duitse vakonden, die vorig jaar succesvol een strenge aanpak van Duitse kolencentrales blokkeerde, hebben recent aangegeven het meest geïnteresserd te zijn in het vormen van een stichting (berichtgeving in Duits). Het idee is om de huidige winsten in een fonds te stoppen voor latere, verliesgevende jaren. De winsten dalen momenteel in de Duitse kolensector, maar ze zouden kort op kunnen veren als de laatste 6 kerncentrales in 2021 en 2022 gesloten worden. (De sluiting van twee andere kerncentrales staat gepland voor 2017 en 2019, dat zal mogelijk wat ademruimte geven aan kolencentrales, al is dat mogelijk niet veel – zie ons rapport German coal conundrum uit 2014.) Vanaf 2023 zal Duitsland een uitfasering van kolen beginnen, met of zonder een officieel beleid met die naam; er is geen andere realistische manier om het officiële doel van 80 procent duurzame energie in 2050 te begrijpen.
Het hoof van energie vakbond IG BCE zegt dat bruinkool nodig zal zijn tot 2047, een tijdspanne die ongeveer overeen komt. Hij gelooft echter ook dat kolen de komende 15 jaar nog winstgevend zal zijn, wat de boel wat kan rekken.
Aanvankelijk kunnen de winsten in het fonds opgespaard worden om op een later tijdstip beschikbaar gesteld te worden aan gemeenschappen en werknemers die geraakt worden door de komende uitfasering van kolen. Als de kolensector eerder verlieslijdend wordt heeft de vakbond een idee: de belastingbetaler zou het gat moeten vullen.
Als een complete uitfasering in 2047 niet ambitieus klinkt, hou dan in gedachte dat dit tijdspad is voorgesteld door de kolensector zelf. Over tien jaar zou de kolensector al verlieslijdend kunnen blijken, wat de noodzaak van ingrijpen op kosten van de belastingbetaler zou verhogen. Op dat moment zou een keuze keuze kunnen worden gemaakt – als dat goedkoper blijkt – om de Duitse kolensector op te doeken. Er liggen al voorstellen voor 2040 en eerder op tafel.
Gemeenschappen en werknemers zouden nog steeds bescherming genieten, en dat is het goede nieuws deze week. Inmiddels tonen vakbonden bereidheid om te praten over het uitfaseren van kolen (voeg Duitslands op een na grootste vakbond Verdi maar toe aan de lijst, bericht in Duits). De belangen van werknemers en Duitse gemeenschappen aan de ene kant en kolenbedrijven aan de andere kant beginnen uiteen te drijven. RWE en E.On zullen zich op korte termijn op splitsen in gescheiden divisies voor hernieuwbare energie en voor het oude spul. Deze kleine stappen zouden het makkelijker kunnen maken om de kolenbedrijven kopje onder te laten gaan terwijl de hernieuwbare energiebedrijven het hoofd boven water houden – en zinvolle financiële ondersteuning richt zich op Duitse werknemers en gemeenschappen die momenteel afhankelijk zijn van de kolensector.
Voor meer informatie over transformatie van kolen gemeentschappen verwijs ik naar eerdere rapporten van Energy Transiton over structurele veranderingen. CLEW geeft ook een overzicht van het kolendebat in Duitsland.
Craig Morris is Amerikaan van geboorte en woont sinds 1992 in Duitsland. In 2006 schreef hij het boek ‘Energy Switch’ en hij schrijft regelmatig over de Duitse energietransitie. Hij is editor van Renewables International, hoofdauteur van EnergyTransition.de en directeur vanPetite Planète en is te vinden op Twitter als PPChef.
Dit artikel is eerder verschenen op Energy Transition en met toestemming van de auteur vertaald door Krispijn Beek.
Reacties (13)
Te koop: dood lijk. Begint al een beetje te stinken. Alleen serieuze bieders.
In de naar autarkie strevende DDR waren er voor de bruinkool ‘Tagebau’ geen alternatieven (er waren zelfs serieuze plannen om de stad Leipzig af te graven), en in West-Duitsland heeft het politiek zo gevoelige werkgelegenheidsargument generaties lang het sluiten van de winning tegengehouden.
Een minder bekend milieu-aspect is het grondwaterpeil. Als de winning stopt, hoeven ze dat water ook niet af te pompen en verdroogt ook de Limburgse en Gelderse bodem niet verder.
Voor mij kan het stilleggen van de bruinkoolwinning niet snel genoeg gaan.
Wat in het vat zit verzuurt niet. Ergens moet de energie vandaan komen. Kernenergie moet er uit en ook de Duitsers willen elektrisch rijden en verwarmen. No way dat wind en zon dat kunnen invullen. Gas uit Rusland? Bruinkool met CCS misschien?
Het is niet zo vreemd dat niemand die bedrijven wil kopen, de Duitse overheid is in de energiesector nu niet bepaald een betrouwbare lange termijn partner gebleken. Het gaat hier om miljarden investeringen, en als Duitsland morgen besluit tot een Kohlenausstieg ben je je investering kwijt. Niet voor niets dat er bij ons zoveel nieuwe centrales gebouwd zijn.
