Jorn

216 Artikelen
1 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Rookverbod in jongerencentra toont tweeslachtigheid overheidsbeleid

Rookverbod Het is weer eens zover; zo eens in de zoveel tijd krijgen de instanties het op hun heupen en vinden er talloze controles plaats ter naleving van ingestelde regels. U merkt het wanneer u op uw fiets stapt en aan wordt gehouden omdat uw licht niet werkt, bedrijven en stichtingen merken het door bezoeken van bijvoorbeeld de brandweer. Dat regels moeten worden nageleefd lijkt mij evident, maar soms vraag je je af of regelgeving niet te ver is doorgeschoten.

In het jongerenwerk vinden momenteel controles plaats door de Voedsel en Waren Autoriteit, een instantie die erop moet toezien of de Drank- en Horecawet en de Tabakswet worden nageleefd. Vanaf 1 januari 2005 is het namelijk verboden te roken in alle door de overheid gesubsidieerde instellingen. Aangezien een jongerencentrum onder het welzijnswerk valt, betekent dit dat de Tabakswet ook voor deze instellingen geldt. En zo geschiedde het dus dat in het jongerencentrum waar ik werk een controleur ons een bezoek bracht. Wij voerden een gedoogbeleid in het centrum, waarbij er overdag niet mocht worden gerookt behalve in een speciale ruimte en op de eerste verdieping nooit; in de podiumzaal mocht dit wel tijdens de avondprgramma’s. Kleine kinderen hadden op deze manier geen last van de rook, evenmin als de sporters die naar de eerste verdieping moeten.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Nrc Next, doorgemeten

Als trouwe Nrc lezer kreeg ik gisteren, evenals duizenden anderen op de grote Nederlandse treinstations, de eerste editie van deze nieuwe ochtendkrant samen met mijn ‘oude’ editie gratis bezorgd. De noodzaak van het verschijnen van deze pretentieuze ochtendkrant heeft al vele discussies opgeleverd, zowel binnen de verschillende redacties van PCM, als bij de forensische lezer die ’s ochtends al bediend wordt met twee gratis ‘kranten’ die voor het oprapen liggen. De kostprijs van 1 euro lijkt daarbij al direct de Achilleshiel te worden van Nrc Next. Net zoals in andere landen lijkt het me bovendien nuttig om zogenaamde krantenkasten neer te zetten waarbij je door inworp van een munt een krant eruit kan halen omdat het kopen van een krant bij een boekhandel een extra handeling is die velen niet zullen doen bij een dergelijke concurrentie.

Aangezien ik bij de doelgroep hoor; 32, hoog opgeleid, actief in het culturele circuit en natuurlijk vol met ambitie, leek het me aardig deze krant eens onder de loupe te leggen omdat het toch de bedoeling is mij te lokken naar deze ‘hippere’ editie van Nrc. Hierbij richt ik me sec op de papieren versie zoals deze gisteren in mijn bus viel en niet op de nevenvoorzieningen zoals het weblog waarover Grobbo eerder deze week op Sargasso heeft geschreven.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Klanken uit het ondergrondse (21)

Cultureel Redacteur Een concert dat me ooit bijna mijn gehoor heeft gekost, was dat van Mogwai in 2001 in Paradiso. De zijkanten van het podium waren tot aan de nok toe opgebouwd met versterkerboxen waardoor een geluidswal ontstond die je werkelijk liet zweven op de trillingen in het vloeroppervlak. Drie gitaren, een bas en drums waren in staat tot het creëren van deze volume-eruptie die een haast transcendentale uitwerking op haar toehoorders had. Heden ten dage zul je zulke concerten niet meer zo snel meemaken in Paradiso omdat men het besef heeft gekregen van de schadeklijke gevolgen ervan en decibelmeters heeft opgehangen waarop men keurig het wettelijk aanvaarde niveau van 90 db in de gaten houdt.Voor diegenen die voor het eerst in aanraking komen met het werk van dit Schotse vijftal kunnen de intro’s van de nummers enigszins verraderlijk zijn. Mogwai houdt er namelijk van om hun arrangementen geleidelijk aan op te bouwen; zo kan het zijn dat je naar een kabbelende gitaarmelodie of pianostuk begint te luisteren, waarna je aan het eind van het lied in een apotheose terecht komt van meervoudige gitaarnoise. Een goed voorbeeld daarvan is bijvoorbeeld het nummer Like herod op het debuutalbum Young Team uit 1997. De heren van Mogwai zijn de pioniers van het hard/zacht geluidsniveau binnen één nummer en ze gaan gestaag voort met de vervolmaking van dit concept. Misleidend zijn ook deze woorden weer omdat de muziek van Mogwai bovenal sferisch is, misschien een beetje donker zo nu en dan, maar goed te verteren.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Klanken uit het Ondergrondse (20)

