Marcel Hulspas

276 Artikelen
13 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Leon van Gelder (bron: Youtube) copyright ok. Gecheckt 06-11-2022

De school die het land zou redden

RECENSIE - Er was discomuziek, er werd geschilderd en creatief gedanst, en de minister was die dag helemaal uit Den Haag naar Groningen gekomen. Jos van Kemenade kwam de eerste augustus 1979 persoonlijk de eerste Nederlandse middenschool openen.

Hij sprak de genodigden bevlogen toe. Voortaan zouden alle kinderen de eerste jaren van de middelbare school bij elkaar blijven. Pas wanneer van elk kind duidelijk was over welke talenten het beschikte, zou het naar een aparte school gestuurd worden. De een in een meer praktische richting, de ander meer theoretisch.

En al die jaren zou er ook veel aandacht zijn voor kunst en creativiteit. Om ervoor te zorgen dat iedereen, ook de arbeider, straks kon genieten van de goede dingen des levens. Of zoals Van Kemenade het die middag formuleerde: ‘om te voorkomen dat het kindsdeel van de culturele erfenis al op elfjarige leeftijd wordt uitgekeerd.’

Einde standenmaatschappij

De middenschool moest, kortom, een einde maken aan de Nederlandse standenmaatschappij. Wég met de vroege schoolkeuze, waardoor arbeiderskinderen als vanzelf het beroepsonderwijs in stroomden terwijl de kinderen uit de betere kringen ‘voorgesorteerd’ werden voor het gymnasium en de universiteit. De middenschool zou Nederland beter maken.

Op de voorste rij zaten de Groningse burgemeester Max van den Berg en wethouder Jacques Wallage. De drie kenden elkaar al langer. Van Kemenade had aan de universiteit gewerkt; Wallage was voorzitter geweest van de Groninger Studentenraad – een machtig hoopje in de vroege jaren zeventig. Alle drie behoorden tot ‘nieuw-links’ binnen de PvdA, en waren bezeten van het idee de samenleving te hervormen door middel van het onderwijs. En die revolutie zou beginnen in Groningen. Wie die dag ontbrak was hun aller geestelijk vader, de hoogleraar Leon van Gelder (1903-1981). Hij kon wegens ziekte niet aanwezig zijn. Maar zijn vrouw was er wel. Zij onthulde de naam: ‘leon van gelder middenschool’.

Foto: International Federation of Red Cross and Red Crescent Societies (cc)

Voorbij de morele verontwaardiging

RECENSIE - Direct op de eerste pagina maken we kennis met Hashem al-Souki, een Syrische vluchteling.

Hasheem ligt in het pikkedonker, in het ruim van een boot, opeengepakt met honderden andere vluchtelingen. Hij hoort de vrouwen onder hem schreeuwen en huilen, vechtend om een beetje lucht. Maar hij kan zelf geen kant op. Bovenop hem liggen weer andere vluchtelingen. Smokkelaars delen de opeengepakte massa klappen uit om te voorkomen dat er paniek uitbreekt. Het overvolle, wrakke schip kan elk moment kapseizen.

Hasheem is de rode draad in Patrick Kingsley’s ‘De nieuwe Odyssee’. Het verhaal van de huidige Europese vluchtelingencrisis, aldus de omslag. Maar het is vooral het verhaal van Patrick en Hasheem. Kingsley is de ‘redacteur vluchtelingen’ van de Britse krant The Guardian, een krant met onberispelijk links-liberale opvattingen.

In opdracht van de krant reisde hij door grote delen van Afrika, het Midden-Oosten en Europa. Op zoek naar vluchtelingen, naar de smokkelars die hen uitbuiten, naar de vrijwilligers die hen helpen en naar de politiemensen en militairen die voor de ondankbare taak staan om onuitvoerbaar beleid uit te voeren.

Kingsley kan meeslepend schrijven; we reizen mee met Hasheem, die de boottocht overleefde en uiteindelijk zijn doel, Zweden, bereikte. Daar wil hij nu zijn vrouw en kinderen vanuit Egypte naartoe halen. Het is hem van harte gegund.

