Klokwerk

400 Artikelen
38 Waanlinks
4.245 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Vanaf november 2018 overal te koop: "De wereld vóór God - Filosofie van de Oudheid", CJ Alders, aka 'Klokwerk'
softcover / hardcover / ebook: 392 pagina's

Kees Alders aka 'Klokwerk' studeerde af als theoretisch en sociaal psycholoog, en hield zich daarna tien jaar lang bezig met projectmanagement in de sociale zekerheidsbranche (communicatieprojecten en reorganisaties). Tegenwoordig heeft hij een eigen onderneming in webdesign: Klokwerk-design.

Daarnaast is Klokwerk altijd actief geweest in de lokale- en bedrijfspolitiek, en schrijft hij voor verschillende redacties. Verder houdt hij zich met de groep Postbanaal bezig met het op de planken brengen van een multi-mediashow. Als hobbyproject organiseert hij sinds 2012 intercambio-café Amsterdam.

Op Sargasso schrijft Klokwerk onder meer sinds 2012 de wekelijkse column 'politiek kwartier'. Daarnaast is hij bezig met een toegankelijk overzichtswerk over de filosofie van de oudheid.
Foto: Bron: Barbara Stok https://barbaraal.nl/boeken/

Cynisme (4): De doorgedraaide Sokrates

Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen. In deze korte reeks de eerste daarvan: de Cynici. 

Plato had Diogenes een doorgedraaide Sokrates genoemd. Toch had de cynische filosoof veel bewonderaars, tot aan Alexander de Grote toe, die hem zelfs zou zijn komen opzoeken. Toen de koning voor Diogenes stond, zei Alexander dat de filosoof hem kon vragen wat hij maar verlangde. Waarop de filosoof antwoordde dat hij dan wenste dat de heerser een stap opzij deed, want hij stond in zijn zon.

Kennelijk kon Alexander dit wel waarderen, want hij zou geantwoord hebben dat als hij Alexander niet was, hij het liefst Diogenes zou zijn. Waarop Diogenes geriposteerd schijnt te hebben dat als hij Diogenes niet zou zijn, hij óók het liefst Diogenes zou zijn.

Cynische figuren als Diogenes hebben rondgelopen tot ver in de Romeinse tijd. Zij waren te eigenwijs om een school te vormen maar daagden de gevestigde orde continu uit.

Krates

De cynicus Krates, een leerling van Diogenes uit de stad Thebe, en zijn echtgenote Hipparchia, stelden dat bezit uiteindelijk slechts een last is. Het verlangen naar luxe goederen leidt tot wangedrag en onenigheid. Ze raadden hun leerlingen daarom aan zich tevreden te stellen met het eten van linzen. Krates en Hipparchia hebben de stoïcijnen diep beïnvloed.

Foto: bron: Livius.org

Cynisme (3): Weg met de beschaving!

Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen. In deze korte reeks de eerste daarvan: de Cynici. 

Beschaving, getheoretiseer en hogere cultuur? Volgens Diogenes van Sinope, over wie we het gisteren hadden, leidde het allemaal maar tot complicaties. Ze stonden het menselijk geluk in de weg. Diogenes raadde ons daarom aan een voorbeeld te nemen aan de honden. Honden zijn immers niet door de beschaving verpest, zoals mensen dat zijn. Een hond eet alles wat hem maar voor de kaken komt. Hij maakt zich niet druk om waar hij slaapt. Honden zijn eerlijk. Ze grommen naar hun vijanden, kwispelen met hun staart als ze een vriend tegenkomen, copuleren in het openbaar en schamen zich nooit. Bovendien houden honden zich niet bezig met ingewikkelde zaken als politiek geneuzel en abstracte filosofie. De term cynicus komt dan ook van het Griekse kynikos: hondachtig.

Kosmopolitisme

Aan het eind van zijn leven werd Diogenes ontvoerd door piraten en als slaaf verkocht. Hij kwam vrij in Korinthe, waar hij verder bleef. Omdat hij maatschappelijke structuren radicaal afwees, beschouwde hij zichzelf als stateloos. Hij noemde zich een wereldburger, een kosmopoliet. Sinope, Athene, Korinthe: het maakte hem niet uit in welke stad hij zijn wijsheden verkondigde.

Foto: bron: Livius.org

Cynisme (2): Diogenes van Sinope

Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen. In deze korte reeks de eerste daarvan: de Cynici. Het eerste deel was hier.]

Diogenes werd geboren als de zoon van een rijke bankier in de stad Sinope, een stad in Noord-Turkije, aan de Zwarte Zee. Hij werd echter de stad uitgejaagd omdat hij van een groot aantal munten het gezicht had afgehakt. Waarom hij dit deed, is niet duidelijk. Misschien was het een politieke daad, of wie weet wilde hij gewoon de machthebber die op die munt stond voor het hoofd stoten.