Cultureel Redacteur Tenuzu No Chiizu liet voor het eerst van zich horen op het Subbacultcha album dat vorig jaar mei werd uitgebracht. Deze compilatie-cd herbergde een grote schare aan Nederlands talent, waarvan het Leidse duo onderdeel uitmaakte. Onlangs verscheen hun debuutalbum Girls like us waarop de liedjes simpelweg tnc, gevolgd door een nummer, zijn genoemd. De muziek is instrumentaal en is, naar eigen zeggen beïnvloed door Japanse muziek, afrojazz en alles wat tussen Debussy en the Shaggs in zit. De combinatie van bouzouki (Leo Fabriek) en piano (Aart-Jan Schakenbos) werkt daarbij bezwerend.

Je zou het geheel kunnen omschrijven als dromerige, sferische of landschapsmuziek waardoor de vergelijking met andere instrumentale bands zoals Mogwai of Do Make Say Think snel is gemaakt. Maar het onderscheid ligt in het gebruik van meerdere stijlen waardoor de luisteraar in eerste instantie op het verkeerde been kan worden gezet. Het repetitieve spel van Schakenbos doet vaak denken aan Simeon ten Holt’s Canta Ostinato, terwijl wanneer Fabriek zijn distortion-pedaal intrapt, zijn melodieën doen denken aan het solowerk van John Frusciante. Het geheel klinkt ondanks de vele invloeden zeer evenwichtig en dat is de kracht van de virtuositeit van beide heren.

Dat ze zich ook graag van andere instrumenten bedienen, bewijzen ze in een ander project waar ze deel van uitmaken, Julie Mittens. In deze driemansformatie bedient Schakenbos de gitaar, leeft Fabriek zich uit achter het drumstel en worden ze aangevuld door Michel van Dam op bas. Daar waar de verstilling de onderliggende gedachte is van Tenuzu No Chiizu, lijkt bij Julie Mittens een waar pandemonium te zijn gevormd. De vrije expressie lijkt het hoofdbestanddeel van dit driemanschap en dat is niet voor iedereen weggelegd. Tenuzu No Chiizu ligt wat dat betreft aangenamer in het gehoor.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

No more boring radio!

Last.fm Eén van de aardigste muziekstations waar ik de laatste tijd naar luister, is last.fm. Het principe is simpel; na wat plichtplegingen zoals aanmelden, kun je naar een pagina gaan waarop je uit verschillende genres kunt kiezen. Tevens kun je de naam van je favoriete artiest intikken, waarop het programma uit de database artiesten opzoekt die dezelfde soort muziek maken. De kans bestaat natuurlijk dat je een hoop al zelf in je eigen muziekcollectie hebt, maar daar kan nog altijd meer bij…

Last.fm

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Klanken uit het Ondergrondse (19)

Cultureel Redacteur Wanneer ik het Utrechtse Lushus aan anderen moet omschrijven qua muziekstijl, noem ik het meestal theatrale muziek. Het drietal dat zich bedient van twee basgitaren en drums, zo nu en dan aangevuld met gitaar of trompet, wordt vaak vergeleken met bands als No Means No of Primus. Je zou het punk kunnen noemen of noise, maar daarmee doe je de muziek eigenlijk tekort; de composities zijn dermate fijn opgebouwd en kennen een grote mate aan variatie waaruit invloeden vanuit de jazz of uit de klassieke muziek in doorklinken. Begin deze maand verscheen alweer het derde album, Red Blushes, van de band die al enkele jaren op een grote schare trouwe fans kan rekenen in het Nederlandse
clubcircuit en in het buitenland. Hieronder volgt een interview met zangeres/bassiste Sascha Hacska.

Lushus bestaat nu al zo’n 7 jaar in verschillende samenstellingen en onder verschillende namen. Als je jullie muziek anno 2006 vergelijkt met die uit die beginperiode, welke ontwikkelingen hebben jullie daarin dan doorgemaakt?