Foto: damian entwistle (cc)

Oorlog en genialiteit

RECENSIE - Wanneer ontstond de moderne wetenschap? Een onmogelijk te beantwoorden vraag, uiteraard. Wat is ‘modern’? Zo’n beetje elk punt komt in aanmerking, vanaf de presocratische filosofen tot aan Einsteins Wonderjaar 1905.

Maar als het gaat om de geboorte van de wetenschappelijke methode, en van de wetenschap als georganiseerd bedrijf, dan komt de zeventiende eeuw toch naar voren als het beslissende tijdvak.

In die tijd beginnen wetenschappers (dat woord dateert overigens pas van begin 19e eeuw) systematisch na te denken over het samenspel van waarneming, theorie en experiment. De belangrijkste exponent van dit denken was Francis Bacon en zijn Novum Organum (1620).

Dezelfde Bacon was ook een hartstochtelijk pleitbezorger van wetenschappelijke samenwerking. Wetenschappers moesten geen éénpitters zijn, opgesloten op hun studeerkamer, jaloers op elkaars ideeën en vondsten, maar juist in alle openheid hun gegevens uitwisselen en elkaar zo stimuleren. Bacon geldt dan ook als de geestelijke vader van de eerste wetenschappelijke academies in Europa.

Maar er waren in die tijd nog veel meer geniën, zo wil A.C. Grayling ons duidelijk maken. Zijn boek heet niet voor niets ‘De tijd van het genie‘.

Inadequate uitwerking

De geboorte van de wetenschap hing samen met een complete transformatie van het wereldbeeld, met enerzijds de doorbraak van het Copernicaanse systeem (met dank aan Galileo Galileï) en anderzijds de ontdekking van de bloedsomloop door William Harvey. En dan waren er natuurlijk nog René Descartes en Isaac Newton, met hun concurrerende visies op de kosmos. Zij zorgden ervoor dat twee zeer voorname wetenschappen met een eerbiedwaardige ouderdom – de astronomie en de geneeskunde – in een volledig andere richting werden gebogen.

Foto: Barney Moss (cc)

Wees geen talent!

RECENSIE - Lex Verstappen leerde racen op de kartbaan. Daar leerde hij, bij lagere snelheden, de kneepjes van het autoracen.

Dat is goed nieuws voor de Nederlandse kartbaanexploitanten, die een stroom hoopvolle racetalentjes tegemoet kunnen zien, maar nieuw is het niet. Wanneer een orkest een nieuw stuk op de lessenaars krijgt, is héél langzaam spelen een van de vertrouwde manieren om dat onder de knie te krijgen.

Het is ook een van de tips in in ‘Ontwikkel je talenten’ van Richard Coyle. Tip 26 om precies te zijn. Van de 52. Bij zo’n aantal krijg je heel wat open deuren ‘koop een noitieboekje’, ‘wees niet bang voor uitglijers’). We weten allemaal wel zo´n beetje hoe je je talenten kunt ontwikkelen. Let goed op, denk goed na, werk systematisch en vooral: hou vol. Het kan in een stuk of vier tips verteld.

Maar zo tegen het einde wordt de lezer toch onrustig. Er ontbreekt één tip: hoe hou je dat alles vol? Waar haal je het doorzettingsvermogen vandaan? Gelukkig is daar dan nummer 50: ‘Wees een bikkel’.

Daniel Coyle is een Amerikaan en is dol op sport. Dat betekent dat hij enkele fundamentele vragen onbesproken laat.

Foto: Alfred Rosenberg en Adolf Hitler copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

De miskende nazi

RECENSIE - Voor Alfred Rosenberg bestond er geen weg terug. Terwijl een onvervalste schoft als Hans Frank, die als gouverneur van het Generalgouvernement (het hart van het vernielde Polen) een waar schrikbewind had uitgeoefend, in Neurenberg berouw toonde en jammerde dat Duitsland nooit verlost zou worden van de schande van het nationaalsocialisme, hield Rosenberg tot op het allerlaatste moment zijn poot stijf.

Hij had zijn leven lang gestreden voor het Arische ras – daar was niets mis mee. Het enige dat mis was gegaan, was dat Duitsland de oorlog had verloren. En dat was, zo schreef hij in zijn cel, kort voor zijn executie, de schuld van Adolf Hitler. De door hem altijd verafgode Führer was zijn historische taak onwaardig gebleken.

