Het belang van evolutie
Science benoemde vorig jaar de vooruitgang in de evolutiebiologie tot doorbraak van het jaar, waarbij evolutie ruimtemissies zoals Cassini-Huygens en klimaatverandering achter zich liet. De extra aandacht van Science voor evolutie is geen overbodige luxe in de V.S. Een enquête door CBS News onder 899 Amerikanen wees uit dat 53% denkt dat de mens een kleine 10.000 jaar geleden is geschapen door God. President Bush heeft zich vóór Intelligent Design uitgesproken, en zijn nieuwe persofficier, Tony Snow, is ronduit creationist.
De evolutieleer is echter meer dan een elegante verklaring voor het ontstaan van soorten. R. Nesse e.a. hebben een kort maar krachtig pleidooi gehouden, waarin ze de relevantie van evolutie aantonen voor de medische wetenschap. Nesse stelt dat o.a. het onderwijzen van de evolutietheorie duidelijk zal maken “that both the human body and its pathogens are not perfectly designed machines but evolving biological systems shaped by selection under the constraints of tradeoffs that produce specific compromises and vulnerabilities”.
Er zijn veel voorbeelden waar een evolutionaire benadering van ziekte(verwekkers) interessante resultaten heeft opgeleverd. Recent bleek dat het mogelijk is om het verloop van een tumor te voorspellen door de cellen in tumoren als populaties met verschillende diversiteit te zien. Wanneer de diversiteit in tumorcellen groot was, bleek de kans op kwaadaardige ontwikkeling van de tumor snel toe te nemen. De hoge diversiteit in kankercellen verklaart volgens de onderzoekers mogelijk waarom therapieën soms niet aan slaan; er is vaak een kleine groep cellen resistent.
Het einde van de doodstraf in de V.S. in zicht?
Vorig jaar april publiceerde het medisch tijdschrift The Lancet een onderzoek naar wat geldt als de meest humane methode om mensen ter dood te brengen; de dodelijke injectie. De auteurs toonden overtuigend aan dat er zowel met de methode als met de deskundigheid van de beulen veel mis is, met onnodig lijden van de ter dood veroordeelde tot gevolg.
De dodelijke injectie bestaat meestal uit drie opeenvolgende injecties: als eerste wordt natrium thiopental toegediend ter verdoving. De twee volgende stoffen zijn pancuronium bromide (de werking is vergelijkbaar met curare; het is een spierverslapper en stopt zo de ademhaling) en kaliumchloride. Het kaliumchloride stopt het hart, maar veroorzaakt brandende pijn en spierkrampen. Om het lijden van de ter dood veroordeelde te beperken (en de publieke opinie op de hand van de doodstraf te houden) is goede verdoving dus onmisbaar.
Postmortem onderzoek wees echter uit dat de concentraties thiopental vaak te laag waren om effectiviteit te garanderen. 43 van de 49 gevallen voldeden niet aan de norm voor chirurgische ingrepen. 21 personen waren mogelijk zelfs bij bewustzijn tijdens de executie. Dit was meestal niet zichtbaar voor het aanwezige publiek door de toegediende spierverslapper. Tijdens de executie wordt het bewustzijnsniveau van de ter dood veroordeelde door niemand gecontroleerd, de executie wordt van een afstand uitgevoerd (bijv. achter een gordijn). Eigenlijk zou de procedure onder toezicht van een arts moeten worden uitgevoerd maar dit is niet toegestaan volgens de ethische code van de American Medical Association. Zelfs bij euthanasie van dieren wordt grotere zorgvuldigheid in acht genomen om lijden te voorkomen.
H5N1 update
Het H5N1 virus waart al een paar jaar rond (nu ook in Schotland), en heeft inmiddels 109 menselijke slachtoffers geëist. Desondanks is er nog geen overtuigend bewijs dat overdracht van mens naar mens mogelijk is. Wanneer dat laatste gebeurt, staat weinig een grieppandemie meer in de weg. Dit is een aanwijzing dat, gelukkig voor ons, waarschijnlijk verschillende mutaties nodig zijn om een vogelvirus te veranderen in een virus dat met succes door zoogdieren overgedragen kan worden. Bovendien gaat dat niet zonder problemen:
In population genetic terms, a virus has to move from one fitness peak (successful transmission in the reservoir host species) to another (successful transmission in the recipient host species) by traversing a valley of low fitness where the virus is inadequately adapted to both species (Holmes, E.C. PNAS). De kans dat de meervoudige gunstige mutaties, die nodig zijn voor zulk een grote sprong voorwaarts, in de juiste combinatie optreden, is vrij klein.
Kunnen we nu dan opgelucht ademhalen? Helaas niet, want een andere bepalende factor in soortoverschrijding van ziekteverwekkers is de intensiteit van het contact tussen soorten. En de omgang tussen mens en vogel, met name kippen, is redelijk intensief (van bio-industrie tot bloederige hanengevechten), waardoor H5N1 telkens weer bij mensen geïntroduceerd wordt. Tevens zorgt grote mobiliteit van zowel vogels (migratie en transport van levende en dode exemplaren), als mensen voor ideale verspreidingskansen.