SH: Ik denk dat we een steeds eigener geluid hebben gekregen, strakker zijn geworden en ons tot één band hebben ontwikkeld. We zijn technisch vooruit gegaan en kunnen ons vocaal beter uitdrukken. De nummers zitten logisch in elkaar waardoor de muziek toegankelijker is geworden, ondanks dat de nummers steeds eigenzinniger zijn. Doordat we inmiddels een vrij grote optreedervaring hebben staan we steeds beter en gemakkelijker op het podium, wat het optreden ten goede komt.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Ontdek je Plekje (18)

Cultureel Redacteur‘Een foto maken is direct, in een fractie van een seconde de gebeurtenis en de exacte structuur van de visueel waargenomen vormen herkennen die deze gebeurtenis uitdrukken en er betekenis aan geven… Daarvoor moeten het hoofd, het oog en het hart op één lijn worden gebracht. Het is een manier van leven.’ – Henri Cartier-Bresson

De koning van de schaduw werd hij genoemd; de in 2004 op 95-jarige leeftijd overleden fotograaf wist zijn beeld zodanig te vangen dat er meer te zien was dan alleen het onderwerp van het gefotografeerde. Ook in zijn carrière als fotograaf leek hij de schaduw te verkiezen boven de publiciteit. De door o.a. hemzelf samengestelde tentoonstelling a Retrospective in het Foam museum in Amsterdam, zou hij nooit hebben bezocht, aldus zijn vrouw, Martine Franck onlangs in een interview in Nrc. Daarvoor was hij te bescheiden; het beeld sprak voor zich en de fotograaf diende daar ondergeschikt aan te zijn. Het beetpakken van ‘le moment decisif’ was de filosofie achter het werk van Cartier-Bresson, een visie die hem wereldberoemd maakte.

Cartier-Bresson werd in 1908 geboren in een gegoede burgelijke familie. Op jonge leeftijd raakte hij gefascineerd door de fotografie, wat hem ertoe bracht lessen te gaan nemen aan de privé-academie van de kubistische schilder André Lhote. Het kubisme zou later onderdeel worden van veel van zijn foto’s. Tot de jaren dertig waren de fotografen gewend te werken met zware apparatuur. De uitvinding van de 35 mm camera’s zorgde echter voor een geheel nieuwe werkwijze. Cartier-Bresson koos vanaf 1932 voor een Leica met een 50 mm lens en deze camera bleef hij trouw tot in de lengte der dagen. Zelfs toen hij tijdens WO-II was opgepakt door de Duitsers slaagde hij erin zijn camera te begraven om deze in 1943, na zijn ontsnapping weer op te graven en verder te gebruiken. Het werken met zulk een lichte camera maakte de fotografen een stuk mobieler, iets waar Cartier-Bresson gretig gebruik van heeft gemaakt.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Walk the Line met Johnny Cash

Johnny Cash bezong het leven dat omlijst wordt met rafelige randen als geen ander; met zijn donkere stem verhaalde hij over de demonen die hem op de hielen zaten of over het onheil dat voor hem in het verschiet lag. Nummers als Number 13 en Ring of Fire behoren tot het collectieve muzikale geheugen van de mensheid en zorgden voor veel vertroosting bij menigeen. Het leven van de in 2003 gestorven countryzanger wordt verfilmd in Walk the Line van regisseur James Mangold die eerder Heavy en Copland op zijn naam schreef. De film is gebaseerd op de autobiografische roman The Man in Black die eerder van de hand van de zanger verscheen. De film gaat vanaf 2 februari in Nederland in première.

Johnny Cash werd als J.R. Cash geboren in 1932 in Kingsland, Arkansas. Het grootste deel van zijn jeugd bracht hij echter door op een katoenboerderij in Dyes, in het noorden van dezelfde staat. In deze omgeving zijn er eigenlijk twee facetten die van grote invloed zijn op de jonge Johnny Cash; ten eerste zijn dat de gospelliederen die zijn moeder samen met de kinderen zingt tijdens het werken op het land en die de basis vormen voor de teksten van de legendarische zanger. Ten tweede is dat het overlijden van zijn oudere broer Jack op veertienjarige leeftijd na een ongeluk met de zaagmachine. Dit vroege verscheiden van zijn oudere broer, tegen wie hij enorm opkeek, zal Cash voor het leven tekenen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Amsterdammer van het jaar

Adam Zojuist werd vanuit de Stadsschouwburg te Amsterdam, de Amsterdammer van het jaar 2005 bekend gemaakt. De lezers van het Parool konden afgelopen week hun stemmen uitbrengen op 1 van de 10 genomineerden. Regina Mack-Nack kreeg als initiafneemster van de voedselbank in Zuid-Oost met 1588 van de 3807 stemmen de hulde van de lezers voor haar werk om de armoede in dat stadsdeel tegen te gaan. Deze keuze is terecht en weinig op af te dingen, behalve dat je je af kunt vragen hoe het mogelijk is dat dit soort initiatieven nodig moeten zijn, maar dat terzijde.