Hitler had geluisterd naar ‘kleine mensen’ als de intrigant Joseph Goebbels, en naar Heinrich Himmler. ‘de Mefisto van onze ooit oprechte beweging.’ Alleen hij, Rosenberg, was de zaak van het nationaalsocialisme tot het eind toe trouw gebleven.

Propagandist aan de zijlijn

In de geschiedenis van het derde Rijk is Alfred Rosenberg altijd een man op de achtergrond geweest. Hij was de gerespecteerde partij-ideoloog van een partij die eigenlijk geen ideologie nodig had. Want men had immers de Führer.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Hoe progressief is de Koran?

RECENSIE - Marcel Hulspas las een apologetisch boek, dat tracht uit te leggen hoe de islam in werkelijkheid een verlichte, maar vaak misbegrepen godsdienst is. Hij raakte nog niet echt overtuigd.

De Ahmadiyya beweging, die momenteel rond de half miljoen leden telt, begon ooit als een gevaarlijke ketterse sekte binnen de islam. De stichter, de Indiër Mirza Ghoelam Ahmad (1835-1908), beweerde namelijk dat hij de mahdi was, dat wil zeggen de door de sjiitische islam voorspelde messias. Bovendien beweerde hij de reïncarnatie van Jezus, Mohammed én Krishna te zijn.

Het mag duidelijk zijn dat deze boodschap niet met gejuich werd ontvangen. Maar gelukkig voor hem en zijn eerste volgelingen kwam Mirza na een aantal jaren terug op deze claim. Sindsdien vereren zijn volgelingen hem ófwel als een nieuwe profeet, óf (want ook die laatste bewering ging een deel van zijn latere volgelingen te ver) als een zeer belangrijk geestelijk leider.

De Ahmadiyya beweging groeide daarna langzaam maar gestaag, en missioneert nog steeds actief onder moslims in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. Elders, met name in de islamitische wereld, zijn de Ahmadiyya het slachtoffer van gewelddadige aanvallen.

De stichter

Mirza Ahmad legde zijn leer vast in de Baraahin-i Ahmediya (‘de argumenten van de Ahmediya’; eerste deel 1880).

Foto: Kelly Garbato (cc)

Niet zwijgen over ‘de islam’ maar debatteren over de islam

Terrorismedeskundigen zien in de eeuwige discussie over de islam als oorzaak van radicalisering een struikelblok voor terrorismebestrijding. Toch is zo’n discussie hoognodig. Onder moslims zelf dan.

´Als je een wig wilt drijven tussen extremistische moslims en de rest van de samenleving, is het onverstandig om niet-extremistische moslims van je te vervreemden door te doen alsof de islam het probleem is.’
– Gerard de Vries, oud-terreurbestrijdingscoördinator van de EU (NRC, 2 april 2016)

De boel bij elkaar houden en dan de extremisten isoleren. Het is een nobel streven, vooral voor een terrorismebestrijder. Want als er een ‘wig’ ontstaat tussen niet-moslims en ‘gewone’ moslims, hebben de inlichtingendiensten weinig kans om informatie vergaren.

En één van de manieren om zo’n wig te voorkomen, aldus De Vries, is te zwijgen over ‘de islam’. Net doen alsof extremisme niks met ‘de islam’ te maken heeft. Of zoals hij het in de NRC formuleerde: we moeten niet ‘doen alsof de islam het probleem is.’

Maar op deze goedbedoelde redenering valt heel veel af te dingen. Ze is gebaseerd op simplificaties, en werkt uiteindelijk averechts. Zwijgen over ‘de islam’ (de term is vals, maar daarover straks) zorgt er juist voor dat er géén wig ontstaat tussen gewone en extremistisch moslims. (Maar die ‘wig’ moeten we ook niet willen hebben, daarover straks).

Foto: Scott Sherrill-Mix (cc)

Zorg tussen hoop en angst

RECENSIE - Bijsluiters, waar was dat nou weer voor nodig? In 1973 barstte daarover een felle strijd uit tussen de farmaceutische industrie en de Nederlandse artsen en apothekers.

Tot dan toe leverde de industrie zijn producten aan die artsen en apothekers, inclusief informatie, waarna zij de pillen opnieuw verpakten en de patiënt vertelden wat die ermee aan moest. Voorlichting was de exclusieve verantwoordelijkheid van de beide beroepsgroepen.