Provocaties

In elk geval schuwde Diogenes in zijn verdere leven het choqueren bepaald niet. Volgens sommige legenden zou hij na zijn verbanning uit zijn geboorteplaats een groot deel van zijn leven hebben gebivakkeerd in een regenton dicht bij het marktplein van Athene. Helaas, regentonnen bestonden destijds nog niet, dus dit verhaal kan niet waar zijn. Maar het is wel mogelijk dat hij leefde in een grote voorraadkruik.

Bottom line is: hij bezat niets. Wars van bezit had hij slechts zijn mantel en een nap om uit te drinken. Die laatste gooide hij weg toen hij inzag dat hij ook met zijn handen een kom kon maken.

Foto: bron: Livius.org

Cynisme (1): Niets weten met Antisthenes

Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen. In deze korte reeks de eerste daarvan: de Cynici.]

Ten tijde van Plato kwam een markante filosofische tegenstroming op: die van de cynici. Het woord ‘cynisch’, dat overigens ‘honds’ betekent, is wat misleidend. Het gaat hier om een groep filosofen zonder vaste leer, die in hun gedachten en gedragingen echter wel overeenkomsten hadden. Kort door de bocht zijn die samen te vatten als een oproep gevestigde waarden kritisch te bezien.

Antisthenes

Antisthenes wordt gezien als de eerste cynicus. Hij was net als Plato een volgeling van Sokrates en minstens zo trouw aan zijn leermeester. Antisthenes zag zichzelf zelfs als Sokrates’ ware opvolger.

In zijn jonge jaren leefde Antisthenes als bedelaar, slechts gehuld in een mantel. Naar het schijnt hield hij die stijl voor gezien toen de gescheurde mantel en het bedelen mode werd onder hippe jongeren. Meeloperij, daar had Antisthenes een grondige hekel aan.

Hij had een andere opvatting van Sokrates’ filosofie dan Plato. De werkelijke deugd, zo meende Plato uit de filosofie van zijn leermeester te kunnen concluderen, ligt in de rationele zoektocht naar de abstracte vormen achter de verschijnselen. Onzin, zegt Antisthenes. Paarden bestaan. Die kan je iedere dag zien. Maar een abstract begrip als ‘paardheid’ had hij nog nooit kunnen aanschouwen, dus leek het hem onzin dat de zoektocht naar iets dergelijks belangrijk zou zijn.

Foto: Bron: Livius.nl

Aristoteles’ erfenis

Aristoteles staat bekend als de wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. 

Zoals gezegd had Aristoteles goede relaties met het Macedonische vorstenhuis. Dat brak hem uiteindelijk op. Kort na zijn terugkomst in Athene versloegen de Macedoniërs de Atheners. De oude meesters van de Griekse wereld waren voortaan onderworpen aan noorderlingen die ze beschouwden als halve barbaren. In 323 v.Chr., het sterfjaar van Alexander, werd Aristoteles aangeklaagd als collaborateur en beticht van goddeloosheid. Anders dan Sokrates, die de gifbeker dronk, wachtte hij het oordeel niet af. Hij nam de benen, met als argument dat hij de Atheners een tweede misdaad tegen de filosofie wilde besparen.

Een jaar later stierf hij in ballingschap aan een maagkwaal. Hij werd eenenzestig jaar. De meeste Griekse filosofen lijken een veel hogere leeftijd te hebben bereikt.

De Peripatetische School

Aristoteles’ school, het Lyceum, werd voortgezet en bleef naast de platoonse Academie in Athene nog bijna duizend jaar bestaan. De aristotelische school wordt ook vaak de ‘peripatetische’ school genoemd. De naam komt van de peripatos, een wandelgalerij waarin Aristoteles graag les placht te geven, schuilend voor de brandende zon.

Foto: Bron: Livius.org

Aristoteles (14): Een conservatief denker

Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. 

Vergeleken met Plato was Aristoteles een conservatief denker. Plato maakte zoals we zagen geen onderscheid tussen rangen of standen en geslachten. Aristoteles deed dat wel. Hij onderscheidde voor levende wezens drie categorieën zielen:

  • de plantaardige ziel, die de mogelijkheid geeft tot groeien,
  • de dierlijke ziel, die de mogelijkheid geeft tot waarnemen,
  • de menselijke ziel, die de mogelijkheid geeft tot nadenken.


