Gevraagd: economen zoals Jan Pen (m/v)
COLUMN - Onlangs verscheen Vandaag staat niet alleen, een bloemlezing uit de meer dan 160 essays en memoires die de bekende econoom Jan Pen (1921-2010) vanaf de jaren ’60 schreef voor Hollands Maandblad. Pen vond dat veel van zijn werk geen eeuwigheidswaarde bevat, maar wie zijn essays, columns en boeken leest moet toegeven dat Pen relevant blijft. Aan economen zoals Pen is zelfs steeds meer behoefte.
Jan Pen was Neerlands beste ‘uitlegger’ van de economie. Denk aan Moderne Economie uit 1958, Het aardige van economie (1966) of Kijk, economie (1979). Het was ook zijn ambitie: ‘orator didacticus’ zijn. Maar op de een of andere manier stond de rol van ‘uitlegger’ bij hem zelf niet in hoog aanzien. Pen afficheerde zichzelf ook wel eens als ‘economisch journalist’, waarmee hij zichzelf toch echt tekort deed. Pen was een orator didacticus, is mijn stelling, juist omdat hij wetenschappelijk gevormd was. Pen had daardoor een glasheldere stijl van redeneren, maar ook de kundigheid die hem autoriteit verschafte.
Er is veel behoefte aan economen die met toegankelijke economische concepten de wereld begrijpelijker maken. Neem de financiële crisis of de onlangs opgelaaide Nederlandse pensioendiscussie. Mijn inschatting is dat de meerderheid van de Nederlanders eigenlijk in het duister tast en graag te raden zou gaan bij een publiekseconoom die de complexiteit behapbaar kan maken met heldere taal en treffende beelden.