Die bijsluiters die de industrie wilde verstrekken, was ordinaire reclame. In een enquête gepubliceerd in Medisch Contact gaf driekwart van de artsen aan tégen bijsluiters te zijn. Ondertussen wierpen de fabrikanten zich op als belangenbehartigers van de patiënten. Die hadden toch recht op meerdere informatiebronnen?!

En de industrie won. In november 1975 werd de bijsluiter wettelijk verplicht. ‘Het was, schrijft Kees-Jan van Klaveren, ‘niet langer vanzelfsprekend dat medici de meest geëigende vertolkers van patiëntenbelangen waren’. (De patiënten zélf, of patiëntenverenigingen, speelden in de discussie geen rol van betekenis.)

De medische stand was in zekere zin in haar eigen zwaard gevallen. Die had haar traditionele gezag immers zélf afgebroken. Dat gebeurde vanaf begin jaren zestig.

Pamperende overheid?

In de jaren daarvoor waren de heren doktoren erin geslaagd om de dringend noodzakelijke hervorming van de Nederlandse gezondheidszorg jarenlang tegen te houden. Voor veel politici was de Britse National Health Service, ingevoerd in 1948, hét voorbeeld van een rationele organisatie van de gezondheidszorg, maar voor Nederlandse artsen ging deze ‘staatsbemoeienis’ véél te ver. En ze werden daarin gesteund door de oude zuilen.

Foto: adnan ali (cc)

De duistere taal van de laatste openbaring

ANALYSE - Volgens moslims is de Koran perfect. Maar ongelovigen die de Koran proberen te lezen, worden geconfronteerd met een ongeorganiseerde verzameling duistere uitspraken. Een nieuwe vertaling biedt in ieder geval een vlot leesbare tekst.

Zeg: O gij ongelovigen,

Niet dien ik wat gijlieden dient.

En niet zult gij dienen wat ik dien,

En niet zal ik dienen wat gij gediend hebt.

En niet zult gij dienen wat ik dien,

Aan u uw godsdienst en aan mij mijn godsdienst.

(109)

We weten niet wanneer Mohammed deze soera 109 openbaarde, maar het is duidelijk dat hij (of God) op dat moment de strijd tegen de ongelovigen beu was.

Elkaar weersprekende openbaringen

Laat maar zitten. Laat ieder toch geloven wat hij wil. Ach, waren al die terroristen maar ooit zo ver in hun Koran gekomen. Zij blijven steken bij het beruchte zwaardvers: ‘doch wanneer de gewijde maanden zijn verstreken, doodt dan de genotengever’ (9:5), dat voor hen de rechtvaardiging vormt voor aanslagen.

Soera 109 is in tegenspraak met vele andere passages in de Koran. Dat is niet verwonderlijk; de Koran bevat vele tegenstrijdige verzen. Ook Mohammed was bekend met het fenomeen ‘voortschrijdend inzicht’. God eveneens. Wanneer twee verzen elkaar tegenspreken, vervangt het latere vers het vroege. (Wélk vers van de tweede de latere is, is dan natuurlijk de vraag.)

Foto: Amanda (cc)

Franciscus was dynamiet

ACHTERGROND - Museum Catharijneconvent organiseerde een tentoonstelling over Franciscus van Assisi onder toezicht van kunsthistoricus Henk van Os. Marcel Hulspas bezocht de tentoonstelling en miste de nodige historische toelichting op de tegendraadse kerkhervormer.

Wie Franciscus van Assisi zegt, denkt aan een middeleeuwer in een pij, die kon praten met de vogeltjes. Een man die geen behoefte had aan wat voor bezit dan ook. Vreedzaam, bescheiden, en dankzij zijn charisma de grondlegger van de orde der Franciscanen.

Dat zoete beeld dat de Katholieke Kerk ons biedt, is ook het beeld dat opgeroepen wordt in de huidige tentoonstelling in het Utrechtse Catharijneconvent.

Henk van Os

Een tentoonstelling samengesteld door Henk van Os, en we zien Henk op een filmpje ook de eendjes voeren, waarbij hij altijd weer moet denken aan Franciscus. Mooi allemaal. Henk staat garant voor een bepaald type publiek, en daar sluit dat eendje voeren mooi bij aan.