Natuurlijke superioriteit

De laatste is volgens hem de hoogste vorm. Maar een hogere ziel kan niet zonder de lagere zielen bestaan. Wij dragen volgens Aristoteles dan ook zowel de plantaardige, de dierlijke en de menselijke ziel in ons. De mannelijke mens is echter het meest met de laatste variant bezield, stelt hij. Het is dan ook logisch dat die over de wereld heerst.

Aristoteles denkt zodoende in termen van natuurlijke superioriteit van dieren over planten, en van mensen over dieren. Dat valt nog wel enigszins biologisch te verdedigen, maar waar hij dit doortrekt naar een superioriteit van de man over de vrouw, trekt hij toch echt een conclusie die meer met (vooral toenmalige) maatschappelijke verhoudingen te maken heeft dan met objectieve biologische en psychologische kennis.

Foto: bron: Livius.org

Aristoteles (13): De staat

Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. 

Het principe van evenwicht komt ook terug in Aristoteles’ staatsfilosofie. Net als Plato maakt Aristoteles een indeling van staatkundige vormen.

Zijn indeling is puur afhankelijk van hoeveel mensen er aan de macht zijn. Hiermee biedt hij een wat minder ingewikkeld staatsmodel dan Plato, die zijn staten indeelde naar de drijvende kracht van de machtshebbers (emoties, het temperament of het verstand).

Aristoteles houdt het bij drie staatsvormen: de monarchie, de aristocratie en de republiek. In een monarchie heeft één persoon de macht. In een aristocratie gaat het om een clubje machthebbers. En in een republiek heeft het hele volk de macht.

Anders dan Plato heeft Aristoteles geen voorkeur voor een van de volgens hem mogelijke staatsvormen. Wat het beste is, hangt af van de situatie.

Maar er zijn wel goede en slechte staatsvormen. Volgens Aristoteles is het verschil dat bij de slechte staatsvorm de machthebbers niet in het belang van het volk handelen, maar in het belang van zichzelf. In dat geval is er geen sprake van een evenwichtige staat. De monarchie, de aristocratie en de republiek zijn in principe goede staatsvormen, maar ze hebben alle drie hun slechte tegenhangers.

Aristoteles (12): Lust en verslaving

Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. 

Volgens Aristoteles gaan gedachten over de wereld om ons heen altijd gepaard met gevoelens van lust en onlust. In elke gedachte zijn beide gevoelens aanwezig.

Wat bij een mens lust of onlust oproept, hangt van de situatie af, en verschilt van mens tot mens. Dat komt niet omdat alle mensen van nature verschillend zijn – volgens Aristoteles neigen alle mensen naar dezelfde vorm – maar omdat hun achtergrond en situatie verschillend is. Door variaties in opvoeding en omstandigheden ontstaan verschillen tussen de mensen en hun voorkeuren. En zo kan het gebeuren dat hetzelfde ding bij de ene mens lust oproept, en bij de andere mens onbehagen.


De lerende mens

De mens is volgens Aristoteles ook een lerend wezen. Wat we leren kost in het begin moeite, maar later doen we veel op de automatische piloot. Dat is nuttig, want op die basis kunnen we weer andere dingen leren. Als mensen niet in staat zouden zijn dingen op de automatische piloot te doen, zouden ze niet veel verder komen. Sterker nog, dan werden ze gillend gek door de veelheid aan informatie die ze bewust moesten verwerken.

Foto: Bron: Livius.org

Aristoteles (11): De deugd

Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. 

In de tijd van Aristoteles was het genezen van ziektes lastig, bij gebrek aan medicijnen. Het was belangrijk ziektes te voorkomen. Vandaar de belangstelling voor een gezond dieet. De Grieken kenden de gevaren van onmatigheid en hun dieet richtte zich dan ook op evenwicht.

In zowel de filosofie van Aristoteles en als die van zijn voorganger Plato vinden we de visie terug dat gezondheid heeft te maken met evenwicht. Dit ging verder dan alleen een gezond lichaam. Ook voor een gezonde geest, stelde Plato, was het van belang om in evenwicht te blijven. Aristoteles stelt dit zoeken naar evenwicht zelfs centraal in zijn deugdenethiek.

Wat is deugd?

Aristoteles omschrijft ‘deugd’ als het streven naar zelfverwerkelijking. Ieder mens heeft een vorm waar hij naartoe moet groeien, zeg maar een levensmissie. De mens die het dichtst bij zijn uiteindelijke vorm komt, is het meest gelukkig. En dit bereikt hij door evenwichtig te leven, in lichaam en geest.

Volgens Aristoteles bestaat van iedere eigenschap een slechte en een goede variant, waarbij het slechte voortkomt uit een gebrek aan evenwicht. Een voorbeeld: wanneer ik moedig ben is dat nobel, en dat kan werken in mijn voordeel. Maar als ik té moedig ben, ben ik een stomkop die in zeven sloten tegelijk loopt. Als ik aan de andere kant weer te voorzichtig ben, ben ik een lafbek die nooit iets bereikt.