Toch wil ik jullie aandacht even vestigen op een andere genomineerde, nl. Frank Satrik. Deze dichter is oprichter van de zgn. Poule des Doods, een groep dichters die de eenzame en vergeten doden onder ons, vergezellen tijdens hun uitvaart met een gedicht waarbij ze vaak als enigen aanwezig zijn. Tijdens het vorig jaar voor het eerst opgezette Allerzielen Allicht op de Nieuwe Oosterbegraafplaats, eenn initiatief waarbij men de sfeer rondom de dood enigszins uit de doemsfeer probeert te halen, hoorde ik voor het eerst van deze groep medelevende dichters. In een verlaten tentje bij het graf van een onbekende dode werd een gedicht voorgedragen. In de korte voordracht werden de luisteraars meegnomen in het leven van de onbekende wiens land van herkomst onbekend was en de oorzaak van zijn overlijden al evenzeer. De dode werd uit zijn illegaliteit gehaald en kreeg zo toch nog enige vertroosting. En dit verhaal staat niet op zichzelf; de gedichten zijn nu gebundeld in het boek ‘de eenzame uitvaart’. En daarom is Frank Starik voor mij de Amsterdammer van 2005.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Klanken uit het Ondergrondse (18)

Cultureel Correspondent Stuurbaard Bakkebaard is zo’n band die ooit op straat is begonnen en aldaar haar nummers à l’ improviste ten gehore bracht. De rol van straatmuzikant reikt iets verder dan die van een doorsnee podiumband; het publiek moet immers meer vermaakt worden om de aandacht te trekken en dat vereist dat de muzikanten als ware acteurs hun act zullen moeten inkleden. De straat zijn ze echter al lang ontgroeid, maar nog steeds blijkt uit hun live-concerten dat hun wortels daar verankerd zijn. Muzikaal gezien kan men de band vergelijken met de oude Tom Waits, Zita Swoon, the Ex en de Kift. Ook deze muzikanten staan bekend om hun cabareteske wijze van optreden en men schaart dit soort muziek dan ook onder de noemer ’theatraal’. De basis ligt in de combinatie van zang, gitaar, contrabas en drums, maar regelmatig worden er meerder instrumenten uit de kast gehaald.

Vorige week zaterdag stond het Eindhovense trio in de kleine zaal van het Patronaat. De aftrap werd overigens verricht door de fantastische eenmansband Ottoboy die gezeten achter een drumstel, vette garage-bluesriffs speelt terwijl hij ondertussen hihat en bassdrum bespeelt en zingt. Het was duidelijk zichtbaar dat de mannen van Stuurbaard Bakkebaard er zin in hadden. Ze openden meteen met het bescheiden hitje Home van hun dit jaar verschenen album Whistle Dixie om vervolgens een mengelmoesje te spelen van de andere twee albums, Mercedes (2003) en Chuck (2001). Met gemak speelden ze een set van twee uur vol.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Ontdek je Plekje (17)

Cultureel Correspondent Menig lezer van deze rubriek beticht mij wellicht van een eenzijdige beschrijving van het kunstaanbod in Nederland. Mijn stukken gaan meestal over tentoonstellingen in Amsterdam waaruit een zekere mate van hoofdstedelijke arrogantie kan spreken. Het tegendeel is echter waar beste lezer, mijn beperking komt niet voort uit onwil, maar heeft meer te maken heeft met een chronisch tijdgebrek. Om een en ander enigszins te compenseren, ging ik afgelopen weekend naar de Hallen in Haarlem om het werk van twee fotografen en een multidisciplinaire kunstenaar te bekijken.

Koos Breukel (Den Haag, 1962) begon zijn carrière als society-fotograaf. Nadat hij een zwaar auto-ongeluk kreeg als gevolg van de arce tegen de klok om op tijd te komen bij een opdracht, begon hij na te denken. Het hectische bestaan dat dit beroep met zich meebrengt begon hem tegen te staan en ook de glamourwereld waarin hij zich begaf, kon hem steeds minder boeien. Zijn werk moest meer diepgang gaan krijgen en het verhaal vertellen dat achter elke foto schuilt. Ontmoetingen geeft een gedegen overzicht van waar deze keuze uiteindelijk naartoe heeft geleid. Weliswaar bestaat zijn werk nog steeds uit portetten, maar door de bewuste keuze voor afmetingen, setting en belichting ontstaat er een intieme interactie tussen kijker en het getoonde.

Vorige Volgende