Ook op zijn keuze uit de kunstgeschiedenis valt niets aan te merken. Na de Middeleeuwse verbeelding van het leven van de heilige volgen werken uit de Renaissance, de Nederlanden, et cetera. Allemaal heel fraai.

Aan het slot van de tentoonstelling (merkwaardig genoeg) krijgt de bezoeker een overzicht van het leven van Franciscus, van de groei van de Franciscaanse beweging en de tegenstellingen tussen verschillende stromingen. Pas dan dringt er iets door van een verhaal dat in de tentoonstelling verder totaal niet aan bod komt.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De stiefzusters der geschiedenis

RECENSIE - Clios-stiefzusters-uitsnedeClio’s stiefzusters, zo heet de essaybundel van Peter Rietbergen.

De hiërarchie is daarmee in één klap duidelijk. Je hebt Clio, de muze van de geschiedenis; je hebt de andere muzen, beschermvrouwen van de andere kunsten, en dan heeft Clio blijkbaar nog een stelletje stiefzusters.

Zij personifiëren de al te vrije verbeelding van de geschiedenis. Van beeldende kunst tot historische romans, van film tot re-enactors die Waterloo naspelen – het zijn volgens Rietbergen ‘verledenverbeeldingen voorbij de geschiedenis’. En dan ‘voorbij’ en niet ‘naast’, zo legt hij uit, omdat deze stiefzusters van alles oppikken van de wetenschap, en niet andersom. Maar daar valt wel het nodige op af te dingen.

Die stiefzusters worden door vakhistorici over het algemeen met minachting bekeken. Rietbergen is dat niet van plan. Films, schilderijen, opera’s en ga zo maar door worden immers niet gemaakt om de geschiedwetenschap te dienen. De makers hebben andere intenties en een eigen publiek, en dienen dus volgens niet-wetenschappelijke criteria beoordeeld te worden.

Aanjagers van de geschiedwetenschappen?

Desondanks ontkomt Rietbergen er natuurlijk niet aan om regelmatig toch de historische meetlat langs deze producten te leggen. Wie niets zegt over bijvoorbeeld de interactie tussen Germanen en Romeinen, kan ook niets zeggen over de originaliteit en intentie van het werk van Felix Dhan (1834-1912), de man die als geen ander verantwoordelijk is voor het moderne cliché van de stoere blonde Germanen (en hun kuise vrouwen) versus de sluwe, decadente Romeinen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Respect voor het westers boeddhisme

RECENSIE - Het werd een ongemakkelijk samenzijn. Een aantal boeddhisten maakte een reis om de wereld, samen met een aantal boeddhistische relikwieën, en bezocht daarbij een boeddhistisch centrum in Nijmegen.

boeddhanieuwewereldHet waren volgelingen van de Tibetaanse leraar Thubten Yeshe, die in het Noord-Indiase stad Kushinara een 152 meter hoog Boeddhabeeld wil neerzetten. Om dat te betalen, mogen boeddhisten overal ter wereld betalen om de heilzame kracht van de relieken te ervaren.

De nieuwsgierige Nijmeegse boeddhisten die daarop waren afgekomen, hadden echter moeite met de strikte rituelen die de buitenlandse bezoekers uitvoerden, en voor hun diepe verering voor de glazen potjes. Boeddhisme, dat was toch een filosofie, een geestelijke houding? Dat had toch niets met rituelen te maken?

‘Zelden,’ schrijft Paul van der Velden, ‘zag ik de punten waarop het moderne westerse boeddhisme en de eeuwenoude Aziatische tradities schuren zo herkenbaar voorbijkomen als tijdens die enkele uren durende sessie.’

Die tegenstelling, modern versus eeuwenoud, is de rode draad in De oude boeddha in een nieuwe wereld.

Het boeddhisme kent momenteel twee zeer verschillende gezichten. Enerzijds is er die eeuwenoude religie waarin monniken, relikwieën en riten, maar ook goden en geesten een belangrijke rol spelen; anderzijds is er het westerse boeddhisme gebaseerd op het idee dat boeddhisme geen godsdienst is maar een filosofie, wars van regels en dogma’s, en waarin mediteren een centrale rol speelt.

Vorige Volgende