KOZ | Leven na de dood
In de vorige Kunst op Zondag werd een nauwere samenwerking tussen kunst en wetenschap als mogelijkheid genoemd om windenergie acceptabel te maken. Er zou een instituut moeten komen waar nieuwe, interessante dingen worden ontwikkeld. Wetenschappers missen de creativiteit van kunstenaars en kunstenaars kunnen niet alles realiseren, omdat ze de wetenschappelijke discipline en technische kennis missen, zegt Joris Laarman in een interview met het Rathenau-instituut. “Als iets mooi is, ben je er zuiniger op. Als het ook nog leeft, ga je er zorgvuldiger en met respect mee om. Een levend lampje moet je onderhouden, en dat kan een nieuwe manier van omgaan met producten opleveren”, waarmee Laarman doelt op zijn Half Life Lamp, een poging tot een biologisch volledig afbreekbare lamp en waar hamstercellen een rol spelen.
Joris Laarman is een van de kunstenaars van wie “verrassende voorbeelden” van “ongewone en inventieve oplossingen” nieuw licht werpen op het begrip duurzaamheid, in de tentoonstelling “Nieuwe energie in design en kunst” (Museum Boymans, Rotterdam).
Laarman is niet de enige die het licht heeft gezien, als het gaat om een nieuwe manier van omgaan met producten. Met zijn bloedlamp wil Mike Thompson de consument dwingen na te denken voor hij het licht aan doet. De lamp werkt op het bloed van de gebruiker en werkt maar één keer.