Waarom Tulleken, Koelewijn en Vandermeersch in de fout gingen
De NRC hield zich niet aan het principe van hoor en wederhoor en aan de gouden journalistieke regel ‘één bron is geen bron’ in haar berichtgeving over het skiongeluk van prins Friso. Dat zijn de voornaamste conclusies van Thom Meens die in opdracht van de krant onderzocht wat er misging in de verslaggeving. Hoe opmerkelijk is het dat een krant als NRC die staat voor betrouwbare, zorgvuldige journalistiek zich niet hield aan haar eigen regels en met een verhaal kwam dat in de tabloids niet zou misstaan? Het is opmerkelijk maar wel verklaarbaar als je vanuit psychologische invalshoek analyseert waarom neurochirurg Kees Tulleken, zijn vrouw NRC-verslaggever Jannetje Koelewijn en hoofdredacteur Peter Vandermeersch in de fout gingen.
Tulleken nam zelf het initiatief om zich te melden bij de kliniek waar prins Friso was opgenomen en zijn diensten aan te bieden. Je kunt dit beschouwen als een onbaatzuchtig gebaar, maar het is wel een gebaar van een zelfverzekerde man die er van overtuigd is dat zijn expertise iets toe kan voegen aan de kennis van de lokale, gekwalificeerde neurochirurgen die dagelijks met lawineongevallen te maken hebben. Tulleken noemt zichzelf een pathologische optimist. Het siert hem dat hij van zichzelf weet dat hij geneigd is te kijken naar wat mogelijk en niet naar wat onmogelijk is, maar het is jammer dat hij die kennis niet heeft gebruikt om zichzelf in toom te houden. Hierdoor bracht hij alleen het positieve nieuws –het is geen schedelbasisfractuur- naar buiten en hield hij het negatieve nieuws –er werd heel lang geanimeerd- achter. IJdelheid is echter een slechte raadgever. Die benam Tulleken het zicht op wat hij als arts had moeten doen. Met al zijn goede bedoelingen werd hij een leverancier van valse hoop.