Foto: Bron: Livius.org

Aristoteles (10): De onbewogen beweger

Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. 

Volgens Aristoteles moet er van alles een oorsprong zijn, een oorzaak waartoe alle andere zaken te herleiden zijn. Die oorsprong is volgens hem de ‘pure vorm’. Die vorm kent geen stof, geen maker en geen doel. Het is slechts vorm. Deze vorm is de aristotelische god. Deze god wil niets en komt nergens vandaan, hij is simpelweg. Hij is de oorsprong van alles wat beweegt, de zogeheten ‘onbewogen beweger’.

Alles beweegt, maar waarom?

In onze tijd zijn we door onze natuurkundige manier van kijken gewend om de causale oorzaak als leidend te beschouwen, als de oorzaak waartoe alle andere oorzaken zijn terug te redeneren. We kunnen daarmee echter niet verklaren waarom alles ooit begonnen is. We kunnen ook aannemen dat het helemaal nooit is begonnen. Er is altijd beweging geweest en die zal er altijd zijn. Maar dan hebben we nog niet verklaard waarom er eigenlijk beweging is. We kunnen een beweging wel uit een voorgaande beweging verklaren, maar het concept ‘beweging’ niet. Toegegeven, we komen tegenwoordig met een oerknal als verklaring. Dat is echter net zo’n kunstgreep als het introduceren van een schepper. Uiteindelijk is die causale verklaring geen sluitende verklaring voor alles. Of we moeten een god aannemen. En dan is de vraag weer waar die vandaan komt.

Foto: Bron: Livius.org

Aristoteles (9): Vier oorzaken

Aristoteles staat bekend als wetenschapper, arts en filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. 

In ons alledaagse denken kennen we maar één soort oorzaak: de causale of bewerkende oorzaak. Deftig gezegd: we gaan ervan uit dat de condities voor een gebeurtenis de oorzaak daarvan zijn. Dit klinkt wat abstract, maar het komt erop neer dat een biljartbal die tegen een andere stoot, de oorzaak is van het rollen.

Vier soorten oorzaken

Maar er bestaat nog een andere visie op oorzaak: de finale oorzaak of doeloorzaak. Die eerste bal rolt niet zomaar, en niet alleen door fysische oorzaken. Die bal rolt met een doel. Ik heb hem namelijk gestoten met het doel een carambole te maken.

Volgens Aristoteles zijn er zelfs vier soorten oorzaken: de stof, de vorm, de bewerker en het doel. Die biljartbal heeft dus ook vier oorzaken waardoor hij rolt zoals hij rolt.

  • De stoffelijke of materiële oorzaak: het ivoor waarvan de bal gemaakt is zorgt ervoor dat het ding op de tafel blijft en niet de lucht in zweeft of in een plas uitvloeit over het biljartlaken.
  • De vorm-oorzaak: het ding rolt omdat het rond is. Was de bal niet rond, dan rolde hij niet.
  • Bewerkende oorzaak: de stoot met de keu of die andere biljartbal die hem aanstoot.
  • Doeloorzaak: tot slot rolt hij omdat ik een carambole wilde maken.
Foto: Bron: Livius.org

Aristoteles (8): De vormen

Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. 

Tijdens onze bespreking van Aristoteles’ logica en wetenschap zagen we al dat hij botste met zijn leermeester Plato over wat we beter kunnen vertrouwen: het denken of de waarneming. Waar Plato op het denken gericht was, vertrouwde Aristoteles meer op de waarneming. Op de beroemde fresco De school van Athene van de Italiaanse renaissanceschilder Rafaël, staan de filosofen naast elkaar afgebeeld: Plato wijzend naar de hemel en Aristoteles gebarend richting aarde.

Toch staan deze twee niet diametraal tegenover elkaar, althans niet in hun kennisleer. Allebei waren ze in navolging van Parmenides op zoek naar de essentie van de zaken.

Essentiële en incidentele eigenschappen

Aristoteles stelt dat er twee soorten eigenschappen zijn: essentiële eigenschappen en incidentele eigenschappen. Essentiële eigenschappen maken iets tot wat het is. Zo is een ster een hemellichaam dat licht geeft. Als iets geen licht geeft (bijvoorbeeld een planeet) of geen hemellichaam is (bijvoorbeeld een lamp), dan is het geen ster. Maar een ster kan zowel blauw als rood licht geven, groot of klein zijn, oud of jong, et cetera. Dat zijn allemaal incidentele eigenschappen, in andere woorden toevallige kenmerken die niet inherent zijn aan het object.

Vorige Volgende