Gaat door het leven als Stephan Okhuijsen.
Studeerde ooit wiskunde/informatica en later ook nog even filosofie. Maar zonder resultaat. Lang werkzaam in de ICT als project/programma/interim manager. En doet nu ook nog wat datadingen via Datagraver.
Bestuurlijk actief geweest in een sportvereniging, een jongerenvereniging, een journalistenvereniging, in alle lagen van de organisatie van de SP en nu weer op een school.
Bloggend opgevallen met zijn serie over de Europese Grondwet. Daar nooit meer van hersteld.
Houdt zich bezig met alternatieven voor het huidige politieke en maatschappelijke systeem, klimaat en privacy.
Nieuwsjunk, datamartelaar en informatieverslinder. Online sinds 1993.
Was ook even columnist bij RTLZ.
Mastodon: https://mastodon.green/@Steeph
Privacy The Game
Show me the money
Dit verhaal gaat eigenlijk alleen maar over getallen, grote getallen. Over beter gezegd, geld, veel geld.
Een voorstelling maken van veel geld is lastig boven een bepaalde grens. Mij lukt het nog wel tot enige miljoenen om er een gevoel bij te hebben. Maar boven de 100 miljoen ben ik kwijt. Maar om zaken in de (economische) wereld een beetje in context te kunnen plaatsen, is het wel handig om de grote getallen in ieder geval in verhouding tot elkaar te vatten.
Deze week ging dat helemaal mis. Ik kreeg het volgende artikel onder ogen en ergens halverwege moest ik afhaken. Hier even mijn samenvatting vanuit Nederlands perspectief met wat aanvullingen en updates:
Eerst gingen we van goederen naar goud of andere dure metalen. Toen van goud naar papiertjes (iou’s). Toen van papiertjes naar elektronisch geld. En nu uiteindelijk naar wiskundig geld. Anders kan ik het niet uitdrukken. Derivaten zijn slechts een complexe formule, ver af staand van de werkelijke waarde in de werkelijke wereld. “Werkelijkheid” is dan ook een abstract begrip geworden in de economie, net als waarde.
Kunst op zondag | Gerhard Richter
Gerhard Richter, Red-Blue-Yellow, 1972
Het werk van deze man is omvangrijk en divers. Ben nog niet klaar met hem. Aanleiding voor het opnemen in de Koz-reeks is dit artikel.
Pijnpunt politieke participatie
Eerst een plaatje, dan een praatje:
Ooit las ik ergens dat met het huidige ledental van politieke partijen alle actieve leden ook gelijk alle vaste politieke rollen vervulden. Hierbij is het uitgangspunt dat van iedere organisatie met vrijwilligers ongeveer 10% actief is. En bij de politieke rollen moet u denken aan alle bestuursleden lokaal, regionaal en landelijk en alle raadsleden, parlementsleden, regeringsleden etc….
Ik kon de bron niet meer achterhalen en was inmiddels zelf nieuwsgierig geworden naar de opbouw van dit punt en de bijkomende pijn, waarover straks meer. Dus heb ik het maar even uitgezocht (spreadsheet in ODS formaat). En daar deze week de meest actuele cijfers van de ledentallen van de politieke partijen uitkwamen, zijn die meegenomen. Onze infographics man Ad van der Stok heeft ze gelijk in het bovenstaande overzicht gevat.
U ziet daar rechtsonder dat ongeveer tweederde van de actieve leden nodig zijn om alle vaste plaatsen te vervullen. Dus niet helemaal zoals ik oorspronkelijk het punt mee kreeg, maar toch een heel eind in de buurt.
Waarom is dit problematisch? Om twee redenen.
Ten eerste is er op deze wijze weinig ruimte voor selectie op kwaliteit en vaardigheden. Wie actief wil zijn, zal ook snel meespelen in het spel. Een andere mogelijkheid is er niet. Dat is niet goed voor het bestuur van de partijen en niet goed voor het bestuur van dit land (op alle niveaus).
KSTn | Wet op de architectentitel
De wet op de architectentitel moet broodnodig aangepast worden. Althans, dat vindt “de politiek” (of misschien eerder de lobby-vereniging van architecten). Ik geef u de inleiding van dit dossier:
“Handhaving van de vakbekwaamheid van architecten, stedenbouwkundigen, tuin- en landschapsarchitecten en interieurarchitecten draagt bij aan een hoogwaardige dienstverlening op die gebieden en past in het streven naar een innovatieve, concurrerende en ondernemende economie.”
Mooie woorden toch? Maar vervang voor de gein “architecten” eens door “economen” of “laboranten” of “uitvinders”. Dan kan verandert er niet zoveel. Allemaal beroepen die ook belangrijk zijn. Sterker nog, je zou ook gewoon “straatveger” kunnen invullen. Want een goede straatveger zorgt voor een schone omgeving en dat helpt bij een goed gemoed en dat komt de productiviteit van het hele land ten goede.
Afijn, de strekking van mijn betoog is eigenlijk: waarom moet de politiek zich bezighouden met wetgeving rondom het mogen voeren van de titel “architect”? Welke toegevoegde waarde heeft dit? Waarom is dit een taak van de overheid? Waarom wel wetgeving voor architecten en niet projectmanagers. Je moest eens weten hoeveel economische schade er aangericht wordt door mensen die lichtzinnig de titel “projectmanager” op hun kaartje hebben gezet.
Waarom is het niet voldoende dat mensen en instanties die van doen hebben met architecten zoals bij veel andere zaken gewoon vragen om een CV en referenties? De juiste papieren moeten daar op staan en zonder ervaring krijg je toch geen grote klussen.