En de Tesla powerwall kan de bruinkool natuurlijk vervangen. O nee toch niet, uitverkocht. Uitverkocht? Nou ja, een mooi woord voor…..
http://www.greentechmedia.com/articles/read/Tesla-Discontinues-10kWh-Powerwall-Home-Battery
Er is een mooie term voor olie-, gas- en steenkoolreserves, die onwinbaar en onverkoopbaar geworden zijn door hetzij klimaatbeleid, hetzij sterk gedaalde prijzen: stranded assets.
Nog een paar mooie voorbeelden van zijn:
– de schaliegasreserves in Oekraïne en Polen
– oliereseves in de Noordelijke IJszee
– een groot deel van de teerzanden in Alberta (Canada)
Allemaal onexploiteerbaar geworden door de sterke prijsdaling van olie en gas.
Alleen de gasgestookte centrales die flexibel ingezet kunnen worden, zijn (voorlopig) nog rendabel.
Als werktuigkundige moet ik het nog 15 jaar uitzingen …
@Peter: Kolencentrales worden ook steeds beter opschakelbaar.
Gascentrales zijn mooi, maar aardgas is een relatief dure brandstof. Niet supergeschikt als baseload-centrale.
Kolen produceren >40% van de elektriciteit. Het beeld dat kolen uitgespeeld zijn in Duitsland is vals. De positie van kolen wordt nog eens versterkt door de uitfasering van kernenergie. Volgens de meeste schattingen zitten ze er nog minstens 25 jaar aan vast.
http://www.forbes.com/sites/jamesconca/2012/06/10/energys-deathprint-a-price-always-paid/#4cbce17649d2
@8: gascentrales zijn al bijna allemaal uit in Duitsland. Enkel de WKK achtige constructen draaien nog.
@9: er wordt niet beweerd dat de rol van kolen uitgespeeld is, er wordt gesteld dat Vattenfall geen koper heeft gevonden voor zijn bruinkoolcentrales. Op basis daarvan wordt gesteld dat bruinkool geen waarde meer heeft in Duitsland. Het stuk gaat niet over steenkool, wat inderdaad steeds beter regelbaar wordt. Bruinkoolcentrales blijven slecht regelbaar. Sinds 2012 is de markt wel wat ontwikkeld, dus zou wat recentere bronnen zoeken als ik jou was.
Baseload is volgens de topman van de Chinese netbeheerder een mythe, maar da’s een discussie voor een andere keer.
@Krispijn Beek: ” ….. en zinvolle financiële ondersteuning richt zich op Duitse werknemers en gemeenschappen die momenteel afhankelijk zijn van de kolensector.”
Dit vind ik ook misleidend. De complete Duitse economie blijft zwaar afhankelijk van de kolenstroom. Nog minstens 25 jaar.
Ik denk dat de kolenstroom nog behoorlijk lucratief kan gaan worden. Als straks de overcapaciteit er uit is gesaneerd, dan kunnen de stroomprijzen weer gaan stijgen. Vooral in de winter als er een slechte windmaand is.
@10 Kolenstroom lucratief? Kan best dat de prijzen opveren na sluiting van de laatste kerncentrale, zoals Craig Morris ook al stelt:
Of jij of hij gelijk krijgt zullen we gaan zien.
Als wij nou beetje minder Duitse stroom importeren, dan kan er weer een bruinkoolcentrale dicht.
@Krispijn Beek: Tijdens een slechte windmaand in december, als de kerncentrales langzamerhand allemaal dicht zijn, dat is de positie van kolenstroom sterker dan ooit.
Het zwakke van zon en wind is dat het alleen maar aanbodgestuurd is.
Volgens mij mist het prijs-incentive om Duitse stroom op die momenten niet te importeren. Aardgasstroom is duur en we blijven Nederlanders.
Probleem is natuurlijk ook dat onze aardgasvoorraden opraken.
@12: hoe zie je het voor je dat centrales waarvan het businessmodel gebaseerd is op 365 dagen per 24/7 per dag tegen de volle capaciteit aan draaien, en die dus ook zo gefinancierd zijn, een een ‘sterker dan ooit’ positie krijgen als ze enkel in een windstille december winst kunnen maken? Dan worden ze de V&D van de elektriciteitsmarkt. 1 jaar waarin het wel waait in december en ze zijn over de kop. Waarom denk je anders dat RWE zo hard lobbied voor een capaciteitsmarkt, waarin ze geld krijgen voor er zijn i.p.v. voor produceren van stroom?
En over welke momenten heb je het als je het hebt over het ontbreken van een prijs-incentive om Duitse stroom niet te importeren? Over momenten met veel aanbod aan stroom? Als je wat beter kijkt naar de energiestromen dan zie je dat Duitse steenkoolcentrales en bruinkoolcentrales in het weekend (wanneer de vraag ook in buurlanden laag is) bij veel en wind- en zonne-energie terugschakelen. Door de weeks, wanneer er veel vraag is naar elektriciteit in Nederland en Frankrijk gebeurd dit niet. Dan blijven de kolencentrales draaien. Haal de export op die dagen weg en de kolencentrales gaan uit. Ergo de export van Duitse stroom reageert niet op het aanbod van wind- en zonne-energie, maar op de vraag naar Duitse stroom in buurlanden.